Europalia Arts Festival 2015 : Turkey

Turkije is het nieuwe thema van het tweejaarlijkse cultuurfestival Europalia. De twee Brusselse hoofd- tentoonstellingen Anatolia enImagine Istanbul lopen nog tot 17 respectievelijk 24 januari 2016 in BOZAR (Brussel). Naast een reeks kleinere tentoonstellingen heeft Europalia Turkije ook aandacht voor literatuur, muziek, podiumkunsten en film. In de lente van dit jaar liep in BOZAR ook de tentoonstelling Het rijk van de sultan : de Ottomaanse wereld in de kunst van de renaissancedie als een aanvulling op de Europalia tentoonstellingen gezien kan worden.

Anatolia
De tentoonstelling Anatolia heeft de rijke 12.000 jaar oude geschiedenis van Anatolië (Klein-Azië) als onderwerp. Dit Aziatische schiereiland vormt het grootste gedeelte van het huidige Turkije. Als verbinding tussen Europa en Azië fungeerde het als smeltkroes van beschavingen die elkaar bevruchtten of opgingen in de beschavingen die het roer overnamen. Centraal staat een rijke en goed gedocumenteerde traditie van cultus en rituelen waarvan elementen doorwerkten in verschillende religies. Samen laten ze een indrukwekkend religieus erfgoed na waarin betekenissen voortdurend evolueerden. Het is die evoluerende erfenis die als een rode draad door de tentoonstelling loopt ‘met aandacht voor geloofsovertuigingen en rituelen, in verband met het heelal en zijn onderdelen, de krachten en wonderen van de natuur, de godenwereld of het goddelijke, en tenslotte de inwerking hiervan op de wereld van de mensen’. Dat maakt dat in de expo, binnen deze vier hoofdthema’s, de tijdslijn telkens opnieuw gevolgd wordt om de veranderingen in de verf te zetten.

Wat de catalogus betreft wordt in de eerste plaats de tijdslijn gevolgd om elke periode uitputtend te beschrijven en te illustreren. De zeven hoofdstukken omvatten de prehistorie, de bronstijd, de ijzertijd, de klassieke wereld, het vroege christendom, de middeleeuwse Seldsjoeken en het Ottomaanse rijk. De tentoongestelde objecten illustreren de verschillende bijdragen van Belgische en Turkse wetenschappers over de verschillende perioden en thema’s. Het geheel staat onder de redactie van de Belgische archeoloog Marc Waelkens, die gekend is van de opgravingen in en publicaties over de antieke stad Sagalassos aan de voet van het Turkse Aglasungebergte. Hij neemt (op een excursie in de bronstijd na) vooral zijn specialisatie, de Griekse en Romeinse aanwezigheid in Anatolië, voor zijn rekening. De catalogus behoudt een zeker evenwicht door telkens een derde te wijden aan de vroege geschiedenis van prehistorie tot ijzertijd, de klassieke periode tot het vroege christendom, en de islamitische periode van de Seldsjoeken tot de Ottomanen. Een standaardwerk voor een breed publiek.

Ottomania
In een kort inleidend stuk voor de catalogus van de tentoonstelling Het rijk van de sultan, getiteld: ‘Een béétje kennis is iets gevaarlijks’, laat de populaire Turkse auteur Elif Shafak haar licht schijnen op de historische Oost-Westrelatie. De expo, die in de lente van 2015 te zien was in BOZAR (Brussel), heeft de Ottomaanse wereld in de kunst van de renaissance als onderwerp. In haar opiniestuk waarschuwt Shafak voor de stereotypen en vooroordelen van vandaag, die op basis van een beetje kennis een starre, door angst gevoede visie op de ‘Ander’ voedt. De tentoonstelling werd door de organisatoren omschreven als een rijke historische roman die net zoals Orhan Pamuks Ik heet Karmozijn of Elif Shafaks De stad aan de rand van de hemel de in geschiedenis gedrenkte verhalen tot leven brengt en daarmee helpt om het heden beter te begrijpen.
 
Na de verovering van Constantinopel en de val van het Byzantijnse Rijk in 1453 expandeert het Ottomaanse Rijk als wereldmacht met veroveringen in Oost-Europa tot aan de poorten van Wenen, tot vanaf 1683 onder druk van Polen en de Heilige Liga de Turken teruggedrongen werden. Die hoogdagen van het Ottomaanse rijk vielen voor een belangrijk deel samen met de Europese renaissance. ‘Maar het Ottemaanse Rijk en Europa waren niet alleen maar elkaars aartsvijand. Tussen beide culturen bestond een intigrerend verkeer van ideeën, goederen en personen – kooplieden, pelgrims, reizigers, diplomaten, soldaten en krijgsgevangenen. Velen van hen keerden naar hun vaderland terug met verhalen over de Ander. Deze verhalen waren vaak een mengeling van feit en fictie, voedden de Europese verbeelding over ‘de Turk’. De opkomst van de renaissance en de geschriften van de humanisten zorgden voor het bestaan van meer genuanceerde inzichten’.  
 
