Knut Hamsun was een typisch Scandinavische schrijver. Zijn doorbraakroman, Honger, verscheen aan het einde van de negentiende eeuw. Het was het verhaal van een landloper die zich in de grote stad probeert overeind te houden. Oslo (toen nog Christiania) wordt door de antiheld omschreven als een vreemde plek, die 'niemand verlaat zonder erdoor getekend te worden'. Zwervers is een later werk van Hamsun. Ook hier hebben we te maken met outsiders die zich in een niet al te menslievende omgeving moeten handhaven. Op jonge leeftijd ontmoet de wat brave, maar wel opvliegende Edevart zijn tegenpool August, een figuur die met al zijn opschepperige verhalen wat aan Peer Gynt doet denken. Ze ondernemen een lange handelsreis vanuit hun noordelijke dorpje Polden langs de fjordenkust richting Trondheim. Onderweg verkopen ze wat ze hebben, maken ze kennis met concurrerende handelaren en leert Edevart hoe voordeel te halen uit de goedgelovigheid van de mens. August verlooft zich, maar wordt al even snel weer gedumpt en monstert aan op een zeeschip met bestemming Riga. Edevart blijft wat rondhangen in de buurt van Trondheim. Een ontmoeting met een mooie jonge moeder op een verlaten boerderij geeft zijn leven een geheel andere wending. Terwijl ze wacht tot haar man uit de gevangenis ontslagen wordt, wijdt ze de onervaren Edevart in de liefde in. Edevart laat zich volledig door haar laten inpalmen, zo koopt hij onder druk haar boerderij zodat de vrouw met manlief naar Amerika kan emigreren. Natuurlijk komt ook zij uiteindelijk terug, want ze zwerft al even doelloos door het leven als de andere hoofdpersonages.
Zwervers is een schelmenroman waarin de verwikkelingen in sneltempo aan elkaar geregen worden, even meeslepend als de hallucinaties en verwensingen van de antiheld uit Honger. Hamsun weet al zijn troeven als verteller uit te spelen en onderhoudt ons met anekdotes over schipbreukelingen, een booswicht die door het drijfzand wordt opgeslokt, woeste baren en onherbergzame natuur. Het geheel, hoewel toch al zo’n tachtig jaar oud, doet verrassend modern aan, al is de negentiende-eeuwse streekroman nooit veraf als Hamsun zich verliest in beschrijvingen van vis die te drogen wordt gelegd op de rotsen en boerderijen die worden uitgebreid met nog eens een extra perceel.
Edevart wordt mans door al zijn tegenslagen en blijft tot op het einde van het verhaal de verstandige tegenhanger van zijn kompaan August. Het was beslist een goede zet van uitgeverij De Geus om ons dit stukje Noorse vertelkunst nog eens in Nederlandse vertaling onder de neus te duwen. Dat was, gezien Hamsuns verleden als Hitler-adept, ongetwijfeld geen voor de hand liggende beslissing. De auteur van Zwervers is op hoge leeftijd zelf ook beginnen dwalen, maar had zijn Nobelprijs toen al dubbel en dwars verdiend. Deze vertaling bewijst nog maar eens dat de kracht van zijn oeuvre het wel degelijk gehaald heeft van de smet op zijn blazoen.
Knut Hamsun, Zwervers, De Geus Breda, 2014, 541 p., € 24,95. ISBN 9789044517538. Vert. van: Landstrykere door Marianne Molenaar
Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2014
deze pagina printen of opslaan