Letterkunde

BOEKEN NR. 3, MAART 2021

Cornelis Jan Aarts: Boekenjacht

door Jo Vanderwegen

Bij de illustere uitgeverij Fragment verscheen het prachtig verzorgde boek van Cees Aarts, Boekenjacht. Vele uitgaven heeft Aarts al op zijn naam staan, de poëziecollectie Domweg gelukkig in de Dapperstraat - een pocket met de beroemdste gedichten uit de Nederlandse literatuur -- is misschien wel de populairste. Veel eerder al maakte Aarts echter naam met zijn eigen uitgeverij (Uitgeverij C.J. Aarts), zijn Letterkundige Almanak (Aarts’ Letterkundige Almanak), jaarlijks uitgegeven van 1979 tot 1996, en zijn medewerking aan allerhande uitgaven betreffende literatuur (o.a. aan een boek over 175 jaar Nijgh en Van Ditmar, samen met M. Van Etten). Deze liefhebber van het métier begon ruim veertig jaar geleden met het verspreiden van gestencilde blaadjes. Met zijn uitgeverij was hij ook de eerste die gedichten van bijvoorbeeld Hans Dorrestijn (o.a. in 1981 Pieleman, pieleman) en Willem Wilmink (Zeven liedjes voor een piek, 1972) publiceerde.   

Boekenjacht
is wellicht zijn meest persoonlijke verwezenlijking; alleszins acht hij met dit boek de tijd rijp om zichzelf ‘schrijver’ te noemen. Aarts verzamelde lezingen, stukjes en artikelen die hij de afgelopen jaren schreef, in een prachtige gebonden hardcover. Het zijn observaties uit de boekenwereld, en meer specifiek uit de wereld van verzamelaars, boekenmarkten, beurzen en bibliotheken. Uitgebreid gaat hij in op de bezigheden van het Willem Elsschot Genootschap; hij vertelt anekdotes over zoektochten met vrienden Vic van de Reijt en Theodor Holman, drie enthousiaste boekenliefhebbers met zin voor humor, samen op pad. Aarts gaat ook vele pagina’s lang in op zijn Havank-collectie, met hun beroemde omslagen, getekend door Dick Bruna.
 
Niet alleen de verhalen van binnenuit zijn de moeite waard. Bij uitstek geven ook de prachtige kleurenillustraties Boekenjacht een bijzonder cachet; het leesboek is tegelijk een aangenaam kijk- en bladerboek van een technische kwaliteit die je vandaag nog zelden ziet. Wellicht zijn de verhalen voor insiders nog aangenamer te lezen vanwege de herkenning; anderen kunnen hun hart ophalen aan de verslagen van kroegentochten in het Amsterdam van de jaren zeventig of over een ontmoeting met Ramses Shaffy en een bezoek aan zelfbenoemd letterknecht Kees Lekkerkerker (Spinozastraat 43, hetzelfde adres waar voorheen Martinus Nijhoff en Werumeus Buning woonden; Lekkerkerker verzorgde de nalatenschap van J.J. Slauerhoff).
 
C.J. Aarts schreef diverse In memoriams. Naast het portret bij het overlijden van Kees Lekkerkerker voor de Amsterdamse krant Het Parool, haalt hij ook herinneringen op aan zijn overleden vriend Serge Sitniakowsky, met wie hij graag door Amsterdam struinde, aan de dichter Gerrit Komrij en aan zovele anderen. Doorheen de teksten klinkt naast ernst en kennis van het literaire (grachtengordel)leven, vooral veel humor. Aarts speelt met identiteiten en meet zichzelf geregeld een pseudoniem aan. Ook voert hij in Boekenjacht meer dan eens figuren op onder pseudoniem. Dat dit een spel is, blijkt duidelijk uit de onderschriften van sommige foto’s waarop zulke figuren duidelijk herkenbaar zijn, en toch met hun verzonnen naam benoemd worden. Zo zien we de bekende Amsterdamse boekhandelaar/auteur Wilma Schuhmacher op diverse afbeeldingen, maar in de ondertitels lezen we dat het gaat om Mathilde Ausputzer. Dezelfde speelsheid en schrijfplezier zien we terug in de uitgebreide en gedetailleerde registers, gaande van een personenregister, een register op onderschriften, geciteerde personages enzovoort. Ook is er een uitgebreide bronnenlijst en een verantwoording. Boekenjacht is kortom een zeer aan te prijzen boek, van en voor de boekenliefhebber.
 
Cornelis Jan Aarts: Boekenjacht, Fragment, Leiden 2020, 248 p. : ill. ISBN 9789090337760 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri