A(rchibald) O(lson) Barnabooth, het personage van de steenrijke
kosmopoliet waarachter Valery Larbaud (1881-1957), evenals zijn pseudoniem een
onvermoeibaar reiziger en een polyglot, zich aan het begin van zijn schijversloopbaan
schuilhield en die hij in Journal d'A.O.Barnabooth (1913)
portretteerde als een rusteloze ziel die tevergeefs tracht een gevoel van
existentiële leegte te keren door middel van zowel de zonde als de deugd. Tevergeefs
natuurlijk. ‘Avec les années, dit Barnabooth, mon personnage se fixera sans
doute, alors j'écrirai 'Je' sans hésiter, croyant savoir qui s'est.‘
Het boek verscheen in hetzelfde jaar waarin het eerste deel van A
la recherche du temps perdu uitkwam, en was, net als het magnum opus van
Proust, een uiting van het moderne levensgevoel op een keerpunt in de tijd. Een
onstuitbare drang naar beweging ook, die 'in mijn gedichten [moet] doordringen
en / mijn onuitspreekbare bestaan uitspreken, mijn kinderlijke bestaan / dat
niet anders wil dan / eeuwig hopen op onbestemde dingen‘.
De gedichten (waarvan hier een
keuze in een tweetalige uitgave, door Paul Claes nauwkeurig omgezet) behandelen
voornamelijk dat thema waarin het reizen primeert, net zoals dat voor zijn
leven gold. Tot een hersenbloeding hem in 1935 verlamt, zal Larbaud als een
waar cultureel kosmopoliet constant Europa doorkruisen. Hij leest, schrijft en
spreekt verscheidene talen, vertaalt en introduceert Samuel Butler in Frankrijk
en treedt, samen met James Joyce, op als revisor voor de vertaling van Ulysses.
Wanneer zijn
proza (Fermina Márquez, 1911) door
het gemak waarmee het geschreven lijkt, in een heldere taal, kleurrijk en
sensueel getint, erg poëtisch aandoet (in die zin doet hij denken aan Gérard de
Nerval wiens Sylvie al even onweerstaanbaar is), zijn de gedichten, met
een gelijke charme geschreven, eerder verhalend te noemen. Door het benoemen
van treinen, steden en bestemmingen, met het oproepen van de geuren en de
kleuren van de natuur, van ‘twee meisjes op weg naar hun atelier‘ of zoals hij
het noemt:
‘Grootse
poëzie van gewone dingen, anekdotes, reizen,
zigeuners, tochten
met de slee, regen over zee,
waanzin van een koortsnacht, met
alleen enkele boeken,
hoogtes en laagtes van tijd en temperament
momenten uit een ander leven, herinneringen, voorspellingen,
ach, pracht van het alledaagse leven en de gewone sleur,
aan u deze verdoolde ziel‘.
Alma perdida, zoals dit vers heet.
Gedichten die soms
doen denken aan Verlaine, maar ook aan Walt Whitman, maar altijd met de zang
van de zachtzinnige melancholie eigen aan deze reizende dichter.
‘Of is het enkel een
droombeeld, iets
louter en alleen van mij - un borborygme?
(jammerlijk genoeg enkel te vertalen als ‘buikgerommel‘).
Valery Larbaud: Barnabooth,
Vleugels, Bleiswijk 2018, 48 p. Tweetalige editie. ISBN 9789078627401. Vertaling uit het Frans
door Paul Claes
deze pagina printen of opslaan