De
verhaallijn van De bruidegom was een hond proberen samen te vatten in
enkele zinnen voelt aan als het herbeleven van een koortsdroom. In de novelle
volgt de lezer Mitsuko Kitamura, een kinderloze vrouw van bijna veertig jaar,
die haar intrek neemt in een leegstaande boerderij. Daar zet ze een privéschooltje
op dat zich specialiseert in bijlessen te geven aan kinderen van lagere
schoolleeftijd (een in Europa verbazingwekkend, maar in Japan doodnormaal
gegeven). Met deze premisse eindigt dan ook alle normaliteit, want al na een
paar pagina’s blijkt dat juf Mitsuko naast bizarre sprookjes de kinderen ook
vunzigheden aanleert en ander ongepast gedrag vertoont.
Wanneer het wat armoedige meisje
Fukiko ook wordt ingeschreven in Mitsuko’s school, mag deze rekenen op wat
extra bescherming van Mitsuko tegenover de andere kinderen die haar plagen
en/of lastigvallen. Tijdens de daaropvolgende zomer verschijnt er plots een
man, Taro genaamd, in Mitsuko’s leven. Hij neemt zonder boe of ba intrek in
haar boerderij en lijkt geobsedeerd door seks en intensief poetsen. Ze gaan een
redelijk losse relatie aan. Uiteindelijk haalt Mitsuko’s nieuwsgierigheid het
van haar passiviteit en probeert ze stilletje aan wat meer te weten te komen
over het verleden van haar nieuwe vriend Taro, zijn bizarre, hondachtige
uiterlijk en vreemde gewoontes.
De bruidegom was een hond voelt ondanks de
waanzinnige verhaallijn niet aan als een bundel bijeengeharkte
eigenaardigheden. Al snel zuigt Tawada de lezer mee in een parallelle wereld,
waar een alternatieve logica heerst, zodat de hele geschiedenis en vooral de
handelingen van de personages consequent blijven – essentieel om in het verhaal
te blijven. De bizarre gebeurtenissen zijn trouwens niet zó willekeurig als het
lijkt op het eerste gezicht, want ze dienen als substraat voor de
maatschappijkritiek die Tawada geeft. Dat Mitsuko zich insmeert met een
zelfgemaakte zalfje op basis van kippenstront of de eerste de beste aangewaaide
man in huis opneemt, choqueert de dorpsgemeenschap eigenlijk niet. Die is
vooral bezig met het probleem dat niemand iets afweet van de familie van
Mitsuko of welke opvoeding ze precies heeft genoten. De verbanden met de
Japanse samenleving en het overdreven belang dat die hecht aan iemands
(familiale) achtergrond springen meteen in het oog. Het is ook een
emancipatorische roman, waarin de vrouwen sterk zijn, het initiatief nemen en
de mannen tot achtergrondfiguren verdwijnen: een verfrissende aanpak.
Deze vlot geschreven
novelle kan als prima eerste kennismaking met het werk van Yoko Tawada dienen.
Tawada schrijft al veertig jaar maar is nog altijd geen grote naam in het
Nederlandse taalgebied – in de Verenigde Staten en in Duitsland (waar ze al heel
haar carrière woont) – krijgt haar werk alvast meer erkenning. Laten we hopen
dat daar met het verzorgd uitgegeven De bruidegom was een hond snel
verandering in komt.
Yoko Tawada: De bruidegom was een hond, Koppernik, Amsterdam 2024. 68 p. ISBN
9789083448107. Vertaling van Inu muko iri door Luk Van Haute. Distributie De
Wolken
deze pagina printen of opslaan