Poëzie

Hannah Van Wieringen: Hier kijken we naar

door Dirk De Geest

Hannah van Wieringen debuteerde met de verhalenbundel De kermis van Gravezuid, maar ze is al langer actief in het theatermilieu. Nu presenteert ze zich ook als dichteres, met de mooie bundel Hier kijken we naar. Vanaf de eerste gedichten (in feite al vanaf het motto, dat ontleend is aan de theaterauteur Harold Pinter) is duidelijk dat de bundel bedoeld is als een soort van plaatsbepaling. De titel van het openingsvers, ‘Naamdag’, lijkt te verwijzen naar een bijzondere dag, die te maken heeft met de identiteit van het ik, maar tegelijk toevallig is en allerminst uniek. Het ‘ik’ lijkt in deze gedichten vooral een nog lege plek, iets wat voortdurend anders ingevuld wordt. Het subject ligt doorgaans niet vast, maar transformeert permanent: woorden als ‘smelten’ en ‘groeien’ zijn daarvoor typisch. Hetzelfde gebeurt met tijd en ruimte. Herinnering en heden vloeien in elkaar over, en ook de ruimte wordt tot ‘niet-ruimte’ verklaard. Die bevreemdende situatie wordt trouwens als een positief gegeven ervaren, aangezien het een antidotum vormt voor de genormeerde Hollandse samenleving, die gedomineerd wordt door vaste rituelen en conservatieve ideeën.
Het voorgaande lijkt nogal ernstig (en dat is het ook), maar in feite getuigt deze poëzie eveneens van een uitzonderlijke speelsheid. Hier speelt Van Wieringens ervaring als theaterauteur duidelijk een belangrijke rol. De dichteres slaagt erin om vanaf de eerste regels een geheel eigen toon aan te slaan, waardoor haar personage bij de lezer aan authenticiteit wint. Daarbij zijn humor en relativering van groot belang. Personages gedragen zich voor de blik van de verteller als acteurs in een soort vaudeville en vooral de manier waarop de liefdesrelatie in haar lichamelijkheid vlijmscherp wordt geanalyseerd maakt indruk. Ook qua stijl laat Van Wieringen zien wat ze in haar mars heeft. Sommige gedichten zijn vrij barok en associatief, en een enkele keer verkent de dichteres zelfs de grenzen tussen proza en poëzie verkennen. Over het algemeen zijn haar teksten echter poëtisch gedrongen, maar in veel gevallen is het taalgebruik opmerkelijk eenvoudig én toch trefzeker. Een extreem voorbeeld is een vers als ‘wat liefde niet is’, dat paradoxaal aanvangt met: ‘liefde is / niet weggaan // zo simpel is het soms / een leven lang’. Die soberheid wordt afgewisseld met groteske en meer expansieve verzen, met euforie en bezwering. De dichteres wil immers niet meer dan het leven in de breedte registreren op een beeldrijke manier. Vrouwen hebben wobbelende borsten en hinderlijke pukkels, ze zoeken een eigen identiteit binnen de groepsdruk en de maatschappijconventies. Dit is, met andere woorden, voortreffelijke poëzie van deze tijd.


Hannah Van Wieringen, Hier kijken we naar, De Harmonie Amsterdam, 2014, 42 p., € 15,9. ISBN 9789076168869. Distributie: Elkedag Boeken

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2014

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri