‘Why
literacy?
You don’t need it
to make cabbage soup’
(Russische boer, begin 20ste
eeuw)
Elk jaar
publiceert Reporters without borders, een non-profit organisatie met
hoofdzetel in Parijs, een index die land per land de mate van persvrijheid
weergeeft. Traditioneel staan de Scandinavische landen bovenaan de lijst: in
2024 worden de vijf eerste plaatsen ingenomen door Noorwegen, Denemarken,
Zweden, Nederland en Finland. Met uitzondering van Canada staan in de top
vijftien uitsluitend Europese staten (België staat op de zestiende plaats; het
jaar daarvoor was dat nog de 31ste). Het eerste Afrikaanse land in
de lijst is Mauritanië (plaats 33 – het schoof ruim 50 plaatsen op in
vergelijking met het jaar daarvoor). Poetins Rusland komt op een schamele plaats
162, slechts achttien (in hoofdzaak Aziatische) landen doen het volgens de
RwB-ranking nog slechter. Bovendien lijkt het land van Gogol en Poesjkin geleidelijk
aan dieper weg te zinken: vijf jaar geleden nam het nog de 149ste
plaats in, tien jaar geleden de 152ste en 15 jaar geleden de 140ste.
Volgens het Global Expression Report staat Rusland op vlak van de
vrijheid van expressie op de 148ste plaats (van 161 onderzochte
landen) -- daarmee behoort het volgens hetzelfde rapport tot één van de 38
staten die zich op het vlak van vrije meningsuiting in een toestand van crisis
bevinden.
De
gespannen relatie van de Russische overheid met mensenrechten en burgerlijke
vrijheden is een oud zeer. Wayne Dowlers boek over de geschiedenis van vier
eeuwen Russisch onderwijs: A history of education in Modern Russia. Aims,
ways, outcomes (Bloomsbury academic, 2023) leest bijna als een encyclopedie
van verboden, staatsinterventies en vervolgingen. Ook woordkunstenaars hadden
het in tsaristisch en communistisch Rusland niet onder de markt. Uitlatingen
die ingingen tegen de staatsideologie waren meer dan eens de kortste route
richting ballingschap, gevangenis of goelag. Wie zich ondanks de repressie
creatief wilde uiten, al dan niet als kritiek op het regime, kon zich maar
beter aan het oog van het staatsapparaat onttrekken. Op die manier ontstond in
de eerste helft van de twintigste eeuw een Russische sluikpers, die met de term
‘samizdat’ werd aangeduid. Ze was amateuristisch en kleinschalig, maar werd breed
gelezen en was (zeker op iets langere termijn) maatschappelijk invloedrijk. Het
is over die literaire en politieke sluikpers (en ten dele ook over haar
buitenlandse vertakkingen, de ‘tamizdat’) dat de jongste studie van de Leuvense
gewezen hoogleraar Russische literatuur en cultuur Emmanuel Waegemans gaat.
Waegemans’ boek
bestaat uit vijf hoofdstukken. In het eerste komt de censuur aan bod, zoals die
onder het tsaristische Rusland vanaf Peter de Grote tot het communistische
Rusland van Stalin gestalte kreeg. De auteur schetst hoe 18de-eeuwse
monniken en morrende onderdanen het schrijfverbod van de tsaar omzeilden door
anonieme, kritische schrijfsels (‘ondergeschoven brieven’) gericht op publieke
plaatsen achter te laten, in de hoop dat ze daar door toevallige passanten
zouden worden gevonden. Een eeuw later was de censuur zo strikt dat minister
van Onderwijs Aleksandr Sjisjkov zelfs de puntjes die de geschrapte
tekstpassages markeerden bij wet verbood (‘het ijzeren reglement van
Sjisjkov’). Tsaar Nicolaas I (1825-1855) onderdrukte alles wat niet strookte
met de drie-eenheid ‘autocratie, orthodoxie en nationalisme’. Zelfs de
uitdrukking ‘de koning staat schaakmat’ kon niet meer worden gebruikt. Op die
manier werd Rusland een staat waarin ‘de stilte van het kerkhof’ heerste.
Schrijvers drukten zich nadien enkel nog uit in een ‘aesopische’ taal: een gecodeerd
narratief, enkel verstaanbaar voor ingewijden, waarmee schrijvers zich aan de
censuur probeerden te onttrekken. De Oktoberrevolutie bracht geen verlichting –
kranten werden verbrand, redacties gesloten, drukkerijen gecontroleerd en
schoolkinderen geïndoctrineerd.
In het tweede en derde hoofdstuk behandelt de auteur de relatieve
dooi die onder Chroestsjov werd ingezet, en het terugschroeven van de versoepelingen
onder zijn opvolger, Leonid Breznjev. Daar waar aanvankelijk enkele uitgespuwde
schrijvers werden gerehabiliteerd en een gematigde kritiek op de
Sovjetbureaucratie mogelijk werd, bleef Boris Pasternak (de auteur van de roman
Dokter Zjivago) ook na de ingezette ‘dooi’ persona non grata.
Bovendien werden om en bij de 8.000 mensen veroordeeld voor ‘het verspreiden
van leugenachtige verzinsels’ en werden zowat 100.000 titels uit omloop
genomen. De lijsten met verboden boeken waren in de Sovjettijd ruim vijftien
maal langer dan onder de tsaren, en heel wat werken (waaronder George Orwells Animal
Farm en La Peste van Albert Camus) moesten in de Sovjet-Unie
clandestien, in kleine maar veelgelezen oplages, worden uitgebracht. De vrijheidslievende
en pluralistische ‘Beweging voor de Rechten van de Mens’, die eind jaren 1960
ontstond (en die het hoofdthema vormt van het vierde hoofdstuk), gaf jaarlijks
de ondergrondse Kroniek der Lopende Gebeurtenissen uit – haar leden en
lezers werden hard aangepakt, schrijvers werden in psychiatrische instellingen
opgesloten of in ballingschap gestuurd. Pas met Gorbatsjovs ‘Glasnost’
(Openheid) kregen de Russische uitgeverijen en boekhandels de ademruimte die ze
nodig hadden om te floreren.
Het vijfde en laatste hoofdstuk is een uitgebreide
bloemlezing van romans en politieke geschriften uit de samizdat. Tientallen
bekende en minder bekende schrijvers (zoals Aleksandr Solzjenitzyn en Andrej
Sacharov, maar ook Joeli Daniel, Pjotr Grigorenko, Michail Zosjtsjenko en
Andrej Amalrik) passeren de revue, waarbij hun pennenvruchten uitvoerig worden
toegelicht. De manier waarop de auteur de vele literaire werken en traktaten
voor het voetlicht haalt, is illustratief voor zijn grote belezenheid en zijn overduidelijke
passie voor de Russische cultuur. De gevleugelde citaten die hij aanhaalt, zijn
zo treffend, dat de lezer meteen wordt geprikkeld om enkele minder bekende
romans van de boekenplank te nemen en hun inhoud (weggedoken in een kelder, bij
kaarslicht -- zo hoort het bijna) gulzig op te slorpen. Andrej Amalrik, de
Russische historicus die door de universiteit van Moskou aan de deur werd gezet
voor zijn dissidente geschriften, als ‘klaploper’ tot 2,5 jaar Siberië werd
veroordeeld, vervolgens werd ontslagen als journalist en daarop aan de slag
ging als postbode, schreef beslist vanuit een zekere droefenis. ‘Ik hou van
mijn land, waar ik geboren en getogen ben, en ik kan niet zonder tranen denken
aan zijn ongewoon lot,’ merkte hij op in zijn essay Haalt de Sovjet-Unie
1984?. Maar ondanks de tegenkantingen en de uitzichtloosheid bleef hij
strijdbaar en rechtlijnig. ‘Trouw zijn aan je overtuigingen betekent niet dat
je de juistheid ervan moet proberen te bewijzen aan de eerste de beste ezel,
maar dat je ze moet volgen in wat je doet,’ schreef hij. En verder: ‘Ik geloof
niet in een ideale samenleving, maar hoogstens in een samenleving waarin
verschillende politieke stromingen elkaar in evenwicht houden.’ Amalrik stierf
in 1980 in een auto-ongeval; elf jaar na zijn dood werd hij onder het
Gorbatsjov-regime gerehabiliteerd.
Samizdat is zonder twijfel een meer dan
lezenswaardig boek. Het is onderhoudend voor wie zich interesseert voor de
Russische literaire en politieke geschiedenis in het algemeen. Het is
prikkelend voor de bibliofiel die op zoek is naar geestverruimend leesvoer en
inspirerend voor al wie zich zorgen maakt over de waargenomen teloorgang van
burgerlijke vrijheden. Bovenal is het deugddoende lectuur voor wie zich
realiseert dat hij kan opgroeien in een werelddeel waarin een vrije pers en een
uitdagende literatuur nog steeds maximaal worden gegarandeerd. Elke bladzijde
herinnert ons eraan dat ‘vrijheid en emancipatie zijn wat je zelf opeist,’
zoals de Nederlandse filosoof Michiel Leezenberg in De minaret van Bagdad
(Prometheus 2017) opmerkte. ‘Ze worden niet door anderen aan je geschonken, of
door anderen voor je gedefinieerd.
Emmanuel Waegemans: Samizdat. Geschiedenis van de Russische
ondergrondse, Manteau, Antwerpen
2024, 255 p. : ill. ISBN 9789022341209. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan