Nederlands proza

Sybren Polet: Een geschreven leven

door Erik de Smedt

Het tweede deel van Sybren Polets autobiografie begint met het sterven van zijn moeder: met alle voorbehoud dat hij tegenover haar heeft een onsentimenteel, maar doorvoeld afscheid. In de tijd bestrijkt dit deel de periode van 1968 tot het begin van de jaren '80. Het is een tijd waarin meer het politieke dan het speelse aspect domineert, een periode van een ándere bewustwording. Het besef groeit "dat de meesten van ons zich uit geestelijke luiheid langzaam maar zeker hadden uitgeleverd aan politieke vanzelfsprekendheden die geen vanzelfsprekendheden waren en die het ook nooit hadden mogen worden". De schrijver neemt deel aan protestdemonstraties, leest veel non-fictie en moet zich her en der verantwoorden voor de experimenterende vorm van 'kritiese' literatuur die hij beoefent. Polet is een voorstander van vérgaande democratisering, maar wijst het schrikbeeld van volledige gelijkschakeling en culturele nivellering af. Hij ziet met lede ogen hoe het democratiseringsproces tirannieke trekken begint te vertonen, en er in discussies geen plaats meer is voor complexiteit en genuanceerdheid. Toch blijft hij zich met de Vereniging van Letterkundigen inzetten om de positie van de schrijver te verbeteren. Op persoonlijk vlak maakt hij twee keer een zware depressie door. Met zelfspot beschrijft hij hoe hij boekhouder wordt van zijn slapeloosheid, met ironie hoe de psychiater zijn patiënt nauwelijks kan bijbenen. Op literair vlak vernemen we heel wat over de genese van De sirkelbewoners, Mannekino, De geboorte van een geest en Xpertise of De experts met het rode lampje. We krijgen indringende portretten van de eerste doden onder de Vijftigers, Paul Rodenko en Hans Andreus. Ook de bescheiden vader, die tijdens zijn laatste levensjaren in het bejaardentehuis droge humor ontwikkelt, wordt met veel sympathie herdacht. De futloosheid tijdens de restauratie in de jaren '70, met zijn afkeer van experiment, isoleert Polet, die noodgedwongen besluit verder te schrijven zonder te publiceren. "Ouder worden: je beperkingen leren kennen, maar ook: je beperkingen ongedaan leren maken, waaronder beperkingen die anderen je hebben opgelegd of aangepraat".

Expliciet en impliciet bevat 'deel 2' van Een geschreven leven veel scherpzinnige tijd- en maatschappijkritiek, o.m. over de aanhoudende folteringen in de wereld, de uniformering van de kleding, het gebrek aan creativiteit bij de televisie. Daarnaast zijn er opnieuw diepgravende reflecties over de verhouding buitenwereld -- binnenwereld, het reële existeren als literair personage en (heerlijke bladzijden!) over de hond "die de mens bezit" en "een van de meest komische en vertederende dieren" is. De talrijke dromen die worden naverteld en vaak ook geanalyseerd konden mij minder bekoren. Prachtig echter is het reisverslag over Amerika (1978), dat de betoverende weidsheid van het landschap contrasteert met de geluidsmanie en andere gebreken van de Amerikaanse civilisatie. Hoewel je Polets beslissing "persoonlijke relaties buiten mijn geschreven leven te houden" kan betreuren, is ook dit deel een levendig zelfportret en een facetrijk tijdsbeeld.

Sybren Polet, Een geschreven leven, Wereldbibliotheek Amsterdam, 2004-2005, 3 p., € 0. ISBN 9028420738

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2004-2005

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri