Vertaald proza

BOEKEN NR. 4, APRIL 2023

Juan Benet: Je zult terugkeren naar Región

door Elisabeth Francet

Gevangen in collectief trauma

In zijn debuutroman, Je zult terugkeren naar Región, introduceert de Spaanse romanschrijver en essayist Juan Benet (1927-1993) de fictieve landstreek Región, waar ook een groot deel van zijn latere romans zich zou afspelen. Región, niet meteen te herkennen als een bestaand gebied in Spanje, bevindt zich in een andere werkelijkheidsdimensie. De inwoners zijn dolende, contourloze, bijna abstracte zielen die met hun oorlogstrauma's proberen om te gaan. Benet reflecteert diepgaand op deze trauma's, fileert de 'geschiedenis' en brengt de gevolgen van een burgeroorlog op het menselijk denken en voelen nauwgezet in kaart. Deze roman vergt overgave aan de permanente onzekerheid, fundamentele eenzaamheid en volstrekte duisternis die eigen zijn aan Región. Toch is het er geenszins een tranendal, wel veeleer een intrigerend universum waarin je intens, nu eens wanhopig, dan weer verrukt (ver)dwaalt. Wie Región betreedt, is gedoemd om in cirkels te lopen en een gevangene van de tijd en het lot te zijn. Je zult terugkeren naar Región, een waarachtig taalmonument, monumentaal vertaald door M. Vanderzee, biedt een onconventionele, genuanceerd filosofische kijk op grote thema's als liefde en seksualiteit, wrok en schaamte, schuld en boete, herinnering en eenzaamheid, moraal en hypocrisie, onverschilligheid, ziekte en dood. 

De roman begint met een tientallen pagina's lange, gedetailleerde beschrijving van de geografische en klimatologische kenmerken van een oeroud landschap, zoals waargenomen door een naamloze reiziger, die gedurende het hele verhaal nu en dan aan het woord zal komen. Barre, lange winters en kurkdroge, bloedhete zomers teisteren de schrale, bergachtige streek van Región, met zijn steile rotswanden en gloeiend hete woestijnvlakten. De inwoners concentreren zich in enkele vervallen stadjes en desolate dorpen. Overal rondom staan verbodsborden: bezoekers zijn niet welkom. Op de berg Monje, de hoogste piek van de Sierra de Región, woont de legendarische, onverschrokken bewaker Numa. Geen bewoner van Región heeft hem ooit gezien en niemand praat over hem. Toch klinken regelmatig schoten op uit de bergen (weer een onfortuinlijke reiziger!). Het schimmige personage Numa zou kunnen verwijzen naar Franco, maar dat is niet zeker, zoals niets in deze roman zeker is. Het verhaal van Numa kunnen we overigens lezen in een ander schitterend werk van Benet: de novellenbundel Een graf / Numa, een legende.
 
Na de oorlog hadden de inwoners van Región er resoluut voor gekozen hun traumatische geschiedenis te vergeten. Hun collectieve onderbewustzijn stuitte echter op een smartelijk verleden, diepgewortelde angst, gefnuikte verlangens en verstoorde illusies. Het gedeelde trauma ontnam de bewoners hun menselijkheid en hun contouren. Ze kozen voor onverschilligheid na de angst en de haat. In een lang hoofdstuk krijgen we inzage in de militaire manoeuvres en strategieën, propagandatechnieken en nationalistische retoriek van de strijdende partijen. Door de geïsoleerde ligging kenden de gebeurtenissen in Región een ander tijdsverloop dan elders in het land. De eerste gevechten begonnen er in 1936. Región had besloten trouw te blijven aan de Republiek en kreeg aanvallen te verduren van het opstandelingenleger onder leiding van de doortastende Kolonel Gamallo. <br /> 
Via zijsprongen serveert Benet, mondjesmaat en in flarden, enkele persoonlijke verhalen die getekend zijn door bedrog, rancune en verdriet. Benet geeft de Tijd een sleutelrol door elke verwachting van een plot te kortwieken. Geen lineaire, chronologische opbouw in deze roman, wel vervloeiing van verleden, heden en toekomst, van dingen, landschappen en personen, van herinneringen en mogelijkheden. Alles weerspiegelt alles in Región. In een van de mogelijke nu's die Benet ons presenteert, vangen we een glimp op van de verlaten hoofdstad: 'de vage weerspiegeling van de straat in de natte ramen, voetstappen in de regen'. We zien een jongen die, na het vertrek van zijn moeder, jaren geleden, zo gewend raakte aan zijn eenzaamheid 'dat hij zich alleen als hij zich diep in haar heeft teruggetrokken kan verzoenen met het volledige beeld van zichzelf'. De jongen graaft in zijn bewustzijn naar de herinnering onder die eenzaamheid en probeert de realiteit daarin een plaats te geven. Later in het verhaal zal deze jongen nog een opmerkelijke rol spelen.
 
