Etnische fotografie

De magische wereld van voodoo: Beeldvorming van een syncretische religie

door Kris van Zeghbroeck

De portrettering van voodoo in film en fictie geeft een beeld van horror, bloed, hekserij en diabolisme. Er wordt een eenzijdige Hollywood-visie opgehangen van een wrede, bezeten cultus waarbij mensen en dieren ritueel geofferd worden en voodoopoppen gebruikt worden om levende wezens van op afstand te beheksen en te martelen. In werkelijkheid is vodun of vudun (de naam staat voor ‘geest’) een traditionele religieuze wereldbeschouwing, waarbij het ‘geloof in een schepper, bijgestaan door goden en godinnen, voorouders en geesten, fundamenteel is’. Deze religie vond zijn oorsprong in het oude koninkrijk Dahomey (het huidige Benin) en verspreidde zich van daar voornamelijk over het West-Afrikaanse kustgebied van Nigeria tot Ghana. Vodun wordt vaak gepraktiseerd naast (of vermengd met) een andere godsdienst, zoals de islam of het christendom, en heeft in zijn geschiedenis altijd al elementen van omliggende godsdiensten overgenomen. Bovendien is het geen statische religie en evolueren altaren, beeltenissen en gebruiken voortdurend. Dit amorfe karakter komt nog sterker tot uiting in de West-Afrikaanse diaspora in het zog van de slavenhandel naar Amerika en de Cariben. De slaven namen hun godsdienst mee en vermengden die met plaatselijke religies en gebruiken. Het christendom met zijn schepper en heiligen bleek een ideale camouflage om verboden godsdiensten uit Afrika in stand te houden. Zo ontstond er een syncretisme of hybridisatie, die resulteerde in onder meer het Haïtiaanse vodou, het Cubaanse santería, vudu in Puerto Rico en de Dominicaanse republiek, vodum in Brazilië en natuurlijk voodoo in Louisiana.

Voodoo

Voor de Haïtiaan Laënnec Hurbon, in zijn inleiding tot het drietalige boek Voodoo, zijn de Afrikaanse goden ‘vooreerst krachten die “verspreid zijn” of wonen in de verschillende natuurelementen; ze beheersen eveneens verschillende sociale activiteiten. Tussen deze krachten bestaan er hiërarchische verbanden of tegenstellingen en vormen van complementariteit. Kortom, een echt pantheon.’ Niet zozeer het opperste wezen wordt vereerd, maar wel de scala aan goden die hij voorziet. ‘Met deze krachten kan worden onderhandeld om gunsten en steun te verkrijgen voor alle omstandigheden van het dagelijkse leven, in het bijzonder voor therapeutische verzorging. Men moet hen eer bewijzen met voedseloffergaven en met dierenoffers. Zo ontwikkelt zich een symbolisch verband tussen goden en de mensen.’ De ons omringende natuurelementen ‘worden beschouwd als woonplaatsen van de goden’. Zij interfereren met het lichaam van de voodoobeoefenaar en nemen er, elk op hun kenmerkende manier, bezit van, zodat de persoon in trance komt. Daarbij kunnen muziek en dans een belangrijke rol spelen, De omstaanders ervaren het mysterieuze gebeuren en zien het lichaam in trance als een plaats van herinnering, waarin ze de goden van het voodoo-pantheon kunnen leren (her)kennen en hun boodschap beluisteren.

Binnen die context geeft het fotoboek Voodoo van Gaël Turine een inkijk in de leefwereld van voodoo verspreid over Afrika (Benin), de Cariben (Haïti) en Amerika (USA). Het zijn vaak mysterieuze, van religieuze passie doordrenkte zwart-witbeelden met sporadisch een kleurenbeeld, dat bol staat van het symbolisme. Zoals de close-up van het bebloede mes, waarmee de offergave van een rund gebeurde. De Afrikaanse beelden hebben een sterkere islamitische context, net zoals de beelden uit de VS een meer christelijke inslag hebben. Voor de rauwere beleving van voodoo springt vooral Haïti sterker in het oog. Ook hier is de context christelijk, maar de beleving van voodoo toont sterker zijn primitieve kant door de indringende beelden van offergaven en haast zombieachtige mensen, die zich in modder en bloed wentelen. Haast bevrijdend transcendent is in vergelijking de watervalceremonie, waarin de beoefenaars zich halfnaakt aan de euforie van het water overgeven.

Cariben

Achter deze beklijvende Haïtiaanse beelden gaat een rijke verzameling cultureel erfgoed schuil. In 2009 wijdde het Tropenmuseum Amsterdam een tentoonstelling aan Vodou, kunst en mystiek uit Haïti, een expo die daarna nog in enkele Europese steden liep. Daarmee was voor het eerst een deel van de belangwekkende collectie van de in Haïti wonende Marianne Lehmann bij ons te zien. Met haar collectie tracht ze het verdwijnen van waardevolle stukken naar het buitenland tegen te gaan. Deze expositie opende letterlijk een doos van pandora, vol beeltenissen en gebruiksvoorwerpen: een verscheiden wereld van onder meer lwa (geesten), zombies en afgesloten recipiënten met sluimerende zielen, die het rommelige vodou-altaar kunnen bevolken. De artistieke cultuur van beeldhouwwerken voor allerhande altaren werd door de jaren heen verfijnd tot de indrukwekkende, levensgrote en kleurrijke  beeldengroepen van het hedendaagse Haïti.

Er zijn ook sporen van de plaatselijke indiaanse rituelen terug te vinden in de verschillende Caribische godsdiensten van Afrikaanse oorsprong. Het indiaanse aandeel is vooral groot in het Surinaamse winti, een versmelting van Afrikaanse en indiaanse gebruiken. De grote rijkdom van spirituele werelden in het Caribische gebied wordt tevens gedemonstreerd door de Afrikaanse aanwezigheid op Cuba. Religies als Santería, Palo Monte en Abakuá vinden hun oorsprong in respectievelijk de Yorubacultuur, Banturoots en de Calabar regio (Nigeria). Deze syncretische godsdiensten, waarvan alleen de eerste direct gerelateerd is aan voodoo, zijn ingebed in de laagste klassen, wat maakt dat ze sterk ondergeschikt waren aan geïnstitutionaliseerde godsdiensten als het christendom. Anthony Caronia kreeg toegang tot verschillende religieuze kringen, wat resulteerde in het fotoboek Afro-Cuba. In zijn inleiding hangt Tzvetan Todorov een beeld op van de Cubaanse religieuze beleving in al zijn verscheidenheid. Zo heeft hij het ook over de weerstand om gebruik te maken van foto’s bij rituelen of de riten te fotograferen. Het geloof dat de ziel, of een gedeelte ervan, daardoor ontnomen wordt, lijkt vandaag verdrongen te zijn. Toch hamert Caronia erop dat alle beelden genomen zijn met toestemming van de spirituele leiders (Orisha’s). Zijn zwart-witbeelden geven een inkijk in de verborgen en mysterieuze wereld van de Cubaanse spiritualiteit. Vier jaar lang verzamelde Caronia beelden van onder meer offergaven, rituelen, altaren en consultaties die normaal achter gesloten deuren plaatsvinden. Zo krijgen we tevens een beeld van de rijke folklore die ermee samengaat.

