Paul Beatty (1962) groeide op in Los Angeles en studeerde
creative writing (MFI) aan Brooklyn College en psychologie (MA) aan Boston
University. Hij was in de eerste plaatst actief als dichter en performance
kunstenaar. Na de dichtbundels Big Bank
Take Little Bank (1991) en Joker,
Joker, Deuce (1994) volgde de overstap naar het romangenre met The White Boy Shuffle (1996), Tuff (2000, vert. Tuff) en Slumberland
(2008).
Tuff is een satire
op de Amerikaanse droom, over een jonge Afro-Amerikaan die sinds hij vader
geworden is zijn leven in de goede richting wil sturen, maar aan zijn criminele
getto-verleden gebonden blijft. Het belang van satire in Beatty’s oeuvre mag
ook blijken uit de bloemlezing die hij samenstelde: Hokum: An Anthology of African-American Humor. Met zijn laatste
roman The Sellout (2015, vert. De verrader) schrijft Beatty
geschiedenis door in 2016 als eerste Amerikaan de Booker Prize te winnen, sinds die in 2014
ook voor Amerikaanse auteurs werd opengesteld.
De verrader is een
satirische aanklacht op de moderne maatschappij waarin absurde bureaucratie en
racisme nog steeds welig tieren. Wanneer de armoedige getto Dickens (Los
Angeles) uit schaamte door de staat Californië wordt doodgezwegen en letterlijk van
de kaart wordt gehaald, komt het Afro-Amerikaanse hoofdpersonage Me in actie. Zijn vader is onlangs
bij een confrontatie met de politie doodgeschoten en hij kanaliseert zijn woede
door Dickens te ‘resegregeren’ zodat blanken niet meer welkom zijn. Wanneer
blanke scholieren toegang eisen tot de school, mondt dit uit in de rechtzaak
‘Me versus de Verenigde Staten van Amerika’. Afro-Amerikaans surrealisme ten
top.
Paul Beatty: De verrader, Prometheus Amsterdam, 2017, 301 p. ISBN 9789044633085. Vertaling van The Sellout door Gerda Baardman en Bart Gravendaal. Distributie: WPG Uitgevers
© 2024 | MappaLibri