Vertaald proza

Marcel Reich-Ranicki: Mijn leven

door Erik de Smedt

Met zijn veelbekeken tv-programma 'Das literarische Quartett', maar ook met zijn geregeld gebundelde kritieken, bloemlezingen en reeksen gedichtinterpretaties heeft de Duitse criticus Marcel Reich-Ranicki van literatuur weer een gespreksthema gemaakt. Dat hij geen blad voor de mond neemt en de dingen graag op de spits drijft, voedt uiteraard de belangstelling voor zijn persoon. In dit levensverhaal wordt die nieuwsgierigheid voor een groot deel bevredigd, al gaat het meer om memoires dan om een diepgravende autobiografie. Over zijn wezenlijke drijfveren is de 'literatuurpaus' nogal discreet. Marcel Reich wordt in 1920 geboren in het Poolse Wloclawek als kind van joodse ouders. Zijn vader mislukt in zaken, en om die reden wijkt het gezin in 1929 uit naar Berlijn. Al vroeg koestert de jongen een hartstocht voor literatuur en theater. Wanneer hij net zijn gymnasium heeft beëindigd, wordt het gezin naar Polen gedeporteerd. Hij maakt in Warschau de jacht op de joden mee en leert er zijn vrouw Tosia kennen. Zijn familie wordt naar de gaskamers van Treblinka gedeporteerd, het koppel kan het getto ontvluchten en overleeft dankzij gastvrije Polen bij wie ze zijn ondergedoken.

Na de oorlog werkt hij een tijdlang voor de Poolse geheime dienst in Londen, schrijft als criticus onder de dubbele, minder Duits klinkende naam Reich-Ranicki over literatuur, theater en muziek, maar krijgt last met het stalinistische regime. In 1958 neemt hij de wijk naar Duitsland, waar hij met de hulp van schrijvers als Heinrich Böll en Siegfried Lenz vrij snel opdrachten krijgt. Door zijn activiteiten als literatuurcriticus bij de Gruppe 47, de 'Frankfurter Allgemeine' en het weekblad 'Die Zeit' wordt hij een spilfiguur van het literaire leven in Duitsland. Hij ontmoet talrijke schrijvers, intellectuelen en kunstenaars zoals Elias Canetti, Wolfgang Koeppen, Max Frisch, Theodor Adorno en Yehudi Menuhin, aan wie hij levendige herinneringen ophaalt. Toch stoort hij zich vaak aan de moeilijke verhouding van schrijvers met een criticus en aan hun ijdelheid en hun egocentrisme. Enkele vriendschappen blijken minder onverwoestbaar dan hij had gehoopt. Waar hij ook werkt, heeft hij het gevoel een buitenstaander te blijven: "Men vindt mij interessant en gaat me uit de weg." Sluimerend antisemitisme biedt daarvoor slechts gedeeltelijk een verklaring. De rode draden in dit levensverhaal vormen de moeilijke omgang (van Duitsers én Polen) met de joden en de liefde voor de Duitse literatuur, Reich-Ranicki's 'draagbare vaderland'. Dit relaas van een bewogen leven is vooral boeiend door wat er wordt verteld. Het schrijftalent van de criticus is hier slechts zwak aanwezig, met uitzondering van de hoofdstukken over de periode van 1938 tot 1944, die ook in menselijk en historisch opzicht het belangwekkendst zijn.

Marcel Reich-Ranicki, Mijn leven, Bakker Amsterdam, 2000, 380 p., € 910. ISBN 9035122267. Vert. van: Mein Leben door Meijerink, Gerda

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2000

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri