Lege harten

Britta Söldner lijkt een vrouw die alles netjes op een rij heeft. Gehuwd, moeder, niet onbemiddeld. Samen met haar zakenpartner, Babak Hamwi, een Irakese vluchteling, richtte ze De Brug op, een bedrijf dat mensen met zelfmoordneigingen van hun plannen af probeert te brengen. Maar gaandeweg blijkt in Juli Zehs nieuwe roman werkelijk niks te zijn zoals het lijkt.  
 
Lege harten
is een verpletterende dystopie, eentje die eigenlijk hetzelfde recept toepast als Black Mirror, de gelauwerde Netflixserie. Daarin wordt telkens een toekomstbeeld geschetst waarin onze huidige realiteit slechts één stapje verder in een bepaalde richting geduwd wordt. Het resultaat is altijd een nachtmerrie, en net het besef dat die nachtmerrie echt niet zo ver van de huidige werkelijkheid verwijderd is, maakt haar zo gruwelijk angstaanjagend.  
 
Ook in Lege harten is de realiteit niet zo heel verschillend van wat we kennen. De roman speelt zich af in 2025. De extreem rechtse Bezorgde Burger Partij is aan de macht. Er worden regelmatig aanslagen gepleegd, soms van Islamistische, soms van extreemrechtse dan wel extreemlinkse signatuur. De wereld staat onder hoogspanning, nog net iets meer dan nu misschien, maar er is niks onherkenbaars veranderd.  
 
Britta en Babak hebben een waterdicht businessplan ontwikkeld. Aan de hand van een algoritme sporen zij mensen op die met zelfmoordneigingen rondlopen in die dolgedraaide wereld. Hoe hoger hun score, hoe harder hun drang om er een eind aan te maken. Ze zoeken de mensen op, en via allerhande therapieën in verschillende fases proberen ze hen van hun suïcidale plannen af te brengen.
 
Voor de minderheid waarmee dat niet lukt, bedachten ze een lucratieve afzetmarkt. Deze hopeloze gevallen, de mensen die echt overtuigd zijn van hun doodsdrang en die er op geen enkele manier vanaf te brengen zijn, worden verkocht aan terroristische organisaties om ingezet te worden als zelfmoordterrorist. Altijd prijs dus, voor Britta en Babak. Op de kap van de samenleving weliswaar, maar hey, zaken zijn zaken.  
 
Binnen de kortste keren wordt De Brug hofleverancier van alle terreur die in Duitsland gezaaid wordt. Maar een aanslag in Leipzig brengt alles aan het wankelen, want de daders komen niet van De Brug. Is er een concurrent op de markt? Wat volgt is een thriller, waarbij Britta er alles aan zal doen om de situatie weer recht te zetten.  
 
Verbijsterend aan Lege harten is niet zozeer de werkelijkheid die in het boek beschreven wordt, wél onrustwekkend is het bestaan van een figuur zoals Britta: ijskoud en dodelijk efficiënt gaat ze door met haar plannen, niets ontziend, en rationeel gezien kan je het haar nauwelijks kwalijk nemen. Ook dat kan je krijgen als het dunne laagje moreel besef van een mens wordt weggeschraapt. Tekenend is de korte passage waarin ze terugkijkt op haar kindertijd, aan tafel zit bij haar ouders en hen vraagt naar de zin van het leven. Ze blijven haar het antwoord lacherig schuldig.  
 
‘Als je later groot bent,’ zei haar moeder, ‘zul je zelf ontdekken waarvoor je wil leven.’ ‘Dat noemen we vrijheid,’ voegde haar vader daaraan toe.’
 
Leve de vrijheid, denk je dan.  
 
Niks is vanzelfsprekend, niks is heilig, lijkt Juli Zeh te willen zeggen. Lege harten is misschien wel meer een pamflet dan een alomvattende roman zoals Ons soort mensen er nog een was, maar desondanks bewijst Zeh ook nu weer dat ze een van de meest lezenswaardige pennen in de hedendaagse Europese literatuur bezit.
 
Juli Zeh: Lege harten, Ambo/Anthos, Amsterdam 2018, 293 p. ISBN 9789026342769. Vertaling van Leere Herzen door Annemarie Vlaming. Distributie VBK België 

© 2024 | MappaLibri