Peuters en kleuters

JEUGDBOEKEN NR. 7, MEI 2016

Dean Taylor en Kate Hindley (ill.): Ik heet geen scheetebeetje

door Gerda Tersago

5+ - Wat als je een hond bent en je baasje pampert je als een schattige knuffel? Juist ja, je zou die fruitige puppy shampoo door de afvoer willen gieten en die eau de pup in het toilet. Want je mag dan wel klein zijn, je bent niet een van die stomme hondjes, je wil geen hartvormige Mini Puppie Koekjes en je wil vooral niet gekust worden waar iedereen bij staat en dan op de koop toe ‘scheetebeetje’ genoemd worden. Wat moeten die andere honden daar niet van denken? Je kunt in de grond zinken van schaamte. Wat verlang je ernaar om ‘Dat is mijn stok!’ te spelen (de belangrijkste regel is dat je moet grommen alsof je verschrikkelijk kwaad bent, ook al ben je dat niet), of ‘honden en worstjes’ of ‘modderspringen’. Op een dag echter blijkt alles anders dan gedacht, net als je denkt dat het noodlot toeslaat…

Zo moet een prentenboek zijn: speels en dwars, herkenbaar en tegelijk verrassend. Hoe oud of jong je ook bent, of je nu van honden houdt of niet: je voelt mee met de kleine hond die zich wil bevrijden uit de overdaad aan knuffels, die wanhopig de vraag stelt wat hij eraan kan doen en die zo intens blij kan zijn met zijn nieuwe vrienden en een modderplas.

De tekst is heel eenvoudig maar raak en nergens neerbuigend: die koekjes zijn ‘de meest gênante dingen’ die de kleine hond ooit zag en de andere honden laten hem zich ‘onbenullig’ voelen. De contrasten, opsommingen, binnenrijmen en retorische vragen zorgen voor extra voorleesplezier. Maar het leukst zijn de ‘troetelnamen’: ‘braaf gotenschijtertje’, ‘kleinste konijnenboutje’ en natuurlijk ‘scheetebeetje’.

De illustraties zijn uitgevoerd in pasteltinten, met veel roze om het schattige van de kleine hond te versterken. Als de honden echter modderspringen, doen de bruine spatten de roze strik vergeten. Maar het zijn vooral de ogen en de mimiek van de honden die de aandacht trekken. Kate Hindley weet de gevoelens van schaamte en onmacht maar ook van dolle pret en trots heel precies uit te drukken. De blikken van de honden bij de zin ‘Wat kan ik eraan doen?’ spreken boekdelen en de mislukte boze blik bij dat ‘scheetebeetje’ is hartveroverend. Dit is zonder meer een hondsleuk, doldwaas en hartverwarmend prentenboek.

Rotterdam : Lemniscaat 2016, [30] p. : ill. Vert. van: Don't call me Choochie poo! Door Jesse Goossens. ISBN 9789047707714 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 5, MEI 2023

Bloot verder

Jan Vanriet

De glazen tuin

Tatiana Ţîbuleac

Hoe ik de vissen ontmoette

Ota Pavel

Lege kasten

Maria Judite De Carvalho

Vrijetijdsgedichten

Lamia Makaddam

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 5, MEI 2023

Duizend & ik

Yorick Goldewijk, Yvonne Lacet (ill.)

Kijk dan toch!

Elvis Peeters, Sebastiaan Van Doninck (ill.)

Lieve vriendin

Paul Verrept, Tim Van den Abeele

Mensendieren

Yoko Heiligers

Water is voor vissen

Puck Koper

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri