Het graf van Descartes

‘Deelderik / Deelderal / Deelderop / Deelderaf’: Het is de eerste van zestien vierregelige strofen in het vers ‘Deelderijm’ van de flamboyante Rotterdamse dichter-performer en jazzliefhebber Julius Anton (Jules) Deelder. Een scribent en naar eigen zeggen voordrachtkunstenaar die men eertijds een light versepoëet zou hebben genoemd (nu popdichter), en die daarom beoordeeld moet worden op zijn amusementsgehalte. Dit geldt onder meer voor dit ‘Deelderijm’, dat in de eerste vier strofen zijn werk doet maar daarna verzandt in woordkramerij. Op tijd stoppen is de boodschap, ook voor dichters.
Absurdistische pareltjes schrijft hij met ‘Glashelder’, ‘God in Den Haag’ en ‘Made in Medellin’, waarna hij met evenveel brio twee gedichten verknalt: ‘Vlagvertoon’ door zijn existentiele pretenties, ‘Voor Klaas’ door een nogal opvallende gelijkenis met de ton van Lao Tze. Om over ‘Het graf van Descartes’, een cyclus van dertien gedichten, nog maar te zwijgen. Tegeltjeswijsheid lezen we verder in ‘Vogelvrij’ en ‘Leerdicht’, ook al zijn die gedichten niet zo bedoeld.
De performer duikt even op in het vigoureuze en gedreven ‘Zicht op Bergen’, maar laat het daarbij. Jammer, want voorts is er noch met een zelfportret (‘Wie?’) noch met de inhoudsopgave iets aan te vangen. Hoezeer Deelder zich ook bewust is van dit probleem (‘An sich’): ‘De inhoud ligt al jàren / klaar maar de juiste / volgorde ont’.
Het graf van Descartes is beurtelings grappig, gratuit, speels en onevenwichtig.


Jules Deelder, Het graf van Descartes, De Bezige Bij Rotterdam, 2013, 62 p., € 15. ISBN 9789023483335. Distributie: WPG Uitgevers

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2013

© 2024 | MappaLibri