Nederlands proza

Armando: Soms

door Erik de Smedt

Hoewel zijn gekwelde beeldende werk ook de laatste jaren iets monumentaals blijft hebben, beperkt Armando zich in zijn literaire werk tot (ultra)korte verhalen. In de nieuwste bundel Soms gaat het zelfs meestal om handpalmverhalen. Ze getuigen van een robuust en vrolijk pessimisme en weigeren zichzelf ook maar iets wijs te maken. Een aantal thema's uit de vorige drie bundels (De haperende schepping, Het wel en wee en Het gedoe) keert terug: de radicale verwondering over mensen en dingen, sporen van oorlog, de onbestemde dreiging, het bevel, onverwacht geweld, absurde gewoontehandelingen en het zelfgesprek met het andere ik. 
 
De dialogen herinneren in hun lapidaire absurdisme aan Herenleed, de kleine stukjes alledaagse communicatie aan Mensenpraat. Meer dan vroeger neemt de schrijver zijn toevlucht tot typefiguren: de bediende, de koetsier, de tiran, de kamenier, de wagenmenner, de inboorling, de plaaggeesten, de koetsier. Die vormen dan weer reminiscenties aan de sprookjes die Armando ook heeft geschreven. Het gros van dit 130-tal miniverhaaltjes eindigt met een antipointe, breekt bijna willekeurig af. De schijnbare naïviteit is ook hier vaak ontwapenend en het begin van alle filosoferen blijft de verwondering, maar dat weegt niet op tegen het vele gratuïte, flauwe en onbenullige in deze prozastukjes, die soms erg weinig om het lijf hebben. Bijvoorbeeld het verhaaltje 'Daar': 
 
‘Zet dat daar maar neer. Of daar. Nee, daar. Goed. Nu nog het belangrijkste. Wat is eigenlijk het belangrijkste. Weet je dan niet? Hoe moet ik het dan weten?’
 
Slechts in een minderheid van de gevallen maakt het bittere engagement tussen de regels indruk. Te zelden zorgt de literaire vorm voor verrassingen, zoals in het hilarische tweeluik 'De eerste helft' en 'De tweede helft', gemonteerd uit het commentaar bij een voetbalwedstrijd. Armando's korte proza is te dikwijls een maniertje geworden dat zijn spankracht heeft verloren. 
 
Armando: Soms, Augustus, Amsterdam 2007, 141 p. ISBN 9789045700236. Distributie VBK België
 
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswolf 2007

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 1, JANUARI 2025

De laatste dag van de veerman

Frode Grytten

Grenskolonialisme

Albina Fetahaj

Het paradijs van slapen, of Iemand die met bloemen fietst

Joost Oomen

Nachtvrouwen

Maja Haderlap

Rimpeling

Bibi Dumon Tak, Annemarie van Haeringen (ill.)

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 1, JANUARI 2025

Altijd samen

Bette Westera, Leo Timmers (ill.)

Hanna en Hamza

Janneke Schotveld, Arevik d’Or (ill.)

Je hond en jij

Elena Bulay

Kom op, we gaan!

Edward van de Vendel, Floor de Goede (ill.)

Wij zijn de nacht. De tofste dieren van het donker

Matthijs Meeuwsen en Paco Vink (ill.)

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri