Letterkunde

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2023

Rob Groenewegen: Weerloos tegenover alles. Het leven van Victor E. van Vriesland

door Manu van der Aa

De naam van de Nederlandse schrijver Victor van Vriesland zal bij weinig hedendaagse lezers nog een belletje doen rinkelen. Zijn belangrijkste verwezenlijking als literator is zonder twijfel zijn bloemlezing De spiegel van de Nederlandse poëzie door alle eeuwen, die sinds zijn verschijnen in 1939 decennialang een leidraad was voor poëzieliefhebbers. Pas toen Gerrit Komrij in 1979 met de publicatie van zijn bloemlezingen van de Nederlandse poëzie begon, verloor De spiegel zijn gezaghebbende positie. Hoewel Van Vriesland ook dichter, prozaïst en criticus was, dankte hij zijn status van Bekende Nederlander aan zijn talrijke bestuursfuncties in culturele instellingen en vooral aan zijn optreden in het door Karel Jonckheere gemodereerde taalspelprogramma Hou je aan je woord, dat zowel op radio als televisie werd uitgezonden. Na zijn dood in 1974 verdwenen Van Vriesland en zijn werk pijlsnel in de vergetelheid.  

Victor E. van Vriesland werd in 1892 te Haarlem geboren in een erg welgesteld Joods gezin. Hij kreeg onder meer privéonderwijs van de dichter J.A. dèr Mouw en raakte tijdens zijn schooljaren bevriend met de één jaar jongere Martinus Nijhoff. Met de studies wilde het echter niet zo goed lukken, wat voornamelijk te wijten was aan Van Vrieslands liederlijke, promiscue levensstijl. Nachtelijke slemppartijen en bedavontuurtjes bepaalden zijn jeugdjaren. Al werd het er later niet veel beter op: zijn aanzienlijke erfenis jaagde hij er binnen de kortste keren door en mede door de beurscrash was hij in 1929 volkomen geruïneerd. Van Vriesland moest voortaan gaan werken voor zijn bestaan, al zou hij het zijn hele verdere leven financieel moeilijk hebben.
 
Met zijn eigen literaire werk verdiende hij weinig. De literaire journalistiek bood enig soelaas. Dat Van Vriesland kon uitgroeien tot een gezaghebbend criticus (o.m. in de NRC) was echter grotendeels te danken aan het verdwijnen van vooroorlogse, meer charismatische literaire coryfeeën als Menno ter Braak en E. du Perron. Zijn kritisch en essayistisch proza werd in 1958 gebundeld en bij Querido uitgegeven in twee dundrukdelen getiteld Onderzoek en vertoog. Wegens de gedragen, ietwat ouderwetse stijl die Van Vrieslands proza kenmerkt, is het vaak taaie lectuur. Zijn oordelen waren meestal wel raak. Groenewegen is van mening dat ook ‘enkele tientallen’ van Van Vrieslands gedichten ‘de tand des tijds’ hebben doorstaan. Maar in Bloed en rozen. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1900-1945 (Prometheus 2018) krijgt de auteur van Jacqueline Bel alleen een korte vermelding als criticus en bloemlezer.
 
Over het algemeen kan gesteld worden dat een biografie van bijna 600 bladzijden te veel eer is voor het relatief beperkte literair-historische belang van de figuur Van Vriesland. De ruime aandacht die de biograaf besteedt aan het ingewikkelde liefdesleven van ‘Vic’ (Ook deze biograaf gaat mee in het recente, ergerlijke fenomeen waarbij de biograaf consequent de voornaam van de gebiografeerde gebruikt.), hoewel smeuiïg met vier huwelijken en een veelvoud aan minnaressen, is van het goede te veel. Groenewegen citeert ook graag uitvoerig en komt met te veel irrelevante en vaak oncontroleerbare details uit getuigenissen van 70 jaar later. Daarentegen had er meer aandacht mogen zijn voor het zuiver literaire werk, bijvoorbeeld voor het niet onaardige verhalenbundeltje De Ring met de Aquamaryn (1939), dat nu alleen in een noot vermeld wordt. Het ontbreken van een bibliografie is een ander minpunt.
 
Het beeld dat na de lectuur van Victor E. van Vriesland overblijft, is ook niet dat van een man die zich ‘weerloos tegenover alles’ voelde, zoals de titel van de biografie stelt. Integendeel. Ondanks tegenslagen en een moeilijke oorlogsperiode, toen de schrijver ondergedoken moest leven, wist hij meer dan zijn mannetje te staan.
 
Met zijn biografie van de zeker in Vlaanderen nog minder bekende Nederlandse schrijver Jo Otten bewees Rob Groenewegen in 2011 dat er zelfs in tweederangsfiguren een mooie en boeiende vuistdikke biografie kan zitten. Met Van Vriesland, hoewel bij leven ongetwijfeld belangrijker dan Otten, is hem dat helaas niet echt gelukt. Met zijn volgende onderwerp, Arthur van Schendel, heeft Groenewegen wel een schrijver met een groot en belangrijk literair oeuvre beet. De verwachtingen zijn hooggespannen.
 
Rob Groenewegen: Weerloos tegenover alles. Het leven van Victor E. van Vriesland, Amsterdam: Atlas/Contact 2023, 591 p. ISBN 9789045020525. Distributie VBK België

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri