Poëzie

BOEKEN NR. 9, OKTOBER 2018

Stefan Hertmans: Onder een koperen hemel

door Dirk De Geest

De jongste jaren leek het alsof Stefan Hertmans zich vrijwel uitsluitend nog toelegde op het schrijven van romans. Met Oorlog en terpentijn en De bekeerlinge schreef hij niet enkel belangrijke boeken waarin historische thema’s met actuele kwesties worden verbonden, maar werken die internationaal zowel een grote populariteit en een grote waardering wisten te genieten. Liefhebbers van poëzie bleven echter wat op hun honger zitten. Waar was de belangrijke dichter uit het verleden naartoe, die met Muziek voor de overtocht (1995) nog de Staatsprijs in de wacht wist te slepen?
 
Liefhebbers hebben lang moet wachten, maar met Onder een koperen hemel is de dichter eindelijk opnieuw op het voorplan getreden. En hoe! De nieuwe bundel telt ruim honderd gedichten en is daarmee de lijvigste die Hertmans ooit publiceerde. Opmerkelijk daarbij is dat de teksten niet zijn ondergebracht in thematische groepen of afdelingen. Zelfs gedichten die eerder als een plaquette verschenen, figureren nu gewoon tussen de andere verzen. Het is niet zo gebruikelijk want de lezer mist daardoor wat steun bij zijn lectuur. Tegelijk is de verzameling op zich wel instructief. Zo ligt de klemtoon nu pas echt op de afzonderlijke verzen (die zich niet laten reduceren tot een of andere reeks) en, vooral, Hertmans creëert zo een web van motieven en terugkerende woorden. In feite kan men de bundel lezen als een soort van muzikale compositie: er is oog voor samenklank maar ook voor meerstemmigheid, en de lezer krijgt haast fugatisch en met variaties de herhaling van motieven en ideeën. Wie in dit boek grasduint, ontdekt telkens nieuwe verbanden en suggestieve beelden.
 
De poëzie van Hertmans leunt nauw aan bij zijn overige werk, maar van een vlot leesbare stijl is slechts zelden sprake. Integendeel, de auteur houdt van een gedragen taalgebruik vol beelden en associaties, dat de lezer aan het denken zet in plaats van hem of haar zomaar in zijn/haar wereldbeeld te bevestigen. In dat opzicht blijft Hertmans als dichter duidelijk een late erflater van het modernisme. Het subject is onderworpen aan twijfels en een zelfanalyse waarbij een gevoel van crisis nooit ver weg is. Tegelijk blijft het verlangen naar vrede, harmonie en inzicht fundamenteel onaangetast. Bij momenten is er inderdaad sprake van een soort van epifanie, een ervaring waar het dagelijkse als het ware plots wordt overstegen en een moment van openbaring tot stand komt. Daarbij is een belangrijke taak weggelegd voor de literatuur, want net dat medium biedt een uitgelezen kans om inzicht te creëren, fundamentele vragen te stellen, een gesprek met de ander aan te gaan…
 
Toch is de dichter niet meteen erg optimistisch over de uitkomst van zijn streven. Vanaf de openingsbladzijden wordt de poëzie ten tonele gevoerd, maar dat gebeurt op een hoogst dubbelzinnige wijze. Zij is een huis, maar de leegte daarvan moet door de dichter (en, in zijn spoor, de lezer) worden opgevuld. Daarenboven vertoont de woning allerlei tekorten waardoor de wind zijn gang kan blijven gaan. Kortom, slijtage en destructie lijken als het ware inherent verbonden met het poëtische taalgebruik. Dat belet niet dat het dichterlijke ik onafgebroken zijn beste beentje blijft voorzetten, vaak tegen beter weten in. Daardoor heeft deze bundel iets van een intense liefdesverklaring die gedrenkt is in heimwee om de vergankelijkheid.
 
Dat intense besef van de voortschrijdende tijd en de nakende ouderdom is een centraal thema in deze gedichten. Dat geldt allereerst voor de manier waarop de liefdesrelatie wordt verbeeld, als een nu-moment dat echter tegen de achtergrond van verleden en toekomst wordt opgeroepen. Ook de subjectieve herinneringen wijzen frequent op dat voorbije van het verleden. Hertmans trekt dit courante thema in deze nieuwe bundel echter resoluut open, door het te situeren in een lange menselijke geschiedenis en zelfs voorgeschiedenis. Heel wat gedichten verwijzen naar brede natuurverschijnselen en rampen, iets wat in deze tijd van klimaatopwarming ook als een actualiserende waarschuwing gelezen kan worden.  
 
Omgekeerd nemen heel wat gedichten het verleden tot uitgangspunt. In de bundel maken uiteenlopende historische en mythologische figuren hun opwachten, waardoor de ruimte wordt uitgebreid van Merelbeke tot het oude Griekenland, Egypte en het verre Oosten. Dat onderstreept de manier waarop Hertmans is uitgegroeid tot een bij uitstek kosmopolitische schrijver. Troje wordt een beeld voor het heden, terwijl omgekeerd onze maatschappelijke situatie het verleden telkens weer in een ander daglicht plaatst. Ook de vele verwijzingen naar schrijvers of naar de concrete geschiedenis dragen bij tot dat over elkaar schuiven van periodes en ruimten. Zelfs wie geen encyclopedie of wikipedia bij de hand heeft zal echter in deze gedichten boeiende thema’s aantreffen: wie echo’s herkent of verwijzingen kan thuisbrengen krijgt daarenboven een extra genot en wordt verder verwezen naar het eindeloze netwerk van verhalen en teksten dat onze cultuur is.  
 
Toch is deze lyriek allesbehalve hermetisch, abstract of vaag. De dichter vertrekt vrijwel steeds van erg concrete aanknopingspunten, van specifieke ervaringen die in de loop van het vers echter symbolisch worden geduid, of voorgesteld worden als exemplarisch. Veel gedichten balanceren daardoor op de grens tussen het anekdotische en het filosofische, aangezien het lyrische ik uit die gebeurtenissen en ontmoetingen telkens weer lessen voor het heden en de toekomst tracht te trekken. Dat gebeurt door allerlei fascinerende details (Hertmans is meesterlijk in het oproepen van een hele wereld via enkele detailobservaties of een paar sprekende beelden) maar ook door het neerzetten van magistrale figuren. In deze bundel zijn dat vooral vrouwenportretten, waardoor de bundel meteen ook een grote ode aan de liefde en de geliefde is.  
 
Onder een koperen hemel
bevat belangwekkende lyriek die blijk geeft van een ongelooflijk technisch meesterschap. Het zijn geen gemakkelijke gedichten maar verzen die blijven fascineren, soms herkenbaar maar even vaak ondoorgrondelijk. Belangrijke poëzie van een vooraanstaand dichter: ik had van Hertmans niet anders verwacht.

Stefan Hertmans: Onder een koperen hemel, De Bezige Bij, Amsterdam 2018, 116 p. ISBN 9789403123103. Distributie Standaard Uitgeverij 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri