Het zal Karl
Marlantes waarschijnlijk niet lukken zijn daverende debuut, Matterhorn
(2010, Meulenhoff 2020) te overtreffen. Dat was een op eigen ervaringen
gebaseerde kritische en spannende roman over de Vietnam-oorlog.
Marlantes situeert deze nieuwe roman, zijn derde, in het
Finland van kort na de Tweede Wereldoorlog. Het land is dan al een soort buffer
tussen het westen en de Sovjet-Unie, wat het verhaal meteen actueel maakt.
Finland, allang lid van de Europese Unie, werd in 2022, nadat de Russen
Oekraïne waren binnengevallen, snel lid van de NAVO. Het heeft nu de grensovergangen
met de Russen gesloten.
Het zal niet verbazen dat Marlantes de actualiteitswaarde
van het boek verder versterkt door het op te dragen ‘aan iedereen die vecht
voor de handhaving van de rechtsorde, met name aan de mensen in Oekraïne’.
Oorlog is een van zijn speerpunten, hij schreef er ook een non-fictieboek over:
What it is like to go to war (Atlantic 2012).
Die actualiteit is ook te zien aan de tijd die Marlantes
voor Koude triomf koos: 1947. Finland is in oorlog geweest met Rusland,
heeft een stuk land verloren en dat dankzij een bondgenootschap met de Duitsers
terug gewonnen om dat vervolgens aan het eind van de oorlog weer te verliezen. In
die tijd ontmoeten de twee mannelijke hoofdpersonages elkaar, meteen in
vriendschap. Het zijn de Rus Michail Bobrov en de Amerikaan Arnie Koski. Over
de uit Finland afkomstige voorouders van die Koski (en die van de auteur zelf) gaat
Marlantes’ vorige roman, De rivier (Meulenhoff 2022).
Michail, inmiddels officier in het Russische leger, werkt
in Helsinki voor de Russen, Arnie (oorlogsheld, en luitenant-kolonel) gaat aan
de slag op het Amerikaanse gezantschap. Hij is op diplomatieke missie, vooral
met het doel ervoor te zorgen dat de communisten in Finland niet aan de macht
gaan komen. Het gezantschap moet Finland voor het transparante westen zien te
behouden, ook met het oog op de vrije markt.
Op een party, in een dronken
bui, besluiten Michail en Arnie een privéwedstrijd te gaan houden: een lange
skitocht. De verliezer zal moeten toegeven dat zijn land inferieur is aan het
andere (dit is een soort vervolg op hun opschepperij over het aandeel van hun
land aan het beëindigen van de Tweede Wereldoorlog). Uiteraard vertellen ze
daar op hun werk niets over, ze gaan los van elkaar zogenaamd op onderzoek naar
kwetsbare of strategische plekken.
De alwetende verteller kruipt in alle personages, de meeste
stukken worden geschreven vanuit Louise, Arnies echtgenote. Ze zoekt zoals meer
‘vrouwen van’ een passende, nuttige tijdsbesteding en vindt die in het geld bij
elkaar sprokkelen voor een weeshuis in de stad. Ze doet dat samen met de vrouw
van Michail, Natalja. In haar naïviteit heeft ze aanvankelijk totaal niet door
hoe een en ander in elkaar steekt in de stad. De Russen controleren alles, in
het huis dat haar en Arnie zomaar ineens aangeboden wordt, ligt het bijvoorbeeld
vol afluisterapparatuur. Natalja, die zelf in de gaten gehouden wordt door haar
‘oppas’, heeft de opdracht Louise geheimen over haar man te ontfutselen.
Kortom, er heerst daar al een echt Koude-Oorlogsfeertje.
Als Louise zo dom is een loterij
op te zetten op de skiwedstrijd om geld binnen te halen voor het weeshuis,
gooit ze die dus in de openbaarheid. In de hele wereld staat het in de kranten:
de Rus tegen de Amerikaan! Ze brengt daarmee Michails leven ernstig in gevaar,
want meteen gaat de hele Sovjet-machinerie draaien: Michail mag uiteraard niet
verliezen. Door Louises actie verandert het elkaars land in een goed of kwaad
daglicht zetten van een spelletje in een nachtmerrie. Het kost Louise ook bijna
de inmiddels vrij intiem geworden vriendschap met Natalja.
Marlantes laat er geen enkele
twijfel over bestaan bij wie zijn sympathie ligt. Op driekwart van het boek is
er een flink stel heel enge Russen langs getrokken. Hun uiterlijk is vaak
interessant, maar er is altijd wel een eng trekje. Stuk voor stuk zijn het
mannen die uitermate bedreigend zijn voor vrouwen. Ze chanteren ze voor seks,
of ze pikken er gewoon eentje uit om ‘dienst te doen voor het rijk’. Er is niemand
aan Russische zijde die niet op eieren loopt: iedereen (k)likt, iedereen kan de
ander bespioneren of aangeven. Discussies en gesprekken balanceren altijd op
het randje.
Het
boek pakt niet meteen, is aanvankelijk zelfs een beetje tuttig hier en daar bij
Louises zoektocht. Hij vertelt ook wat traditioneel, vrij expliciet en met
vette spanningverwekkers aan het eind van een hoofdstuk en van het eerste deel.
Maar het verhaal krijgt een enorme versnelling als de mannen onderweg zijn en
alle partijen koortsachtig hun posities en strategieën bepalen. Dat geldt ook
voor de mooi getekende groep Finnen, sterk anti-Russisch, die zich mokkend tóch
inzetten voor een goede afloop.
Maar het slot is niet in alle opzichten even blij makend.
Het is eerder genuanceerd, met ook een pleidooi voor de vrije mens. Het
individu kiest anders dan de staat, Arnie en Michail, en Louise en Natalja
sluiten vérgaande vriendschap over de grenzen heen. Het sfeertje van de Koude
Oorlog weet Marlantes kundig over te brengen (veel kennen we natuurlijk al wel
uit de boeken van onder anderen John le Carré en via James Bond). Hij typeert
ook goed de ingewikkelde situatie in een aan Rusland grenzend land, met flinke
aantallen oorspronkelijke Russen. Enfin, lees je krant er maar op na.
Karl Marlantes: Koude
triomf, Meulenhoff, Amsterdam 2024, 384 p. ISBN 9789029099691. Vertaling van Cold
Victory door Frans Reusink. Distributie Lannoo
deze pagina printen of opslaan