Nico Dijkshoorn is, naast columnist in het
populaire televisieprogramma De Wereld
Draait Door, ook muzikant en schrijver van beroep. Hij treedt veelvuldig op
met zijn werk. Zijn absurdistische gedichten geschreven onder het pseudoniem P.
Kouwes en zijn voetbalverhalen (onder meer in De tranen van Kuif den Dolder – Atlas/Contact, 2014) werden vroeger
al geprezen. Later werd de toon van zijn teksten persoonlijker, hoewel ze
steeds relatief afstandelijk bleven.
Ooit gelukkig is aangevat als een poging tot het doorgronden van de
moeder van de auteur, die vond immers dat na vader, ook moeder recht had op een
boek. Dijkshoorn werd meermaals verweten – en erkende ook – dat hij in Nooit ziek geweest (Atlas/Contact 2012) te
hard was geweest voor zijn vader. In dat boek beschrijft Dijkshoorn namelijk
zijn vader als een onwelwillend man die geen tegenspraak duldt. De verhouding
tussen vader en zoon is duidelijk erg labiel. Wanneer zijn moeder kort na zijn
vader overlijdt, besluit Dijkshoorn het in een boek over haar anders aan te
pakken.
Al heel snel lopen de dingen
echter anders dan gepland: Dijkshoorn krijgt een TIA (een beroerte), moet
herstellen, en wordt angstiger dan ooit. Nog meer TIA’s en paniekaanvallen op
de meest onverwachte momenten volgen – ook tijdens optredens. Slechts steunend
op zijn vrouw, slaagt hij erin een schijn van normaliteit op te houden. En zo
werd Ooit gelukkig het verslag van
hoe je leven in één klap kan veranderen, alsook een reflectie op het verleden,
thuis, toen vader en moeder nog leefden.
Dijkshoorn toont zich in zijn jongste roman uiterst
kwetsbaar. Hij beschrijft open en eerlijk zijn angsten en de fouten die hij
maakte in de contacten met zijn familieleden. Van één ding raakt hij echter
niet verlost, ook al realiseert hij zich dat zelf ook: ondanks goede voornemens
draait het in Ooit gelukkig toch weer
om hemzelf, veel meer dan om zijn moeder, zoals oorspronkelijk de bedoeling
was. En daarin erft hij de eigenschap die hij het meeste verfoeide in zijn
vader…
Dat alles beschrijft Dijkshoorn
scherp en helder en, zoals vertrouwd, met humor, speels en to the point.
Dijkshoorn geeft vooral een beeld van de worsteling die hij voert met zichzelf,
ten prooi aan lichamelijke kwalen en overpeinzingen. Het is geen fraai beeld,
maar tekent de schrijver zoals hij zelf weet dat hij is. Die eerlijkheid wekt
sympathie bij de lezer – en maakt het boek lezenswaardig, maar nergens
larmoyant.
Nico
Dijkshoorn: Ooit gelukkig, Pluim, Amsterdam 2019, 220 p. ISBN 9789492928214
deze pagina printen of opslaan