6+ - Kim Crabeels
gaat duidelijk voor verhalen met een boodschap. In De meest eenzame walvis van de wereld staat die expliciet op de
achterkant: ‘een ontroerend verhaal over vriendschap en de kracht van
verbeelding.’
Hoofdpersonage is het meisje Lilja. Ze woont in een vuurtoren, waar ze zorgt
voor het noorderlicht wanneer haar vader op reis is. Van zijn verre reizen
brengt hij altijd schelpen mee. De grootste bewaart ze, de kleine gebruikt ze
als schelpenpost om berichtjes te sturen naar haar vader. Zo voelt ze zich iets
minder alleen. Elke morgen rent ze naar de oever om te kijken of haar vader nog
niet terug is. Wanneer hij aanmeert met zijn onderzeeër is het feest. De
mooiste momenten zijn wanneer hij verhalen vertelt uit zijn logboek. Altijd
houdt hij dan het sterkste verhaal voor het laatst, wanneer hij weer moet
afreizen. Dit keer zal het verhaal gaan over een onzichtbare reus, een walvis
wiens lied niet door de andere walvissen gehoord kan worden, zodat hij altijd
alleen zwemt. In haar verbeelding (of toch niet?) wordt de reus haar beste
vriend en uiteindelijk brengt hij zelfs haar vader terug.
Op het spannendste moment nemen
de illustraties het verhaal over, een knappe vondst waardoor de lezer kijker
wordt en omgekeerd. De eenzame walvis krijgt zo een cruciale rol, verbeelding
en werkelijkheid vervloeien waardoor een feestelijk einde mogelijk wordt met
schitterend noorderlicht, gezelligheid en wonder. Zelfs op de feestelijke
slotprenten domineren zwart, bruin, grijsblauw en wiergroen, een kleurenpalet
dat Van Doninck als geen ander beheerst. Ze roepen de wonderlijke wereld in het
Noorden sfeervol op. Geregeld wordt het verhaal onderbroken door illustraties over
een dubbele pagina zonder tekst, ze zorgen voor rustpunten. Soms ook helpen de
prenten om het verhaal te begrijpen. Dan beeldt Van Doninck bijvoorbeeld een
beeld letterlijk uit, zo zie je Lilja als zeester in de acht armen van haar
papa-inktvis, een beeld voor haar verlangen naar koestering.
Kim Crabeels verwerkt geregeld
vergelijkingen in haar tekst, die in dit verhaal vaak te maken hebben met de zee:
‘niet veel later lig ik weer blij te glimmen als een parel in mijn schelp’ of
ik lig nog wakker als streepjes rozig licht als wier op het water drijven.’
Dergelijke vergelijkingen passen in het verhaal en zijn goed te begrijpen door
jonge lezers. Iets complexer zijn woordspelingen als de volgende: ‘Ik weet veel
over vissen. Maar ik krijg kop noch staart aan jou.’ Maar ze kruiden het
(voor)lezen wel, net als de het spel met klank in de opsomming van
schelpennamen: ‘wulk, luipaardkegel, Japanse abalone, tritonshoorn…’
De klank- en
beeldrijke taal, het warme verhaal en de dromerige prenten maken van De meest eenzame walvis ter wereld een
hartverwarmend boek om bij weg te dromen.
Kim Crabeels, Sebastiaan Van Doninck: De meest eenzame walvis ter wereld,
Lannoo, Tielt 2018, 72 p. : ill. ISBN 9789401452854
deze pagina printen of opslaan