Het is altijd een evenement als er een nieuwe
bundel van Peter Holvoet-Hanssen verschijnt. De dichter en zijn uitgeverij
voeren via alle denkbare media promotie voor de uitgave, en die aandacht gaat
gepaard met optredens en programmatische verklaringen. Het belang van de nieuwe
bundel wordt onderstreept, maar bovenal wordt aangegeven dat het gaat om een
heuse ontdekkingskracht, een mythisch avontuur dat de dichter al sinds jaar en
dag onderneemt en waarin hij zijn lezers enthousiast meesleurt. Na Gedichten voor de kleine reus (2016)
verschijnt nu Blauwboek, en de
ondertitel, Gedichten voor de grote
reuzin, laat al duidelijk zien hoe deze bundel in het verlengde ligt van
zijn voorganger.
Eens te meer wordt de lezer overstelpt met motto’s en citaten, met
allerlei uitspraken in andere talen. Holvoet-Hanssen wordt gefascineerd door
structuur en overzicht, maar dat schema wordt door hem meteen ook ontregeld
door de toevoeging van neventeksten en commentaren. De reis is niet helemaal
uitgestippeld maar gaat daardoor gepaard met hindernissen en ontdekkingen, iets
wat de lezer van deze bundel van meet af aan aan den lijve ervaart. Het is soms
verrassend maar soms ook ronduit irritant, maar net dat is de bedoeling van de
verontrustende dichter voor wie platgetreden paden verdacht zijn. Het blijft
daardoor speuren naar verbanden, herhalingen, tegenstellingen en echo’s, tussen
de gedichten onderling maar vaak ook binnen een en dezelfde tekst. Zo lijkt het
erop dat de dichter steeds meer volgens muzikale patronen is gaan werken.
Vooral de
invloed van de late poëzie van Paul van Ostaijen is daaraan niet vreemd. Meer
en meer heeft Holvoet-Hanssen de diepe affiniteit met zijn legendarische
voorganger aangevoeld. Dat uit zich in allerlei fragmentaire citaten en allusies,
maar nog meer aan zijn eigen streven om de taal als het ware voorbij de
gangbare betekenis te voeren. Klank, ritme en beeld brengen een heel eigen
wereld tot stand die ruimte laat voor verbeelding, mythe, diepe verbanden en de
ontsluiting van aparte betekenisvormen. Ideeën als het fantastische en het
sublieme zijn daarbij niet ver weg, zeker voor wie opmerkt hoe vaak de dichter
gebruikmaakt van woorden die verwijzen naar de zee en het water. Algemeen is de
fascinatie van Holvoet-Hanssen voor het oneindige bijzonder groot, ook al
verschijnt die sublieme grens bij uitstek in een paradoxaal kader: enerzijds
als een bron van verlangen, stilstand en rust, maar anderzijds ook als een
beeld voor de stormachtige ondergang en de dood.
Toch is het vooral de
verbeeldingswereld van Holvoet-Hanssen die eindeloos bewondering (en ook wel
verbazing) afdwingt. Ook nu weer zet de dichter allerlei verhalende lijnen uit,
die in feite niet meer zijn dan een alibi om taalvirtuoos aan de slag te gaan.
Het lijkt erop dat aan het begin van de bundel de nachtmatroos, een bekend
personage uit zijn oeuvre, van de aardbodem verdwijnt. Dat is de aanleiding
voor sterk uiteenlopende gedichten waarin de dood vaak een rol speelt en
uiteenlopende figuren worden herdacht. Daarna volgt een poëtische tegenhanger
in de gedaante van een jonge reuzin die aan energie wint: in de praktijk
betreft het uiteenlopende jonge vrouwen die alweer in een grote variatie aan
tonaliteiten worden bezongen. De afdeling ‘De vijftien staties naar het grote
blauw’ blijkt dan weer slechts vaag gebaseerd op de katholieke kruisweg.
Kortom, wat de lezer
krijgt voorgeschoteld zijn allerlei indrukken en verwachten, maar uiteindelijk
is niets wat het lijkt. Ergens omschrijft de dichter trouwens zijn Blauwboek treffend als een ‘talisman met
veel gezichten’. Het draait om de magie van het woord eerder dan om een
beredeneerde boodschap, maar die magie springt opnieuw van de bladzijden.
Inhoudelijk lijkt het oeuvre van Holvoet-Hanssen enigszins te verstillen met de
gang der jaren, maar zijn fascinatie voor het woord is er beslist niet minder
om geworden. Typerend voor de centrifugale aard van zijn poëzie is overigens
niet enkel de overdaad aan motto’s en citaten maar ook de wil om voortdurend in
zijn creaties stemmen van anderen aan het woord te laten. Veeltalig vuurwerk,
een festival voor liefhebbers.
Peter Holvoet-Hanssen: Blauwboek. Gedichten voor de grote
reuzin, Polis, Antwerpen 2018, 98 p. ill. ISBN 9789463102674. Distributie Pelckmans
Uitgevers
© 2024 | MappaLibri