Graphic novel

Paul Auster, Paul Karasik, David Mazzuchelli: Broze stad

door Kris van Zeghbroeck

"Broze stad" maakt samen met "Schimmen" en "De gesloten kamer" deel uit van Paul Austers onvolprezen 'De New York-trilogie', waarin hij zijn liefde voor het mystery-genre en de stad New York laat samensmelten. Onder impuls van Art Spiegelman en in samenspraak met Paul Auster, bewerkten Paul Karasik en David Mazzuchelli "Broze stad" tot een graphic novel. Centraal staat Daniel Quinn, een auteur die onder het pseudoniem William Wilson detectives schrijft met de speurneus Max Work in de hoofdrol. Hun onderlinge verhouding wordt als volgt omschreven: "Van de trits identiteiten die Quinn gekregen had, was Wilson een soort buikspreker, Quinn zelf was de pop, en Work de stem die de hele onderneming zin gaf." Op een nacht krijgt Quinn een telefoon, bestemd voor detective Paul Auster. Hij neemt diens identiteit aan en gaat in opdracht van Peter Stillmans vrouw, dier schoonvader schaduwen. Vader Stillman, een briljant/krankzinnig theoreticus, werd geïnterneerd nadat hij zijn zoon negen jaar lang in een verduisterd appartement gevangenhield. De opdracht maakt dat Quinn aan zijn eigen grijze bestaan kan ontsnappen, maar het pad van verwisselbare identiteiten is vol gevaren.

De magere plot is symptomatisch voor Austers werkwijze, waarbij een reeks toevalligheden het leven van personages stuurt zonder dat die er vat op krijgen. Bovendien gaan de personages steeds sterker op elkaar lijken, zodat er verwisselbare identiteiten ontstaan. Niet enkel de fictieve personages, maar ook de auteurs kunnen op een of andere manier met elkaar gelijkgeschakeld worden. Niets is wat het lijkt. In de strip wordt een rinkelende telefoon gevisualiseerd in het sequentiële uitzoomen van een nul in close-up. De nul van een draaischijf van een telefoon, die uiteindelijk slechts een afbeelding blijkt te zijn op de cover van een telefoonboek. Meteen een voorbeeld van de oorspronkelijke opzet om "Broze stad" met strakke en regelmatige rasters van vakjes te verstrippen. Een techniek die om eenvoudige zwart-wittekeningen schreeuwt, wat bovendien de roman-noirsfeerschepping ten goede komt. Dat kan echter ook benauwend werken, alsof de personages achter tralies gevangen zitten. Gelukkig werd ervoor geopteerd om hier en daar met behulp van grotere vlakken (vaak geometrische vormen opgebouwd uit verschillende vakje) de lezer in het labyrint te lokken.

Wat de tekst betreft, valt het op dat -- ondanks de verregaande inkrimping van de roman --evenwichtig verspreide stukken tekst letterlijk, licht gewijzigd of gecondenseerd werden overgenomen uit de roman. Dat maakt meteen ook dat vertaler Bartho Kriek sterk kon steunen op zijn Nederlandse vertaling uit 1988. "Broze stad" zag uiteindelijk het licht als beeldroman in 1994. Meer dan tien jaar later kan een Nederlandstalig publiek meegenieten van dit niet te missen kleinood. Wel dient erop gewezen dat dit filmische labyrint van vakjes en tekst enige inleving en inspanning van de lezer vergt. En dat op het einde -- zoals bij Auster steeds het geval is -- alle zekerheden rond feit en fictie op de brandstapel gegooid worden, om de lezers en personages in opperste verwarring achter te laten. Meteen ook de asse waaruit elk nieuw werk van Paul Auster als een feniks zal herrijzen.

Paul Auster, Paul Karasik, e.a.: Broze stad, Atlas Amsterdam, 2005, 129 p. : ill., € 17,5. ISBN 90-450-1522-6. Vert. van: City of glass door Bartho Kriek. Distributie: Amstel uitgevers

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2005

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri