Het hart van de mens is het sluitstuk van een trilogie. Met de
voorafgaande delen Hemel en hel en Het verdriet van de engelen had de
IJslandse auteur Jón Kalman Stefánsson ons al ruimschoots weten te overtuigen
van zijn buitengewone zin voor sfeerschepping en zijn poëtische kijk op de
condition humaine. In de derde roman van de reeks gaat hij verder op de
ingeslagen weg. Het hoofdpersonage, een naamloze jongen, heeft een zware
sneeuwstorm overleefd en wordt samen met een van zijn reisgezellen, de postbode
Jens, verzorgd door het gezin van een dorpsarts. Ondanks het verdriet om de
verdwijning van hun derde metgezel zijn Jens en de jongen snel aan de beterhand
en besluiten ze terug te keren naar het dorp waar ze vandaan komen. Vlak voor zijn vertrek raakt de jongen danig onder de
indruk van een roodharige schone, die hem verwarrende brieven zal sturen als
hij weer thuis is.
Hoewel het de taal
is die centraal lijkt te staan bij Stefánsson, wisselen de gebeurtenissen en
intriges elkaar snel af in zijn romans. Ook in Het hart van de mens raken we verwikkeld in een aantal vaak
schrijnende, soms ontroerende verhalen over eenzaamheid, onderdrukte erotische
gevoelens en ontluikende seksualiteit. Veel van de dorpsbewoners rond de
jongeman kampen met innerlijke conflicten, verliezen hun geliefde of trekken
weg om een beter bestaan te vinden. Geirthrud, bij wie de jongen inwoont, heeft
een relatie met de kapitein van een schip dat zo nu en dan aanlegt in de
dorpshaven, tot een storm opsteekt, het schip kapseist en de kapitein verdrinkt
omdat hij het kattenjong dat hij van zijn dochtertje gekregen heeft, niet aan
zijn lot wil overlaten. Daarop neemt Geirthrud de rationele beslissing om te
trouwen met Gisli, de rector van wie de jongen les krijgt. De roman eindigt met
een bruiloft, maar opnieuw loopt niets zoals verwacht. Op de allerlaatste
bladzijden balt Stefánsson zijn stilistische vermogens samen in wat een synthese
lijkt van zijn gevoel voor tragiek en de voor zijn romanreeks zo typische
beschouwingen over de helende kracht van taal.
Het
is niet moeilijk te begrijpen waarom Stefánsson in de prijzen is gevallen in
Scandinavië. Zijn proza spitst zich op een bijzonder poëtische manier toe op
natuurbeschrijvingen en karakterschetsen, maar raakt de lezer vooral met zijn
vondsten. Wat te denken van een citaat als:
‘niets ter wereld is zo helder
en puur als de maand juni... […] Is het vanwege de helderheid dat de tijd in de
zomer eindeloos lijkt te zijn […]. Vandaag is het de honderdeneerste juni,
zeggen wij wellicht als de kalender de vijftiende aangeeft’.
Toegegeven, de vele overpeinzingen, vaak gevat in lange
hoofdzinnen die steeds met komma’s worden afgebakend, stokken het verteltempo
soms wat, maar voordat je kunt vinden dat er wat te veel wordt gemijmerd of
verzucht in het IJsland van Stefánsson, heeft de handeling weer een van zijn
vele dramatische wendingen genomen.
Jón
Kalman Stefánsson: Het hart van de mens, Ambo/Anthos 2014, 414 p. ISBN 9789041422149.
Vertaling van Hjarta mannsins door Marcel Otten. Distributie VBK België
Oorspronkelijk verschenen in De
Leeswolf 2014
deze pagina printen of opslaan