In haar eerste roman, Hawaï 2000, weet Heidi Koren, die in 2015 debuteerde met de
poëziebundel Gedachten over een mogelijk einde met minimale middelen een maximaal
resultaat te bereiken. Er zijn maar weinig personages in Hawaï 2000, namelijk psychotherapeute Lin, haar vader, haar zus
Sanne, haar moeder Annelies, haar stiefmoeder Saskia en haar buurman met zijn
dochtertje. De structuur van het boek is duidelijk: er zijn vijf delen, die
zich afwisselend afspelen in het heden en het verleden. Ook de setting is
beperkt: de delen in het heden spelen zich grotendeels af in en rondom Lins
huis en de delen uit het verleden centreren zich rondom haar ouderlijk huis en
het zwembad. Zo is de opbouw en de structuur van het boek dus niet ingewikkeld,
maar alles wat er tussen de regels door broeit tussen de personages is dat des
te meer!
Hoofdpersoon
Lin zit thuis met een burn-out. Om zichzelf te verwennen besluit ze een nieuwe
bank te kopen, de Hawaï 2000. Hij past echter niet door haar voordeur en blijft
daarom op de veranda staan. Dat komt goed uit want haar stiefmoeder heeft het
helemaal gehad met Lins vader. Ze zet de oude man, die onder andere lijdt aan
Alzheimer en Parkinson, bij Lin voor de deur af en vertrekt. Lin is echter niet
van plan om haar vader binnen te laten en zo komt het dat hij geruime tijd op
de bank op de veranda bivakkeert. Lin negeert hem zoveel mogelijk en alleen
Buurman – dat wil zeggen Lins buurman van wie de naam niet genoemd wordt in het
boek en die door Lin Buurman wordt genoemd – bekommert zich om de oude man die
dag en nacht in de kou buiten zit.
Deze absurde situatie roept meteen de vraag op wat Lins
vader gedaan heeft om deze behandeling te verdienen. In de delen over het
verleden wordt stukje bij beetje Lins kindertijd ontrafeld. Er zijn heftige
dingen gebeurd en het wordt langzaam duidelijk waarom Lin haar vader buiten
laat staan. Koren waakt er echter goed voor geen zwart-witverhaal te vertellen
waarin vader slecht is en Lin goed. De vraag ‘Wanneer ben je slecht?’ blijft
door het boek zingen. Is vader slecht omdat hij zijn gezin verlaten heeft? Is
vader nu nog steeds slecht, nu hij Alzheimer heeft? Is Lin slecht omdat ze geen
onderkomen regelt voor haar vader? Is Saskia slecht omdat ze vader zomaar
achterlaat? Het verhaal is te subtiel om hier een kant-en-klaar antwoord op te
formuleren. Zo broeit onder de simpele structuur een complexe verstandhouding
tussen de personages.
Opvallend is het gebrek aan contact van Lin met anderen:
haar moeder is dood, haar vader en zus heeft ze al jaren niet gezien en
vrienden lijkt ze niet te hebben. Alleen met Buurman heeft ze contact, maar het
is veelzeggend dat zij zijn naam niet eens weet. Dit maakt duidelijk hoe
oppervlakkig dit contact van haar kant uit is, ondanks al zijn goede bedoelingen.
De enige met wie Lin daadwerkelijk een verbinding heeft, is Jacob, haar
herdershond. Ze lijkt hierin op haar vader, die op de veranda een ‘vriendschap’
sluit met een merel. De beperkte kring van personages en de beperkte setting is
dus heel functioneel voor het boek: het toont het isolement van de hoofdfiguur.
In Hawaï 2000 heeft alles een functie en is alle overbodige opsmuk
zorgvuldig vermeden. Hoewel het daardoor in eerste instantie overkomt als een
boek ‘volgens het boekje’, schuilt hierin de kracht van deze roman. Juist de
minimale middelen die Koren gebruikt, maken Hawaï
2000 tot een schrijnend boek over (gebrek aan) menselijk contact en over
wat mensen elkaar onbewust aandoen.
Heid Koren: Hawaï 2000, Vrijdag, Antwerpen 2019, 174 p. ISBN
9789460018145. Distributie Elkedag Boeken
deze pagina printen of opslaan