‘Willem die Madoc maakte’, met die
versregel begint een van de beste werken uit de Nederlandse literatuur,
namelijk Van den vos Reynaerde. Je moet als schrijver dus wel erg stevig
in je schoenen staan, als je je boek exact die woorden als titel meegeeft. Toch
is het niet gek dat juist het literaire werk Madoc tot de verbeelding
spreekt van zowel schrijvers als lezers. En dat komt niet door wat we ervan
weten, maar door wat we er niet van weten. Van het verloren gegane werk Madoc
kunnen we namelijk enkel nog dromen. Professor H.W.J. Vekeman publiceerde
in 1977 al een (fictieve) Madock, waarbij hij het in de inleiding deed
voorkomen alsof de verloren tekst weer terecht was. Hetzelfde idee is ook de
basis van Nico Dros’ Willem die Madoc maakte, maar de uitvoering overtreft
het werk van Vekeman zonder meer.
Wetenschappelijk onderzoeker Willem de Reuvere komt in het
bezit van een verzamelhandschrift met daarin Van den vos Reynaerde en
een Middelnederlandse vertaling van de Latijnse Ysengrimus. Verborgen in
de kaft van het boek ontdekt hij een derde tekst in geheimschrift. Hij vermoedt
dat dit de verloren Madoc is. Naar aanleiding van deze tekst gaat Willem
aan de slag met een fictief verhaal. Op deze manier voert Nico Dros zijn lezer
via de verteller Willem de Reuvere naar de dertiende eeuw.
We maken kennis met Beda, een
kleuter die in 1196 als enige een scheepsramp overleeft en opgevoed wordt in de
Sint-Odulfusabdij bij Brugge. Als adolescent ontvlucht hij het klooster en
neemt de naam Madoc aan. Hij trekt de wereld in, leert de liefde kennen en
ontpopt zich als de perfecte raadsheer van graaf Hincmar, waardoor lange tijd
zijn positie in de maatschappij verzekerd is. Na de dood van Hincmar slaat het
noodlot toe en moet Madoc met de gravin en haar zoontje op de vlucht. Ze gaan
een nieuw leven beginnen in Montpellier en Madoc staat weer met lege handen.
Hij neemt een nieuwe identiteit aan en gaat verder onder de naam Willem. In die
hoedanigheid keert hij terug naar Vlaanderen en gaat een huwelijk aan met
Hadewijch (jawel!). Door de komst van de inquisitie en de ketterjacht, vreest
Willem voor het leven van Hadewijch, maar zelf blijkt hij uiteindelijk in
groter gevaar te zijn.
Deze korte samenvatting maakt al duidelijk dat er heel veel
gebeurt in Willem die Madoc maakte, waarbij gebeurtenissen uit het
verleden ook steeds een schaduw gooien of kunnen gooien over Madocs/Willems
heden. Samen met de vlotte schrijfstijl maakt dit het boek tot een uiterst
spannende historische avonturenroman waar het lot van de hoofdpersoon zomaar om
kan slaan. Maar het boek is meer dan dat en Dros is in eerdere recensies ook
niet zonder reden met Umberto Eco vergeleken. Dros weet als historicus
duidelijk waar hij het over heeft en dat blijkt niet alleen door het gebruik
van begrippen als littera cursiva of littera textualis. De
intellectuele laag van het boek maakt het huwelijk tussen Hadewijch en Willem
(hoe ongeloofwaardig het ook moge zijn) tot een geniale zet in het verhaal.
Want waar zij de hoogste regionen van het geloof bereikt, bereikt Willem de
hoogste regionen van ongeloof.
En het verzamelhandschrift waarmee het boek begint? Het is
me niet duidelijk waar Madoc/Willem de tijd vandaan haalt, maar tussen al zijn
avonturen door weet hij ook nog boeken te schrijven. Dros maakt daarmee zijn
verhaal perfect rond, waardoor tegen het einde van het boek duidelijk is wat
Willem de Reuvere in handen heeft. Vertelt dit alles ons iets over de
historische Madoc? Nee, zeker niet, maar als het literatuur als deze
oplevert, mag er vaak over Madoc gedroomd worden.
Nico Dros:
Willem die Madoc maakte, Van Oorschot, Amsterdam 2021, 584 p. ISBN
9789028223035. Distributie Elkedag Boeken
deze pagina printen of opslaan