Poëzie

Jan Eijkelboom, Kees Van 't Hof (bew.): Verzamelde gedichten

door Carl De Strycker

Eigenlijk van de generatie van de Vijftigers debuteerde Jan Eijkelboom pas in 1979, toen hij dus daadwerkelijk een vijftiger was. Dat de dichter zo lang wachtte, heeft een reden. Zijn poëtica, geënt op de moderne klassiek van Engelse dichters als Yeats en Larkin, heeft niets, maar dan ook niets te maken met het experimentele geweld in de Nederlandse poëzie van de jaren vijftig en zestig. Pas aan het eind van de jaren zeventig, wanneer ook hier een terugkeer naar een meer klassieke dichtkunst mogelijk wordt, durft hij zich als dichter te manifesteren. Tot aan zijn dood in 2008 zou hij tien bundels publiceren, en bekend worden als een gewaardeerd poëzievertaler. In zijn Verzamelde gedichten zijn alle afzonderlijke publicaties bijeengebracht, aangevuld met een aantal verspreide gedichten en twintig nagelaten verzen die hij zelf nog als geheel geconcipieerd had. Het boek bevat ook vertalingen, maar enkel wanneer ze als dusdanig in eigen bundels zijn opgenomen.
Verzamelde gedichten geeft een beeld van een vrij consistent dichterschap, duidelijk autobiografisch gestoffeerd — voor wie de biografische schets aan het einde van het boek eerst leest: griezelig autobiografisch zelfs. Behalve de alcohol (‘Ik drink me elke dag weer dood / en sta als Lazarus weer op’) en zijn traumatische oorlogservaringen die wel vaker het thema zijn, bevatten deze gedichten vooral herinneringen en observaties, al weet Eijkelboom zijn verzen wel op een niveau te brengen dat ze de particuliere anekdote overstijgen. Tekenend zijn deze regels: ‘Ik heb het allemaal gezien, gehoord. / Gelukkig maakt wie niets verzinnen kan / veel mee.’ Melancholie is het gevoel dat het vaakst wordt opgeroepen, zoals in ‘Kindertekening’, waarin beschreven wordt hoe een kind onbekommerd, want onbewust naar de wereld kijkt. Dat is ‘de tijd dat schoonheid / je beroerde als misschien nooit later, / want niet als zodanig.’ Dit is poëzie over het grote dat in de kleine dingen schuilt, over de schoonheid van het alledaagse — poëzie zoals veel lezers die verwachten: rustig, vol wijsheden en gedachten, mooie beelden. Eijkelboom zal je niet gauw verrassen met een originele metafoor, een schokkende inhoud of een afwijkende techniek; hij is een dichter die binnen de conventies van de traditionele poëzie vakkundig te werk gaat. En het moet gezegd: het levert veel prachtige regels op, en ook veel geslaagde gedichten — klassiek in de beste zin van het woord.
Eijkelboom was een spaarzaam dichter: Verzamelde gedichten telt zo’n vijfhonderd bladzijden gedichten, waarvan er dan nog een aantal vertalingen zijn. Misschien zijn zijn allerbeste gedichten wel vertalingen (‘Aubade’, naar Larkin bijvoorbeeld), maar het is goed dat zijn poëzie nu samengebracht is en er staat als een stevig oeuvre. Eijkelboom is een prachtig voorbeeld van het feit dat er in de Nederlandse poëzie, naast veel spannends en vernieuwends, ook knap vakmanschap bestaat.

Jan Eijkelboom, Kees Van 't Hof (bew.), Verzamelde gedichten, De Arbeiderspers Utrecht, 2012, 612 p., € 39,95. ISBN 9789029586412. Distributie: WPG Uitgevers

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2012

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri