Op basis van gedegen en uitvoerig onderzoek
van het beschikbare materiaal brengt Julien Vermeulen een minder gekend aspect
in kaart van het dichtwerk van Guido Gezelle. Vermeulen focust op de Kortrijkse
jaren van de dichter, toen hij na zijn Roeselaare-periode naar Kortrijk was
overgeplaatst om daar als onderpastoor pastoraal werk te verrichten. Gezelle
arriveerde in 1872 in Kortrijk, toen een industriestad in volle ontwikkeling. Van
de stedelijke dynamiek zijn slechts uitzonderlijk sporen terug te vinden in
Gezelles oeuvre. Vooruitgangsdenken, innovatie en industrialisering waren niet
aan hem besteed. Als de realiteit dan toch voor een stukje binnensijpelde, dan
was het bijna uitsluitend in de vorm van gelegenheidsgedichten waarin het
achterliggende sociale milieu opduikt.
Dat hij een woning kreeg
toegewezen in de onmiddellijke nabijheid van het weeshuis – een sociaal gegeven
waarop Vermeulen diep ingaat in de manier waarop hij de leefomstandigheden van
de wezen tekent – maakt dat veel van zijn funeraire gedichten aan overleden
kinderen zijn gewijd. Vermeulen: ‘Als dichter zag hij in deze gedachtenislyriek
een interessant medium om zijn apostolisch werk en zijn literaire ambitie te
combineren.’ In zijn eindoordeel ter zake, gebaseerd op een gedegen onderzoek
van een aantal aparte gedichten, is Vermeulen verder heel duidelijk: ‘Zijn
‘zielgedichtjes’ bevatten nooit een maatschappelijke diagnose, blijven blind
voor de onderliggende wantoestanden en bieden nergens een aanzet tot sociale
dynamiek.’ In zijn onderzoek naar Gezelles vakmanschap wijst Vermeulen verder
aan de hand van een analyse van ‘Een wijzer woord’ en de vergelijking ervan met
het gedicht ‘The Tables Turned’ van William Wordsworth op de manier waarop
Gezelle de Engelse verzen als steunpunt heeft gebruikt voor zijn eigen gedicht.
Ook als verzamelaar, vooral dan van woorden, heeft Gezelle blijk gegeven van
zich steeds dieper ontwikkelend vakmanschap: ‘Zijn extreme passie voor
verzamelen, ordenen en bewaren bood de dichter blijkbaar een houvast in een
leven van gemis en verlies.’
De (deel-)studie die Guido
Gezelle, een vakman in de Kortrijkse binnenstad is en die zich grotendeels
richt op een publiek van Gezelle-specialisten, werpt een licht op de blijvend
intrigerende persoonlijkheid van de dichter.
Loppem, Guido Gezellekring vzw, 2015, 232 p., € 24
(verzendkosten incl.)
deze pagina printen of opslaan