De titel van de jongste bundel van Jan Baeke
roept tal van vragen op. Niet alleen gaat het om een lange, onbestaande
samenstelling (al lijkt de typografie op de kaft ook een opeenvolging van drie
aparte woorden te suggereren), de wetenschap die hier wordt voorgesteld, is
hoogst paradoxaal. Aan de ene kant is er sprake van een ‘houvast’ en een
‘leer’, bestanddelen die verwijzen naar zekerheid en controle. Aan de andere
kant echter staat daartussen ‘vergankelijkheid’, het begrip bij uitstek dat het
menselijke bestaan situeert in een tijdelijk en hoogst wisselvallig
perspectief. Het lijkt erop dat de dichter die chaos wil temmen door een strak
schema. Zo doet de bundel op het eerste gezicht een beroep op een theoretisch
en analytisch vertoog, met reeksen die voorzien zijn van wetenschappelijke
titels als ‘Paradigma’ (een dominante wetenschappelijke theorie), ‘Respons’,
‘Begripsverbastering’ of zelfs ‘De wereld is het geval’: die laatste spreuk is
een citaat uit het befaamde traktaat van de filosoof Ludwig Wittgenstein die
als het ware de complexe werkelijkheid integraal in kaart brengen op een zo
logisch mogelijke wijze.
De ontregeling die door die paradox ontstaat, valt op
ongeveer elke bladzijde in deze intrigerende bundel af te lezen. Dat begint al
met de eerste reeks waarin de palmplant wordt benaderd op een wetenschappelijke
manier: de vele grafieken en metingen staan echter haaks op het groeiproces van
de plant, op het leven dat zich willekeurig en toevallig ontplooit en zich
niets gelegen laat aan wetmatigheden. Die breuk tussen abstracte theorieën en
de concrete ervaring ligt ten grondslag aan de meeste verzen. Op die manier
wordt als het ware de terugkeer van het verdrongene gedemonstreerd, de manier
waarop wij er niet in slagen om het restant, de tegenspraak, de contradictie
uit ons denken te verwijderen. In die zin bekritiseert deze bundel niet enkel
de doorgedreven rationaliteit, de dichter toont ook het belang van het concrete
en het unieke voor ons mens-zijn. Niet toevallig dringt vooral in de
afsluitende reeksen ook het maatschappelijke en het politieke naar binnen. De
buitenwereld is evenzeer een storende factor, maar daarbij gaat het niet enkel
om de administratieve leugens van een ambassadeur maar eveneens om de
doordeweekse voetbalsupporters.
Jan Baeke is al geruime tijd bezig met de uitbouw van een
eigen oeuvre. Qua toon vormt Houvastvergankelijkheidsleer
een mooie voortzetting van die zoektocht, maar het lijkt erop dat de dichter
vooral thematisch het terrein wil verkennen, verbreden en verdiepen. De
onderkoelde observatie wordt nu gekoppeld aan beschouwing en (taal)kritiek,
iets waarmee deze poëzie nog meer aan kracht en intensiteit heeft gewonnen.
Jan Baeke:
Houvastvergankelijkheidsleer, De Bezige Bij, Amsterdam 2018, 80 p. ISBN 9789403138008.
Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan