‘De zee, die tot dan toe als enige onze dromen
beheerste, begreep dat ze van de eerste plaats was verdrongen.’
Orsenna's
herinneringen aan zomervakanties op een Bretons eiland, zacht gestreeld door de
golfstroom en omringd door een altijd van kleur veranderende zee, leveren de
grondstroom voor een literaire fantasie, waarin we achtereenvolgens een nazaat
van Antoine de Saint-Exupéry en de Nobelprijskandidaten Vladimir Nabokov en
Jorge Luis Borges zien opduiken. Een eiland van drie op anderhalve kilometer
graniet, roze en beschermd, met een kleine gemeenschap die elk jaar zijn
zomergasten verwelkomt in de drie dorpswinkels en café Le Chardon Bleu.
Het verhaal begint
met de aankomst van de 50-jarige, fauneske Gilles, een voormalig
concertpianist, omgeturnd tot vertaler, die van de Parijse uitgever Arthème
Fayard opdracht krijgt Nabokovs nieuwste roman Ada in vlinderend Frans om te zetten. Geen sinecure, zoals de in
het boek opgenomen brieven laten zien, waarin de uitgeweken Rus de vloer
aanveegt met zijn vertalers. Gilles is zodanig geïntimideerd dat hij het werk
maar blijft uitstellen en ten einde raad de suggestie van zijn verliefde
buurvrouw de Saint-Exupéry accepteert om andere zomergasten in te schakelen. En
weldra is een team fraseurs druk in
de weer met de ingewikkelde zinnen en de gewaagde passages van de weerspannige Ada.
De tijd dringt echter, nu er
opnieuw een uitreiking van de Nobelprijs aankomt en de uitgever een deadline
heeft bepaald. Alle hoop wordt gevestigd op de komst van een nieuwe bewoner,
een voormalig Argentijns concertpianist, omgeschoold tot fotograaf en bekend om
zijn iconische foto's van Borges, en die, via zijn radio-apparatuur overal ter
wereld hulpvertalers kan bereiken.
Deze heerlijk lichte roman wordt voornamelijk in de
wij-vorm verteld, als aanduiding van de wonderlijke vakanties die hij als jonge
pubers met anderen beleefde en kleurde. Een charmante zomerfantasie, waarin een
aarzelende melancholie met lichtjes absurdistische, maar fijnzinnige humor te
lijf wordt gegaan. Deux étés (1997),
een door Erik Orsenna (Prix Goncourt 1988 voor L'Exposition
coloniale) met intens genoegen geschreven roman en al even duidelijk, met
groot plezier vertaald door Marijke Arijs.
Erik Orsenna: Twee zomers,
Vleugels, Bleiswijk 2018, 152 p. Vertaling van Deux étés door Marijke Arijs
deze pagina printen of opslaan