Back to Africa

In 1967 bezocht de Amerikaanse fotograaf Irving Penn in opdracht van het tijdschrift Vogue Dahomey (Benin). Zijn portretten van de plaatselijke bevolking zijn vaak gekunstelde modefotografische composities, maar onderweg raakte hij gefascineerd door modderbeelden van Legba, de bewaker van de vodun. De beelden dragen kleurige sporen van offergaven, maar waren gedoemd te verdwijnen, blootgesteld aan wind en regen. Resonanties van Penns historische documenten, vinden we in het nieuwe millennium terug in de fotografie van de Belg Jean-Dominique Burton over voodoo in Benin, Vaudou (drietalige uitgave). In opdracht van de Zinsou-stichting (Benin) fotografeerde hij een aantal kleurrijke modderbeelden, -altaren en gebruiksvoorwerpen, die hij combineerde met zwart-witportretten van voodoo-beoefenaars en -priesters. Het geheel brengt een fotografische context van de voodoobeleving in Benin, die gebruikt werd voor een succesrijke plaatselijke expo, alvorens de wereld rond te reizen. De altaren en gebruiksvoorwerpen staan duidelijk binnenshuis, maar de beoefenaars lijken naar buiten te treden, vastgelegd voor de gevels van plaatselijke huizen.

Ook bij uitgeverij Five Continents, verscheen recent de tweetalige uitgave Bori, Healers of the Soul. Daarin brengt de Belgische Caroline Alida foto’s van Bori-priesters uit Niger, die op het eerste gezicht lijken aan te sluiten bij de portretten van Burton en de Afrikaanse traditie van portretfotografie. Zowel mannen als vrouwen kunnen priester worden. Alida wou echter niet zozeer de Bori in beeld brengen, maar de mens met al zijn gevoeligheden, die schuilgaat achter de bemiddelaar met de geestenwereld. De gefotografeerde bepaalde hoe hij of zij zich binnenshuis presenteerde, doorgaans in de context van zijn roeping. De setting geeft de foto’s een zekere intimiteit, waarbij het spel van licht en schaduw het mysterie van de innerlijke mens en het achterliggende geloof onvermijdelijk in de verf zet. De Bori-religie heeft zich vandaag gedeeltelijk vermengd met de islamitische context van het gebied. Hoewel Niger zich buiten de invloedssfeer van de vodun zou bevinden, en de geesten eerder ingezet worden voor het algemene in plaats van het individuele belang, bestaat er wel degelijk een (historische) band. Het gaat om een animistische religie van de Hausa, waarbij bezetenheid traditioneel een belangrijke rol speelde. Ook zou vodun goden en rituelen aan de Bori-religie ontleend hebben.

Tot slot loopt nog tot 25 september 2011 in de Parijse Fondation Cartier pour l’Art Contemporain de tentoonstelling Vaudou / Vodun gewijd aan Afrikaanse voodoobeelden uit de collectie Anne en Jacques Kerchache. Deze laatste herkende al in het midden jaren van de zestig het artistieke potentieel van de traditionele voodoobeelden in Benin en moedigde de Parijse musea aan om ook objecten voor hun universeel esthetische waarde te verzamelen. Aan de tentoonstelling is een gelijknamige, rijk geïlustreerde catalogus verbonden, met meer dan tweehonderd foto’s van de Japanse fotograaf Yuji Ono, aangevuld met foto’s en documenten uit Jacques Kerchaches persoonlijke archief.

Caroline Alida (fot.), Adeline Masquelier (inl.): Bori, 5 Continents Milan, 2010, 125 p., ill. ISBN 9788874395651. Distr.: Exhibitions International

Jean-Dominique Burton (fot.): Vaudou, 5 Continents Milan, 2007, 253 p., ill. ISBN 9788874394432. Distributie: Exhibitions International

Anthony Caronia: Afro-Cuba, Benteli Zürich, 2010, 159 p. : ill. ISBN 9783716516249

Jacques Hainard (sam.), Philippe Mathez (sam.), Olivier Schinz (sam.): Vodou, KIT Amsterdam, 2008, 168 p., ill. ISBN 9789068327441. Distr.: EPO

Gaël Turine (fot.), Laënnec Hurbon, Laurent Gaudé, Caroline Milic: Voodoo, Lannoo Tielt, 2010, 219 p., ill. ISBN 9789020992113. Distributie: Lannoo

deze pagina printen of opslaan



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri