Kayleigh is al zestien maanden weg bij het onlineplatform Hexa,
waar ze content moderator was. Het was haar taak het ergste uit alle geposte
berichten en filmpjes weg te filteren: porno, enorme gruwelijkheden, zelfmutilaties,
bepaalde beledigingen, alles volgens de regels van de niet erg humane werkgever.
Kennissen, een nieuwe collega (ze werkt inmiddels bij een museum), de psych,
iedereen wil graag horen over de gruwelijkheden die langskwamen en wat dat met
haar deed.
Een paar oud-collega’s laten een
advocaat, Stitic, een zaak aanspannen tegen Hexa, en deze advocaat roept haar
op mee te doen. Maar Kayleigh heeft daar helemaal geen zin in. Wel wil ze hem
haar verhaal vertellen, tot en met het intiemste detail, op voorwaarde dat hij
haar daarna met rust laat. Deze iet of wat geforceerde constructie levert
daarmee een tekst op waarin Kayleigh in de ik-vorm verhaalt over wat er gebeurd
is. Ze spreekt Stitic erg vaak aan met ‘meneer Stitic’, wat snel gaat vervelen,
maar evengoed volgt er een spannend, inventief verteld verhaal over zeer
actuele zaken. Immers, ondanks het zeven door de moderatoren is het internet
vergeven van de ranzigheid, beledigingen, wreedheden en complottheorieën.
Het lijkt
bijna logisch dat de Hexa-werkers deuken oplopen: PTSS en dus nachtmerries, concentratieproblemen,
achtervolgingswaan en overspannenheid, maar ook het overnemen van idiote
theorieën als dat de aarde plat is. Kayleigh heeft heel fijne collega’s, ze
vormen een vriendengroepje, in de (korte) pauzes en ook na het werk. De
gehechtheid aan elkaar zal zeker te maken hebben met de heftigheid van hun
werk. Maar de een na de ander raakt beschadigd. Een aanvankelijk fijne en
redelijke jonge man gaat ineens de Holocaust ontkennen, Kayleighs collega en
vrij snel vriendin Sigrid moet ’s nachts vastgehouden worden om de nachtmerries
in te dammen. Later blijkt dat die begonnen zijn na het zien van een zelfmutilatie
van een meisje, een post die haar vol persoonlijk raakte en die ze meenam naar
huis.
Bervoets
schrijft vrijuit over de relatie tussen de twee vrouwen, in seksueel opzicht en
ook anderszins. Geleidelijk aan ontdekt de lezer waar de barstjes die beginnen
te ontstaan, vandaan komen, met als belangrijk element een filmpje dat Sigrid
maakt van een van hun vrijpartijen in een opslaghok op het terrein van Hexa. De
schrijfster laat veel aan de lezer over, ook de interpretatie van het slot. Je
zult moeten terugbladeren naar het begin, naar het filmpje met de zelfmutilatie
en naar de opname van de vrijscène op de telefoon van Sigrid om een enigszins sluitend
verhaal samen te stellen.
Het is best prettig om eens een Bervoets-op-de-korte(re)-baan
te lezen. Bervoets schrijft snel en doeltreffend (in dit geval met veel
spreektaal), ze streeft niet naar stilistische hoogstandjes of opvallende beelden.
In een novelle is er uiteraard niet de ruimte om alle personages van de
vriendengroep van diepte te voorzien. Die is gereserveerd voor Kayleigh. Haar
jeugdtrauma’s worden zorgvuldig in het verhaal gebracht, haar plaats in de
vriendengroep wordt treffend en verrassend geschetst en verbonden met haar
vroegere schoolbestaan. Het verloop van de liefdesrelatie wordt mooi gekoppeld
aan het werk voor Hexa. Zie hoe Kayleigh het erotische filmpje met haarzelf en
Sigrid ‘leest’ als een content moderator. Ik ben dus ook benieuwd naar de
verhalenbundel, Een modern verlangen, die net uit is.
Na Annejet Van der Zijls ietwat belegen
Leon & Juliette van vorig jaar en
de weeë en een zich herhalende Siebelink van 2019 is Wat zij zagen een verfrissend geschenk, met een bijzonder onderwerp.
Gratis bij besteding van 15 euro aan Nederlandstalige boeken in Nederland en
Vlaanderen gedurende de maand juni.
Hanna Bervoets: Wat wij zagen,
CPNB, 2021, 96 p. ISBN 9798059655447
deze pagina printen of opslaan