De tentoonstelling en catalogus (waarvan de bijdragen opvallend kort zijn, dit om een breder publiek te bereiken) weerspiegelen de rijkdom en de complexiteit van de betrekkingen tussen de twee culturen met een grote verscheidenheid aan kunstwerken uit verschillende Europese regio’s, waaronder ook de Balkan en Polen, die de Turkse dreiging van dichtbij ondervonden. Clichés en vooroordelen bleven bestaan bij de kunstenaars, maar er was ‘oprechte nieuwsgierigheid en belangstelling’ om zich in de Ottemaanse cultuur te verdiepen. Toch kan deze westerse kunstvisie op het Oosten gezien worden als een voorloper van het negentiende-eeuwse Oriëntalisme: ‘een manier van spreken, denken en schrijven dat het Westen een Ander verschaft waartegen de eigen identiteit kan worden bepaald’. Feit blijft dat de ongebreidelde fascinatie van het Westen met het Ottomaanse Rijk een modieuze invloed had in een breed spectrum van kunsten, zodat er tot op zekere hoogte sprake was van een ‘Ottomania’.

Shafak haalt een specifieke gravure uit de expo aan – ‘naar een tekening van de Deens-Duitse kunstenaar Melchior Lorck, met daarop sultan Süleyman, het paleis, de Süleymaniyemoskee, een mahout en een fraai uitgedoste Indische olifant’ – die haar inspireerde om de lijvige historische roman De stad aan de rand van de hemel te schrijven, waarin al die elementen samenkomen. Een zestiende-eeuws verhaal over een jonge olifantverzorger die aan het hof van de sultan terechtkomt en later opklimt tot leerling-bouwmeester. Tijdens zijn levensloop ontmoet hij vele kleurrijke personages, die een breed verhalenspectrum rond de historische stad Istanbul voeden. Een kruisbestuiving tussen renaissancekunst, geschiedenis en literatuur.

Wie meer wil weten over Turkse literatuur kan de beschouwing Turkse literaire traditie en moderniteit door Hanneke van der Heijden lezen of de leeslijst Turkse literatuur raadplegen.

Imagine Istanbul
Istanbul door het oog van de camera staat centraal in Imagine Istanbul. Deze metropool op de grens van Europa en Azië, op de grens van Oost en West, langs beide zijden van de Bosporus, spreekt sowieso tot de verbeelding. De stad fungeert als een katalysator voor de culturele processen die hier doorheen de eeuwen samenkwamen en de betekenis, het belang en het aangezicht van de stad voortdurend veranderden. De fotografische ontdekking van Istanbul start met de geboorte van het medium in de 19de eeuw. Istanbul als de ideale setting voor de Europese honger naar oriëntalisme, maar ook de eerste fotografiestudio’s van de gebroeders Abdullah, die in opdracht van de Sultans een archief aanlegden van Istanbul.

De bekendste Turkse fotograaf is ongetwijfeld Ara Güler (1926). Zijn iconische zwartwitfoto’s tonen vooral het Istanbul van de jaren vijftig en zestig (slechts een paar foto’s uit de catalogus komen uit de jaren tachtig), die recht uit een familiealbum lijken te komen. Güler (bijgenaamd 'het Oog van Istanbul')portretteerde als het dagelijkse leven in Istanbul en er was altijd wel iemand die iemand herkende, wat een stroom van verhalen op gang bracht rond de foto’s. Güler, die door zijn collega’s geëerd werd als de ‘Master of Leica’, behoorde tot het groepje naoorlogse fotografen, onder wie ook Henri Cartier-Bresson, die de fotografie een nieuwe impuls gaven. Beide waren bevriend en Bressons foto’s van Istanbul krijgen in de expo een plaats naast die van Güler. In de catalogus is van die foto’s echter weinig terug te vinden. Güler had ook een grote invloed op de Turkse schrijver Orhan Pamuk, die op zijn beurt een corpus van verhalen rond de stad in beweging bracht. Uiteindelijk staat het werk van beide kunstenaars niet voor het herkenbare Istanbul, maar het Istanbul van de verbeelding, dat de harten sneller doet kloppen.

Herkenbaarder voor het Istanbul van vandaag -- zij het dat het die werkelijkheid overstijgt -- is het werk van de Turkse fotograaf Ahmet Polat (1977), die in zijn documentaire fotografie het menselijke aspect van de grootstad laat primeren. Dat in tegenstelling tot zijn jongere landgenoot Ali Taptik (1983), die een abstractere benadering heeft van fotografie. Zijn Istanbul is een thematische stad die vaak met een close-up of een verborgen tafereel ontsloten wordt.

De Engelstalige catalogus van curator R. Paul McMillan, kreeg de vorm van vier sober gemodelleerde softcovers in een ruwkartonnen hoes. Eén boek, Imagine Istanbul, reflecteert het geheel van de tentoonstelling in al zijn diversiteit, terwijl de drie andere, Ara Güler, Ahmet Polat en Ali Taptik, telkens gewijd zijn aan één Turkse fotograaf.

Marc Waelkens (red.): Anatolia, Lannoo Tielt, 2015, 239 p., ill. ISBN 9789401430029

Robert Born e.a. (red.): Het rijk van de sultan : de Ottomaanse wereld in de kunst van de renaissance, Lannoo Tielt, 2015, 291 p. : ill. ISBN 9789401424226

Elif Shafak: De stad aan de rand van de hemel, De Geus Breda, 2015, 540 p. ISBN 9789044535099. Vertaald uit het Engels door Frouke Arn en Manon Smits

R. Paul McMillan: Imagine Istanbul (1 doos met vier boeken), Lannoo Tielt, 2015.
ISBN 9789401430067

© 2024 | MappaLibri