Marieke Lucas Rijneveld lijkt wel het
wonderkind van de hedendaagse Nederlandse literatuur te worden. Rijneveld, nog
maar 27, debuteerde in 2015 met de dichtbundel Kalfsvlies en won voor die bundel meteen de C’ Buddingh’-Prijs voor
beste poëziedebuut. In 2018 kwam ze met De avond is
ongemak op de proppen, haar eerste roman, die dit jaar ook
geselecteerd is voor de Libris Literatuurprijs Longlist. Het behoeft geen
betoog: Rijnevelds talige worpen worden alom bejubeld en bekroond. In januari
kwam Fantoommerrie uit, haar tweede
dichtbundel.
Als
je vertrouwd bent met de literaire verbeelding van Rijneveld, voelt Fantoommerrie als thuiskomen. Hoewel de
bundel geenszins een kopie is van haar eerdere werk, zijn er een aantal thema’s
die steeds blijven opduiken, zowel in haar proza als in haar poëzie. Rijneveld
groeide op in een boerderij in Brabant, in een landelijke omgeving, een kleine
gemeenschap met een nog sterk aanwezig kerkelijk gezag, dat merk je als je haar
werk leest. In ‘Wie er binnen mist’ beschrijft ze haar ouderlijk huis als ‘die
boerderij met ingezakte / schouders en een kerkbank tegen de schuurmuur aan’.
In datzelfde gedicht heeft ze het even later over ‘kikkerlijkjes als
lekgestoken tennisballen’. Die fascinatie met dode dieren en de kinderlijke
associaties die dat oproept, zag je ook al in De avond is ongemak. De speelsheid van die associaties voorkomen
dat het een, bij wijlen, morbide bundel wordt. Hoewel de dood, ook in de figuur
van het overleden broertje (opnieuw: denk aan De avond is ongemak), regelmatig opduikt, zorgt de innovatieve
beeldentaal van Rijneveld ervoor dat zwaarte van de onderwerpen voortdurend
onderuit gehaald wordt. En precies daardoor krijg je bij het lezen van de
bundel meermaals een krop in de keel: haar speelse taal werkt ontwapenend, tot
je een paar seconden later doorhebt waar het eigenlijk over gaat.
Het zou deze bundel
oneer aandoen om te beweren dat het hier louter om een zoveelste exploratie van
een moeilijk verleden gaat. De mooiste gedichten uit de bundel hebben met dat
verleden weinig uitstaans. Ik denk bijvoorbeeld aan gedichten voor overleden
vrienden en dichters, een andere manier waarop de dood in deze bundel zijn
gezicht laat zien. Uit het gedicht ‘Een verkeerd geparkeerde auto’, opgedragen
aan F. Starik:
‘de ramen staan als televisieschermen op sneeuwbeeld en
jij als
groot nieuws in het theater van onze weemoed, de kaasschaaf ligt
onaangeroerd
op het tafelblad en je hart dat als een verkeerd geparkeerde
auto in de borstkas tot stilstand
was gekomen. Op dat moment trok ik net
een blikje ansjovis open,
een massagraf zou je gezegd hebben, en hoe ik
ze haast lieflijk op
de snijplank legde, de olie van hun lijfjes depte, ze daarna
serveerde
met wat cherrytomaatjes en speltpasta: hoe minder fotogeniek het
leven, hoe mooier de
borden zijn opgemaakt.’
Dat van die krop in de keel? Dit is exact wat ik bedoel.
Fantoommerrie is zeker geen perfecte
bundel. Zoals in haar roman ook al het geval was, gaan de vele metaforen op den
duur vervelen. Hoe mooi Rijnevelds beelden ook zijn, op een bepaald moment
overvalt je een bepaalde metafoormoeheid die je bijna blind maakt voor wat nog
volgt. Een teveel aan schoonheid, ook dat bestaat.
Rest nog de vraag: is Marieke
Lucas Rijneveld werkelijk een one-trick pony, zoals literatuurrecensenten wel
eens beweren? Met Fantoommerrie maakt
Rijneveld zonneklaar dat ze over een heel eigen omgang met taal beschikt en dat
ze die graag zoveel mogelijk uitbuit. Net zolang tot je er als lezer bijna
genoeg van krijgt. Het opzoeken van die grens is een constante in haar werk en
geeft haar poëzie een herkenbaar karakter. Dat haar Brabantse verleden aan haar
blijft trekken, ook dat wordt stilaan duidelijk, maar toch beweegt het lyrische
ik in deze bundel stapvoets van die omgeving weg. Het perspectief wordt
afstandelijker, de onderwerpen gevarieerder. Fantoommerrie toont een meer volwassen dichter, een dichter die de
bekende paden blijft opzoeken, maar tegelijk op zoek is naar nieuwe wegen.
Marieke Lucas
Rijneveld: Fantoommerrie, Atlas Contact, Amsterdam 2019, 64 p. ISBN:
9789025453459. Distributie VKB België
deze pagina printen of opslaan