Vertaald proza

BOEKEN NR. 6, JUNI 2019

Philipp Blom: Een Italiaanse reis. Een zoektocht naar de herkomst van mijn viool

door Lisanne Vroomen

In Een Italiaanse reis lopen twee verhaallijnen naast elkaar: een uit het heden en een uit het verleden. In de verhaallijn uit het heden koopt de verteller - Philipp Blom – een viool uit het begin van de achttiende eeuw van een onbekende vioolbouwer. Gefascineerd door het instrument gaat hij op zoek naar de maker ervan. De tweede verhaallijn gaat over het leven van de vioolbouwer die vermoedelijk vanuit het Duitse Füssen naar Italië is geëmigreerd. Op basis van de weinige informatie die Blom heeft, probeert hij het leven van deze vioolbouwer - die hij de naam Hanns geeft - te construeren. Een Italiaanse reis doet daardoor qua structuur denken aan De bekeerlinge van Stefan Hertmans. Ook in dit boek gaat de schrijver op zoek naar het verleden, waardoor twee verhaallijnen ontstaan: de zoektocht in het heden en de resultaten ervan in de vorm van een verhaal over het verleden. Het is een structuur die wonderwel werkt en voldoende spanning opbouwt.
 
In tegenstelling tot Hertmans problematiseert Blom het genre van zijn boek. Al op de eerste bladzijde meldt hij:  
 
‘Dit boek is geen roman. Ik heb niets bedacht, verzonnen, erbij gefantaseerd of opgesmukt. Als het maar even mogelijk was, heb ik met historische documenten gewerkt. Speculatie is als zodanig vermeld. Enkele gesprekken die ik in de loop van mijn onderzoek heb gevoerd worden hier naverteld, op grond van mijn notitities en uit mijn geheugen. En nog iets: de viool waarom het gaat is geen Stadivarius. En ja: misschien is alles heel anders geweest.’  
 
Blom presenteert het boek dus enerzijds als non-fictie, maar laat anderzijds wel blijken dat het boek geen één-op-éénrelatie heeft met de werkelijkheid: misschien was het allemaal toch anders geweest.  
 
Qua stijl doet Een Italiaanse reis in ieder geval erg literair aan, en dat is voor mij een reden om het toch eerder als een roman te zien dan als een non-fictieboek. Dat neemt niet weg dat duidelijk is dat Blom zich goed gedocumenteerd heeft en dat zijn verhaal over vioolbouwer Hanns met feiten onderbouwd is. Een historisch onderbouwde constructie is echter nog geen reconstructie en Blom geeft op verschillende plekken in het boek duidelijk aan zich daarvan bewust te zijn.
 
Verbazingwekkend is hoeveel kleur Blom weet te geven aan het leven van Hanns. Een mooi voorbeeld hiervan is de emigratie van Hanns. De kenmerken van de viool doen vermoeden dat de maker een Italiaan is van Duitse afkomst. Ze is gebouwd ‘in vloeiend Italiaans met een licht Zuid-Duits accent.’ Dat brengt Blom naar het Duitse Füssen, een belangrijk centrum voor de bouw van strijkinstrumenten. Hij geeft een uitgebreid beeld van het leven en de instrumentbouw in Füssen, alvorens te spreken van een reeks vioolbouwers uit deze stad die tussen 1650 en 1680 naar Italië trok en daar een belangrijke rol speelde in het handwerk. Hij ziet Hanns als een van hen. Hoe zou Hanns zich voorbereid hebben op de reis door de Alpen, vraagt Blom zich af. Op basis van gegevens van emigranten die wel bekend zijn en op basis van speculatie, schetst hij een antwoord op deze vraag.  
 
Blom flirt met zowel de geschiedschrijving als de literatuur: Hanns wordt geen romanpersonage, maar hij spreekt toch ook meer tot de verbeelding dan bij een puur historische beschrijving. Blom ontstijgt de pure historische beschrijving verder door universele vragen over immigratie te stellen: ‘Waar kon een immigrant liefde vinden of bevrediging, een relatie of een familie?’ Hierbij legt hij ook een link naar het heden: ‘Wat de Duitse gemeenschappen van handwerkers in het Italië van de barok waren, zijn vandaag de dag de Pakistaanse supermarkten, Turkse bakkerijen en Chinese stomerijen, Servische taxibedrijven en Nigeriaanse straathandelaars [...]: je kunt in een ander land en zonder geld alleen voet aan de grond krijgen als je contacten hebt, een netwerk, als iemand je een slaapplek en een kans geeft.’
 
Een belangrijk thema is de band tussen heden en verleden, en vooral tussen vioolbouwer en eigenaar. Zodra Blom de viool in handen neemt, heeft hij een historische ervaring: een direct contact met het verleden. Hij ontmoet naar eigen zeggen ‘iemand die tien generaties geleden geleefd heeft en iets gemaakt had wat ook na zo lange tijd nog steeds zijn stem kon verheffen en de mensen kon roeren.’ Deze ontmoeting motiveert Bloms zoektocht naar Hanss. Ook gedurende de zoektocht wordt Blom soms bevangen met het idee Hanns al te kennen. Het is deze band die de viool bijzonder maakt:  
 
‘Een object als een weerhaak die het leven en de wereld waaruit hij afkomstig is, met scherpe kleine stekels in het heden slaat. Het aan de haak bevestigde touw gaat verloren in de duisternis, dieper dan je kunt duiken. En toch is daar die stem, een heel koor van stemmen die via dat ding een laatste maal roepen: Remember me!, ik heb ooit geleefd, ik was even werkelijk als jij nu, mijn angst, mijn lust, mijn vrienden en mijn pijn waren even overweldigend als die van jou [...].’
 
Een Italiaanse reis is het verslag van een zoektocht, geschreven in een prettige stijl en met bovenal veel eruditie. De zoektocht naar de viool is veel breder dan dat: de zoektocht biedt een breed perspectief op het leven van handwerkers in de achttiende eeuw in zowel Füssen, als verschillende Italiaanse steden. Elke besproken stad is weer een aanleiding voor bespiegelingen over verschillende zaken. Zo weet Blom veel zaken bij zijn verhaal te halen, - van de Füssener Totentanz tot moderne vioolzwendel – en ondertussen toch een coherent verhaal te vertellen met verschillende lagen. Dat maakt het lezen van Een Italiaanse reis tot een ware beleving.
 
Philipp Blom: Een Italiaanse reis, De Bezige Bij, Amsterdam 2019, 332 p. ISBN 9789403162300. Vertaling van Eine italienische Reise door W. Hansen. Distributie Standaard Uitgeverij

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri