Poëzie

Martinus Nijhoff, W.J. Van den Akker (sam.), Gillis J. Dorleijn (sam.): Verzamelde gedichten

door Erik de Smedt

Martinus Nijhoff is een van de weinige klassieken uit de Nederlandse literatuur die niet alleen geëerd maar nog steeds gelezen en herlezen worden. Sinds 1993 bestaat er een degelijke historisch-kritische editie van zijn werk. In 2001 verscheen een leeseditie van de Verzamelde gedichten, zodat ook het ruime publiek op betrouwbare teksten kon rekenen. Dit is er de tweede druk van. Oorspronkelijke en vertaalde poëzie werden in één band samengebracht, samen met (een keuze uit) verspreid gepubliceerde en nagelaten gedichten. Het oeuvre is in een aantal 'periodes' ingedeeld: 1913-1917 met het vroege, weemoedige werk van de ivoren toren-dichter (kernbundel De wandelaar) en de clowneske rapsodie Pierrot aan de lantaarn, 1917-1925 met de al persoonlijker en strengere poëzie met als kernbundel Vormen. De periode 1925-1940 brengt Nijhoffs beste bundel, Nieuwe gedichten, met een aantal onverwoestbare teksten als 'Het veer', 'Het lied der dwaze bijen', 'Impasse', 'De moeder de vrouw' en het even meesterlijke als intrigerende lange gedicht 'Awater', maar ook de indrukwekkende acht sonnetten 'Voor dag en dauw', die wijzen op een steeds grotere maatschappelijke betrokkenheid. Uit de laatste periode 1940-1953 beklijven vooral het lange, magisch-realistische gedicht 'Het uur u' en een aantal psalmbewerkingen en vertalingen van T.S. Eliot en Edgar Lee Masters, die merkwaardig genoeg niet verouderen. Dat kun je helaas niet zeggen van veel minder bekend werk van Nijhoff, dat in zulke verzameluitgave uiteraard ruim vertegenwoordigd is. Veel van Nijhoffs vroege werk komt nu gemaniëreerd over. Technisch was hij niet van bij het begin meester over de vorm, een aantal gedichten zijn ronduit sentimenteel en de verzen over de oorlog, de bevrijding en het Nederlandse koningshuis klinken nu potsierlijk. Maar wanneer, zoals Gottfried Benn zei, een dichter ten hoogste 6 à 8 echt goede gedichten schrijft, dan heeft Nijhoff dat aantal toch ruimschoots overtroffen. Als geen ander kon hij van het gewoonste Nederlands goud maken, het parlando een glans en een diepgang geven waarbij veel doorwrocht filosofische taalkunst het nakijken heeft. "Verstoot de woonsteden, o God, en laat / de kalveren weer weiden in woestijn. / Twist met ons, twist met ons, twist niet met mate." ('Voor dag en dauw, III') In deze uitgave, met beknopte maar keurige aantekeningen (datering, eerste publicatie, bij de vertaalde teksten de oorspronkelijke titel) en een bijzonder geslaagd, modern-klassiek omslag van Tessa van der Waals, kunnen ze nog vele jaren mee. Eén manco slechts: deze uitgave had een leeslintje verdiend.

Martinus Nijhoff, W.J. Van den Akker (sam.), Gillis J. Dorleijn (sam.), Verzamelde gedichten, Prometheus Amsterdam, 2008, 461 p., € 34,95. ISBN 9789044611175

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2008

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri