Hoe vang je de ziel van een stad? Welke kleur geef je haar geschiedenis? Hoe schilder je het leven op die plek? In Licht op Lissabon is elke bladzijde doordrongen van de diepe genegenheid van schrijver en vertaler Harrie Lemmens (geb. 1953) voor de stad waar hij van 1985 tot 1988 woonde, samen met fotografe en vertaalster Ana Carvalho. In acht 'lijnen
of bewegingen' geeft Lemmens gestalte aan een metropool met talrijke gezichten
en toont wat er achter de gevels schuilgaat: levens en verhalen. Gefragmenteerde
geschiedenis, verweven met anekdotes en vele draden literatuur: de schrijver
vergelijkt zijn aanpak met een 'snoer van kralen', door de lezer zelf aaneen te
rijgen. Licht op Lissabon is immers niet systematisch, wel associatief
opgebouwd. Door voortdurend te schakelen tussen heden en verleden, fictie en
werkelijkheid, droom en daad, maakt Lemmens je deelgenoot van de dingen
waardoor je een stad werkelijk leert kennen. Min of meer zoals je een
doordeweekse dag in je eigen woonplaats zou beleven.
Harrie en Ana wonen aan een
klein parkje in een levendige, oude volkswijk nabij Ponte 25 de Abril. Via het
gekkenhuis waar de schrijver António Lobo Antunes na zijn lange militaire
diensttijd en de hel van de koloniale oorlog in Angola, als psychiater werkte,
lopen ze naar het imposante plein Rossio. Om de immere lijdensweg van het
verkeer te ontvluchten, zijn patio's, parken en pastelarias welkome
rustpunten op hun pad. In de nauwe, kronkelende, soms erg steile straatjes
waait hen de pregnante geur van gezouten bacalhau tegemoet. In de
koffiehuizen doen de namen van Lissabonse taartjes watertanden. Pastéis de
nata, bolos de abóbora, nones de Cascais: Lissabon is een paradijs voor
zoetekauwen.
Lissabon
is gebouwd op zeven heuvels en begint en eindigt bij de imposante Taag, de
levensader van de stad. In deze 'stad van lagen, van perioden die over elkaar
schuiven', is de trots van de Portugezen op hun verleden alom zichtbaar.
Lemmens gidst de lezer door Lissabons roemrijke geschiedenis. In de wijk Belém
kan je niet naast de uittocht van Vasco da Gama (1497) kijken (bombastisch
bezongen door Luís de Camões in zijn epos De
Lusiaden – Veen 2012). Sporen van de weelde en de grandeur van de
zestiende-eeuwse stad in volle bloei zijn er legio. Lemmens belicht ook de
keerzijde: slavernij, inquisitie, kolonialisme, pogroms. In 1755 werden grote
delen van de stad verwoest door een aardbeving, gevolgd door enkele vloedgolven
en een vuurzee. Er vielen meer dan zestigduizend doden. Europa was verbijsterd
en de ramp inspireerde Voltaire tot een vlammende aanklacht tegen God. In een
mum van tijd bouwde de markies van Pombal uit de ruïnes een hypermoderne verlichtingsstad
op, een en al structuur. En jawel: vanaf het midden van de rotonde aan de
Avenida da Liberdade blikt de achttiende-eeuwse despoot nog steeds trots neer
op de Baixa met zijn strakke stratenpatroon. In de verte, blauw, de Taag.
Onder het
bewind van Salazar (1932-1968) waren politieke partijen in Portugal verboden.
'Alles regelen' en 'geluk in eenvoud en bescheidenheid' waren de basisgedachten
van Salazars ideologie. 'Het volk doet zijn plicht […] en de rest houdt zijn
mond.' Terwijl vandaag nagenoeg de helft van de mensen in dit land onder de
armoedegrens leeft, was onder Salazar de gezondheidszorg goed geregeld; de
huren waren laag en er was vermaak en ontspanning voor de arbeiders. De
geweldloze Anjerrevolutie, geïnitieerd door het leger, maakte in 1974 een eind
aan het autoritaire regime van de door Salazar ontworpen Estado Novo
(Nieuwe Staat).
Lemmens is een begeesterende gids. Geregeld houdt hij halt om een
vermakelijke anekdote te vertellen, een fragment uit een literair werk op te
dissen of een citaat aan te halen, telkens in een geraffineerd samenspel van
vroeger en nu, werkelijkheid en verbeelding. Ook verhaalt hij boeiend over zijn
veroveringstocht als vertaler. Royaal put hij uit een kist vol brieven en herinneringen
aan ontmoetingen en gesprekken met Portugeestalige schrijvers en dichters, wier
werk hij voor het Nederlandstalige publiek ontsloot. 'De literatuur van een
land wordt gemaakt door schrijvers, de wereldliteratuur door vertalers', zei
José Saramago ooit.
Wat niet allemaal een plaats krijgt in de stadsverhalen! Neem nu de
typische manier van wandelen van oudere Portugezen: 'je zet twee stappen,
blijft staan, gebaart, legt je hand op de schouder van je gesprekspartner,
kuiert verder, analyseert en geeft commentaar op het leven'. Maar ook: voetbal,
mega-winkelcentra, begraafplaatsen, liefdadigheidsinstellingen, stierenvechten,
boekhandels, obscure musea, kloostergangen, mozaïekkunst, het gekakel in
universiteitsmensa, sardientjes op de kermis, apocalyptische onweders, de
rusteloze ziel van Pessoa en als kers op de taart: saudade, want
Lissabon, dat is ook 'in de regen wachten op de bus' en de blinde bedelaar in
de metro, die telkens dezelfde klaagzang aanheft, begeleid door een ritmisch tikken
van zijn stok. 'Goedaardige gekken' die sprekend op Quasimodo lijken zijn
terugkerende figuren in de stadsverhalen. Zij kleuren het straatbeeld.
Het olho da alma
of 'zielenoog' van de Portugees 'ziet in wat is tevens wat was en wat komt, in
een continue buiteling van gevoelens'. 'In Lissabon zie je, voel je, ruik je
het verleden', alsof dat verleden een bepaald verlangen in stand moet houden.
En steeds weer komt de Taag in beeld, 'de rivier die de grens vormde van
Pessoa's stadslandschap en tegelijkertijd de opening biedt tot een verte die
slechts in dromen werkelijk bestaat.'
Volgens de dichter Rui Cóias
bestaat het Lissabon waarin je Pessoa nog kon 'voelen' niet meer. Hij zag de
stad veranderen in een soort Disneyland, Pessoa in een merk. Saramago noemde
Lissabon 'één grote zielsverhuizing', zwevend 'tussen zijn en niet meer zijn'.
Gelukkig leeft literatuur in Lissabon nog steeds, mede dankzij de
literatuurminnende president Marcelo Rebelo de Sousa. Zo is er de jaarlijkse 'Feira
do Livro', een publieksbeurs waar schrijvers hun lezers ontmoeten en met elkaar
van gedachten wisselen over literatuur. Saramago en Lobo Antunes streden er
gedurig om de langste rij.
Licht op Lissabon is
volgestouwd met namen van historische figuren, heiligen en literatoren. Het is
raadzaam de flarden informatie hun eigen weg te laten gaan, nu en dan terug te
bladeren, iets op te zoeken en telkens weer een andere van de vele deuren te
openen waarlangs je dit boek kan betreden. Zelf naar believen het grote verhaal
smeden en je eigen licht op Lissabon werpen: dat is wat Lemmens met zijn
rondleiding beoogt. Hoe dan ook voert zijn ingenieuze vertelstijl je naar het
kloppende hart van een stad in beweging en naar dat mooie, gloedvolle licht,
treffend gevat in de bijgevoegde foto's van Ana Carvalho.
Harrie Lemmens: Licht op
Lissabon, De Arbeiderspers, Amsterdam 2021, 408 p. : ill. ISBN 9789029528306.
Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan