‘Een Nederlander is altijd en
overal luidruchtig en ongegeneerd zichzelf, no pride and no shame,’ aldus Tommy
Wieringa in Honorair Kozak. ‘Hij zal zich niet zo vlug verwonderen over het
vreemde, maar zich oprecht verbazen dat het hier net zo geregeld is als thuis
in Beverwijk. Hij mag dan gemaksschoenen aan zijn voeten hebben, geestelijk
draagt hij nog altijd klompen.’ Als dat allemaal waar is, dan is Wieringa zelf
bezwaarlijk een Nederlander te noemen. In zijn nieuwe reisverhalenbundel
Honorair Kozak beheerst hij de kunst van de verwondering als geen ander. En hij
gebruikt daarvoor een taal die in al haar zintuiglijkheid zo bedwelmend,
trefzeker en compleet is, dat je de verbeelding niet alleen verstandelijk vat maar
ook ruikt, proeft en hoort.
Wieringa's stukjes zijn
kort en gevat. Toch zijn ze ook een ode aan het wandelen, schijnbaar doelloos
waaieren ze soms uit. Ze vloeien in elkaar over, als een meanderende beek,
langs oude en nieuwe continenten, door steden, vlaktes en baaien. Vaak vormen
literaire optredens het doel van Wieringa's reizen. Daardoor belandt hij in
steden als Boedapest, Pittsburgh en Oostende, of ook op plekken die we nog veel
minder goed kennen. Het zijn vaak niet de allermooiste steden en ook zelden
echt toeristische trekpleisters. Maar door Wieringa's ogen, gefilterd door het
licht van de geschiedenis en de literatuur, worden het ronduit fascinerende
plekken, ook als ze lelijk zijn, of als Wieringa dat vindt.
Neem nu Oostende, de koningin van onze badsteden, bejubeld in het werk
van talloze, voornamelijk Vlaamse schrijvers, van Eric de Kuyper tot Charlotte
Mutsaers. De stad vindt in Wieringa's bundel echter geen genade. ‘Om halfdrie
ga ik naar buiten en dwaal door een stad in de nevel, van de wind weggedreven’,
schrijft hij. En even verder:
‘In de winkelstraten is
het eeuwig uitverkoop, huiverende winkelmeisjes staan buiten te roken in de
kou. O, de loze vrolijkheid van etalages en frietkotten, de valse jubel van
misplaatst badplaatsgeluk in februari, omringd door aanstaande
zelfmoordenaars.’
Gitzwart maar doodeerlijk: ook dat
is deze bundel bij momenten. En zelfs de meest rabiate adept van Oostende, ook
bij winter, zal moeten toegeven dat Wieringa's harde woorden niet geheel
verzonnen zijn.
Honoraire Kozak is een bloedmooie ode
aan het associatieve leven, aan het vermogen om te verdwalen in de wereld en in
je eigen hoofd, dat vat vol verbeelding. Wieringa laat zich in alles leiden
door zijn vermogen om zichzelf te verwonderen, en daar mogen wij als lezer
driehonderd pagina's lang van meegenieten. En zo onbevangen als hij is in het
kijken, zo volstrekt beheerst is Wieringa in de manier waarop hij al die
indrukken in taal weet te gieten. Daardoor is Honorair Kozak niet alleen een
ode aan het reizen, maar ook een reis op zichzelf.
Amsterdam : De Bezige Bij 2015, 300 p. : ill. ISBN 9789023486251
Meer besprekingen over Tommy Wieringa
deze pagina printen of opslaan