Benet gebruikt theatrale middelen om zijn twee hoofdpersonages afwisselend aan het woord te laten. Enerzijds is er de onverschillige dokter Sebastián, hoofd van een psychiatrische instelling; anderzijds een mysterieuze vrouw die op een dag bij de dokter aanbelt, op zoek naar overgave aan de kracht van haar ziekte (pas later komen we te weten dat het hier om Marré Gamallo gaat, de destijds gegijzelde dochter van Kolonel Gamallo, wiens verloofde ooit de onbereikbare liefde van dokter Sebastián was). Marré neemt haar intrek in de vervallen kliniek en voert lange gesprekken met de dokter. Echte gesprekken zijn het niet, eerder (innerlijke) monologen, want beiden pikken nauwelijks in op wat de ander zegt. Ook is niet altijd duidelijk wie aan het woord is. Toch luisteren ze aandachtig naar wat gezegd of gedacht wordt. Ze delen immers eenzaamheid, een groot verlies en een sterk ontwikkeld overlevingsinstinct. <br /> 
Beurtelings vertellen de dokter en Marré over 'alles wat was voor het werd uitgewist'. De dokter over zijn 'gevangenschappen': aanvankelijk door de keuze van zijn vader (telegrafist en de bron van alle communicatie in Región), die demonstratief zijn lotsbestemming tegemoet trad; vervolgens door zijn eigen verscheurdheid tussen twee vrouwen, tussen genot en discipline. Marré, op haar beurt, vertelt over haar ontvoering door revolutionairen (om haar vader onder druk te zetten), haar gevangenschap en verkrachting. Voor de dokter betekende de oorlog het afschaffen van het verlangen, voor Marré de opstand van haar toen nog jonge lichaam tegen gebroken illusies en geschonden integriteit.
 
In Región moet je afstand doen van herinnering, angst en hoop. Een andere keuze is er niet, dat is duidelijk. Maar wat is in een van herinnering ontdane wereld nog de moeite waard? 'Genezing?' oppert Marré, die iets van haar opstandigheid bewaarde. De apathische dokter had sinds twee jaar de deur voor niemand meer opengedaan. Hij had alle hoop op genezing opgegeven en eindelijk rust gevonden. Door zijn gesprekken met Marré komt echter vertwijfeling aan de oppervlakte. Bijna terloops komen we intussen te weten dat er zich nog iemand in de vervallen kliniek bevindt.
  <br /> Oorlog voeren is ook gokken. Vlak voor de gevechten begonnen, gingen Kolonel Gamallo en een mijnwerker via een kaartspel de strijd aan in een casino, waarbij Gamallo per se een begeerd goudstuk wilde bemachtigen en zelfs zijn verloofde, Maria, inzette. De dokter zag hoe het spel uit de hand liep en wilde Maria helpen uit Región te vluchten. Zij wees hem af en verdween spoorloos. Wat wordt er van een mens in een wereld waar alle geloof, liefde, hoop, vertrouwen vervlogen zijn?
 
Marré en de dokter zijn tragische personages, die tegelijk troost zoeken bij elkaar en een onderlinge psychologische strijd voeren. Ook het huis lijkt een organisme waar een overlevingsstrijd woedt. Benet mythologiseert en symboliseert voortdurend. Geen feit ligt vast en de personages veranderen hun verhaal naargelang de heersende emotie. Omdat ze zichzelf herhaaldelijk tegenspreken, krijgt ook de lezer geen grip op het verhaal. Maar laat net dát de psychische conditie van Región zijn: het is een mentaal labyrint. Región kan alleen in de verbeelding bestaan en is toch, paradoxaal genoeg, de enige zekerheid die in het verhaal te vinden is. Door de aldoor wisselende perspectieven, lijkt het soms of er een caleidoscopisch bewustzijn aan het woord is dat herinneringen, lotsbestemming en gebroken illusies van velen tegelijk weerspiegelt, in cirkelbewegingen en echo's.
 
De spoken van de oorlog wierpen hun schaduwen over Región en veranderden elke neiging tot rationaliteit in verstikkend gevoel, tot vervreemding en waanzin aan toe: een toestand waarin liefde zichzelf onherroepelijk verslindt. In zo'n bolwerk van irrationaliteit kunnen de personages dan ook niet anders dan twijfelen aan alles – inclusief tijd en ruimte – en een diepe onverschilligheid cultiveren.
 
Om Benets roman naar waarde te kunnen schatten, moet je het aandurven radicaal anders te lezen. Laat de idee van een plot los, laat een zekere abstractie – los van tijd en ruimte – toe en zet alles in op de verbeeldingskracht. Voorts hoef je slechts te genieten van Benets stilistische meesterschap, dat uitnodigt om met volle aandacht te lezen, geen detail over het hoofd te zien. Zijn sfeerschepping is onvergelijkelijk. Heel wat passages zou je zo uit het hoofd willen leren, door wat ze teweegbrengen en door Benets krachtige, accurate beschrijvingen. Het slot is even briljant als huiveringwekkend. De laatste menselijke verhoudingen veranderen in ultieme vervreemding, waarmee Benet de gruwel van eenzaamheid ten top voert.
 
Juan Benet: Je zult terugkeren naar Región, Kievenaar, Heveadorp 2023, 408 p. Vertaling van Volverás a Región door M. Vanderzee. ISBN 9789083046792 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri