6+ - Het kan geen
toeval zijn dat ik in korte tijd al twee prentenboeken onder ogen kreeg die de
wereld als ‘theater’ voor het menselijk bestaan in een holistisch licht bezien.
‘Alle individuele verhalen maken deel uit van
een groter verhaal, een groep, maar daarbinnen hebben ze een volkomen
vanzelfsprekend bestaansrecht.’ In Samen op weg van Kristin Roskifte
was het een pregnante conclusie. De weg naar het hoopvolle, het oog hebben voor
het grote verhaal waarbinnen alle kleinere en zelfs particuliere verhalen een
waardevolle plaats hebben, wordt ook ingeslagen door Begin van Oliver
Jeffers.
Jeffers
(1977) is een Brits beeldend kunstenaar en schrijver die geboren werd in
Australië, opgroeide in Belfast (Noord Ierland), een tijd woonde in New York en
tegenwoordig zijn tijd verdeelt tussen Belfast en Brooklyn, New York. Zijn
beeldende en beschouwende blik is daardoor verruimd. Een jeugd in het verdeelde
Belfast prikkelde zijn besef dat je eenvoudigweg in een verhaal verzeild kunt
raken dat niet meer in positieve verbinding staat met andere verhalen en
waarheden.
Het
uitgangspunt van ‘het verhaal’ als voertuig van het menselijk vermogen om niet
alleen te beknellen en te verbitteren, maar ook om te verbinden en te hopen,
krijgt in Begin in beelden en woorden gestalte. In een uitvoerige
‘uitleg’ achteraf merkt Jeffers op dat met Begin zijn twee creatieve
richtingen, geïllustreerde verhalen en beeldende kunst, werden verenigd. Het
betekende ook een ‘vereniging’ van twee soorten publiek: kinderen en
volwassenen. Of die laatste vereniging geslaagd is met dit boek valt te bezien.
Er tekent zich toch wel een al te scherpe tweedeling af.
Het boek oogt als een niet zo
conventioneel prentenboek. Eigenlijk is het een prentenboek waarin de afgewogen
beknopte regels tekst de belangrijkste plaats innemen. Zo zijn er dubbele
pagina’s met alleen maar woorden te vinden en bladzijden waarop beelden en
woorden elkaar aanvullen. Het gaat niet om drukke afbeeldingen. Jeffers schept vooral
ruimte, voor beweging en gedachten. Begin heeft dan ook het karakter van
een proces.
Hier
kondigt zich een beperkende omstandigheid aan: het volgen van de
gedachtesprongen van de kunstenaar vergt wel iets van de kijker/lezer. ‘Een
boek uit de chaos van mijn hoofd’, zo betitelt Jeffers zijn onderneming. Nou, het
chaotische is niet geheel weggenomen en zal met name kinderen bij het volgen
van de denkbewegingen (te) veel moeite kosten.
Een belangrijk tweede deel van Begin
is de zeer uitgebreide ‘uitleiding’, een relaas met essayistische trekken in
een klein letterkorps. Ook hier geldt een serieuze beperking: niet te doen voor
kinderen en ook geen stuk waar de volwassen lezer soepel doorheen glijdt. Dat
heeft te maken met de stilistische kwaliteit (Jeffers is geen schrijver pur sang)
en met een soort missionarisgeur. Waarom volgt na een beeldverhaal met een kop
en een staart een lange en wellicht onbedoeld nogal dwingende ‘uitleg’? Het
levert niets extra’s op of het moet een gevoel van ergernis zijn. In Samen
op weg van Roskifte wordt vanuit vrijwel hetzelfde thema zonder bijsluiter
iets voorgesteld. Kinderen en volwassenen kunnen met één en dezelfde creatie
uit de voeten. Ze kunnen hun eigen gedachten vrij loslaten op een beeldend
voorstel.
Begin
heeft vanwege het aansprekende van de titel en de actuele zorg om de
menselijke toekomst waarde, maar hoewel bedoeld voor alle leeftijden, raakt het
boek verloren tussen de twee doelgroepen.
Oliver Jeffers: Begin, De
Fontein, Utrecht 2024, 112 p. : ill. ISBN 9789026171284. Vertaling van Begin
Again door Bas Haring en Maartje Beukers. Distributie VBK België
deze pagina printen of opslaan