Het liegend konijn 2018 Nr.2

Het liegend konijn sluit met dit nummer al zijn zestiende jaargang af, maar er komt geen enkele sleet op de formule. Het recept is dan ook even eenvoudig als overtuigend: Jozef Deleu selecteert goede gedichten uit het werk van dichters, die nooit eerder werden gepubliceerd. De verzen zijn, zoals dat luidt, ‘uit het nest geroofd’, maar het belangrijkst is dat hier gevestigde dichters prijken naast prille nieuwkomers. Voor de eersten is dit een forum om sommige van hun verzen onder de aandacht te brengen in afwachting van de publicatie van een nieuwe bundel. Voor debutanten is Het liegend konijn een machtig visitekaartje, dat al vaker de weg heeft geëffend naar een officiële publicatie in boekvorm.
 
Ook de nieuwste aflevering brengt weer voor ieder wat. Marleen de Crée presenteert een cyclus rouwgedichten onder de titel ‘Stilte in mij’: het zijn intimistische verzen waarin de dichter eens te meer haar grote vakmanschap en haar sterk inlevingsvermogen tentoonspreidt. Roland Jooris is geëvolueerd van een scherp observator naar een diep denker van grenzen, van de manier waarop wij dingen zien en via die waarneming tot beschouwing komen. Ook nu weer spelen de beeldende kunsten een belangrijke rol bij dat poëtische proces, maar de nieuwe gedichten lijken mij een stuk abstracter dan het vroegere werk. Hester Knibbe presenteert eveneens splinternieuw werk, een aantal gedichten waarin het thema van de menselijke kwetsbaarheid op intrigerende wijze wordt verbonden met onze hedendaagse maatschappij van social media en toenemende natuurproblemen.
 
Naast die oudere dichters zijn er uiteraard de vele anderen die hier hun beste beentje voorzetten. Een volledige lijst geven is hier onmogelijk, en daarom beperk ik mij tot een persoonlijke impressie. Zo is er onder meer werk van Johan de Boose, Joost Baars, Annemarie Estor, Philip Hoorne, Marc Tritsmans, Lies van Gasse en Marije Langelaar dat doet uitkijken naar hun volgende bundel. 
 
Daarnaast maken opnieuw enkele talentvolle debutanten hun opwachting. Jenny van den Berg maakt indruk met gedichten waarin een zekere theatraliteit (verwant aan de podiumpoëzie) gecombineerd wordt met bijzonder fijnzinnige impressies en beelden. Roos van den Eerenbemt schrijft een soort van prozagedichten, vaak opsommend van karakter. Daaruit komt het beeld naar voren van kwetsbare mensen die zich grotendeels lijken te verschuilen achter medicijnen, schijnbaar nutteloze rituelen, de clichés die de sociale media ons voorspiegelen. Ook in de poëzie van Asha Karami is onzekerheid alomtegenwoordig. Onder haar pen wordt de dagelijkse realiteit een onherkenbaar kluwen van betekenissen, voldoende om het ik permanent in een staat van verwarring te brengen. En Meity Völke schrijft, wars van modieuze trends, onvoorstelbaar mooie klassieke gedichten.
 
Wie van poëzie houdt, is allang een trouwe lezer van Het liegend konijn. Dat kan onmogelijk anders.
 
Jozef Deleu (red.): Het liegend konijn, Polis, Antwerpen 2018,. Jrg. 16, nr. 2, 256 p. ISBN 9789463103381. Distributie Pelckmans Uitgevers

© 2024 | MappaLibri