Poëzie

BOEKEN NR. 9, OKTOBER 2017

Dimitri Casteleyn: Vanwaar kom je beeld

door Dirk De Geest

Als ik het colofon mag geloven, is Dimitri Casteleyn een van de best verkopende dichters in Vlaanderen. Mijn exemplaar is alvast de derde druk (maandelijks een nieuwe druk). Het pleit voor de toegankelijkheid en de aanspreekbaarheid van de dichter, maar iets in mij vermoedt ook een marketingtruc. Het colofon heeft het over allerlei uiteenlopende genres die stuk voor stuk ‘bestsellers’ zouden zijn.

Hoe dan ook, Casteleyn weet ontegensprekelijk een ruim publiek aan te spreken. Dat ligt aan het recept van zijn teksten. Of hij nu romans schrijft of gedichten, het gaat steevast om herkenbare ervaringen en emoties. Tegelijk doet de auteur er alles aan om zich als ‘schrijver’ te laten gelden, door zijn teksten te stileren en van opmerkelijke beelden te voorzien. Het is een recept dat leidt tot toegankelijke maar tegelijk ook suggestieve lyriek. De openingsreeks, ‘Omgekeerd, het vervolg’ legt daarbij expliciet het verband met de vorige bundel, die Omgekeerd heette.  

Het zijn gedichten die retorisch een alternatieve wereld oproepen (what if- verbeeldingen) en zo de kwalen van onze samenleving aan de kaak stellen: de hongersnood en de genocides, de economische wantoestanden, de dierenmishandeling en de opwarming van de aarde. Dat gebeurt expliciet maar tegelijk lichtvoetig door de opbouw van het vers, dat telkens uitloopt op een (utopische) erkenning van de ander. Die belangstelling voor het eigentijdse komt ook elders in de bundel meermaals aan bod, maar vrijwel steeds wordt als remedie daartegenover de intimiteit van relaties en de poëzie gesteld (en niet de politieke revolutie, bijvoorbeeld).

Vooral in de liefdesgedichten komt Casteleyn dicht in de buurt van wat ik het Herman de Coninck-model zou noemen: frivole verzen met veel sensualiteit en liefde, maar tegelijk vervuld van weemoed. Veel weerhaken zijn hier niet te vinden, al valt op hoe de dichter zelf soms ironisch tegenover zijn model staat: diens ‘lenige liefde’ wordt hier een ‘listige liefde’. Gelukkig toont de dichter elders wel dat hij tot meer in staat is. Zo zijn er enkele opmerkelijke gedichten rond de zintuigen, die als een intense overvloed van prikkels worden opgeroepen. Ook de reeks herdichtingen van de ‘metamorfosen’ laten een sterke pen zien.

Opmerkelijk is wel hoeveel gedichten in deze bundel geschreven zijn naar aanleiding van een of andere gelegenheid, om pas later in deze verzameling een eigen plaats te vinden. Ook dat onderstreept de wens van de dichter om een zo breed mogelijk publiek te bereiken en zijn poëzie ook op niet-poëtische locaties aan te brengen.

Dimitri Casteleyn: Vanwaar kom je beeld, Poëziecentrum, Gent 2017, 63 p. ISBN 9789056550769

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri