Poëzie

BOEKEN NR. 9, NOVEMBER 2024

Kees Klok: Voor je het weet

door Erick Kila

In de nieuwe, zesde, dichtbundel van Kees Klok (1951) is het besef van het voortschrijden van de tijd zachtaardig en berustend binnen geslopen. Voor je het weet is de titel van een beknopte selectie gedichten die van de lezer vraagt dat hij even de pas inhoudt voordat hij verder gaat in de jachtigheid van alle dag.
 
Dat het besef van eindigheid in het levensgevoel van ouderen steeds meer een plek inneemt, wordt door Klok niet benauwend of al te mijmerend in gedichten verwerkt. Wat nu eenmaal zo is, zal hij niet wegduwen, maar wel op een lichte manier benoemen. Zoals ook in zijn proza spelen humor en een goed gedoseerde afkeer van sociale en politieke correctheid een licht ontregelende rol. De schrijvende mens moet zich immers niet voortdurend serieus nemen.
 
Ook Klok ontkomt niet aan een dominante proza-invloed in zijn poëzie. Sommige gedichten zijn in feite als gedicht vermomde kleine verhalen. Toch overtuigt Voor je het weet als gedichtenbundel. Dat komt door de subtiele ‘draai’ naar poëzie die zeker in een aantal verzen verrast. Vaste onderwerpen in Kloks oeuvre zijn Griekenland, de herinnering aan Stella (Kloks overleden Griekse echtgenote) en zijn geboorte- en woonplaats Dordrecht.  
 
‘Stella
 
Wat altijd zou moeten blijven:
café O Glykis, Athene,
O Prigipos, Thessaloniki en
Baraka en Odysseas,
natuurlijk Ta Therma op Samothraki,
Visser in Dordrecht, Costa d’ Oro en
onbenoembaar veel meer,
maar vooral de herinnering
aan jou, zodat je nooit meer
dood zult gaan.’
 
Soms is het exact beschrijven van de werkelijkheid niet genoeg als het om een doorvoeld verleden gaat. Dan komt het transcendente in een gedicht naar voren.

 
‘Stille kamers
 
Vanavond was de avond
van de dode dichters.
Je hebt er zo langzamerhand
heel wat gekend.
 
Ze zwerven met hun boeken
door je huis, soms zie je,
als het stil is, een van hun
schaduwen op de gang.
 
[…]’
 
Onder meer aan dit soort passages merk je dat Klok vatbaar is voor de sfeer van het werk van Konstantinos Kaváfis (1863-1933), een van de grootste Griekstalige dichters. Griekenlandkenner Klok heeft veel voetstappen liggen in Thessaloniki. Zijn echtgenote was afkomstig uit deze Noord Griekse stad aan de Egeïsche zee en hij heeft er een woning gehad. Hij bezoekt de stad daarom nog frequent. Waar het vervlogene en de weemoed de ruimte vullen, is poëzie bij uitstek het middel om iets van het onuitspreekbare gevoel vast te leggen. De glans op een karafje kan dan zomaar leiden tot een subtiel droombeeld.
 
‘Voor je het weet
 
Voor je het weet heb je alweer
zo’n blinkend karafje besteld.
 
Ach, de regen druppelt nog wel even na en
het meisje dat bedient, tja die doet je denken
 
aan vervlogen tijden toen de Turken hier de dienst
uitmaakten en daarvoor de keizers van Byzantium
 
met hun voorliefde voor de meisjes van Thessaloniki,
de nimfen uit het noorden.
 
Laat het nog even regenen, laat
de karafjes nog even blinken.’  
 
Kees Klok: Voor je het weet, Liverse, Dordrecht 2024, 35 p. ISBN 9789492519825

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

Dius

Stefan Hertmans

Kruisende lijnen

Junichiro Tanizaki

Memoires van een kip. Een Palestijnse fabel

Ishaq Musa Al-Husseini

We moeten ‘misschien’ blijven denken

Esther Jansma

Wij van de Ripetta

Thomas Lieske

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 10, DECEMBER 2024

De wens, of Het ware verhaal van Titi en Tony

Tereza Horvathova , Michaela Kukovicova (ill.)

Het is rood en rond…

Jan Jutte

Ludas en Bontje

Jan Paul Schutten, Sanne te Loo (ill.)

Wie heeft Steef opgegeten?

Susannah Lloyd, Kate Hindley (ill.)

Wij, ervoor en erna

Jenny Valentine

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri