15+ - Als er
één werk is uit de oosterse literatuur dat werkelijk iedereen kent, dan zijn
dat wel De verhalen van
duizend-en-één-nacht. Deze verhalen stammen uit de Indiase, Perzische en
Arabische cultuur en gaan wellicht terug tot de negende en tiende eeuw. Sinds
ze eind achttiende eeuw door Antoine Galland in het Frans vertaald werden, kenden
ze ook in het Westen een ongemeen succes. Gallands bronnen waren een Syrisch
manuscript en verhalen uit de mondelinge overlevering die hem door een man uit
Aleppo werden verteld. De ontstaansgeschiedenis van deze verzameling sprookjes,
fabels, dierenverhalen, liefdesverhalen etc. is complex en er zijn door de
eeuwen heen talloze versies en variaties ontstaan, zowel literaire als
vulgariserende en voor kinderen bewerkte versies.
In het Nederlands is in de
periode 1993-1999 bij uitgeverij Bulaaq een volledige vertaling in 14 delen
verschenen in een literaire vertaling Van Richard van Leeuwen, die in 2000 in
een goedkope pocketeditie heruitgegeven werd bij Bert Bakker. Deze exotische
verhalen hebben ook heel wat illustratoren geïnspireerd. Van Leeuwens editie
werd door Jean-Paul Franssens met verbeeldingrijke pentekeningen verlucht en verder
behoren de selectie van Richard Burton (eind 19de eeuw), geïllustreerd
door Charlotte Dematons (Lemniscaat 1993) en de selectie sterk
bekorte verhalen geïllustreerd door Anton Pieck (1984) tot de bekendste.
Bij
Davidsfonds/Infodok is nu Twintig parels:
Verhalen uit Duizend-en-een-nacht verschenen, een selectie en bewerking van
twintig verhalen door Ed Franck, met illustraties van Martijn Van der Linden. Franck
publiceerde bij deze uitgever en volgens hetzelfde stramien al verschillende
bewerkingen van klassieke werken van o.m. Shakespeare, Boccaccio, Chaucer, Edgar Allan Poe gemaakt, telkens
geïllustreerd door Carll Cneut. Franck baseerde zijn keuze van de Twintig parels op de compilatie van
Richard van Leeuwen. Hij hanteerde daarbij twee richtsnoeren. Hij wilde ten
eerste dat zijn selectie, ondanks de beperking van slechts twintig verhalen,
een ‘panoramisch zicht’ zou bieden op de grote variatie van genres. Het tweede
criterium was de kwaliteit van het verhaal op zich en daarvoor vertrouwde hij op zijn eigen,
persoonlijke smaak.
Al met al was het niet zo moeilijk om de ‘parels’ eruit te halen, want de
volledige verzameling bevat ‘heel wat slappe kost’, aldus de samensteller.
Opvallend is dat enige van de allerbekendste verhalen, bijvoorbeeld ‘Aladdin en
de wonderlamp’ en ‘Ali Baba en de veertig rovers’ ontbreken. Ze komen in de
Arabische bronteksten niet voor (mogelijk heeft Galland ze verzonnen) en de
kwaliteit ervan viel Franck tegen. Hij heeft zich ook vrij gevoeld om in te
grijpen waar hij dat nodig achtte. Er bestaat immers geen ‘definitieve’ versie
van de verhalen en Franck nam dus de rol op van een van de vele vertellers die
samen voor deze rijke overlevering gezorgd hebben. In zijn nawoord somt hij de
ingrepen op en waarom hij het deed. Zijn kritische instelling maakt dat je je misschien
afvraagt of die verhalen – een literair monument toch -- eigenlijk wel de
moeite waard zijn. Jawel, besluit Franck, en dat is zo ‘wonderbaarlijk’ aan
deze vertellingen: ‘poets de parels een klein beetje op en ze glanzen ook voor
de hedendaagse lezer verrukkelijk.’
Martijn Van der Linden heeft bij elk verhaal
een of meerdere prenten gemaakt, meestal in een combinatie van schilderwerk en
collage. Anders dan het weelderige exotisme dat we van de klassieke
illustraties kennen, valt bij Van der Linden de grote soberheid op. De vrij
strakke figuren staan veelal op zich, worden afgebeeld tegen een lege
achtergrond wat ze een ingehouden dramatiek geeft. Dat maakt de prenten hier en
daar ook wat statisch. Er spreekt in de eerste plaats een onderhuidse spanning uit
Van der Lindens illustraties, verder houdt hij zich inhoudelijk nogal op de
vlakte.
Zopas is bij uitgeverij Leopold van Imme Dros en Annemarie van
Haeringen En
toen, Sheherazade, en toen? verschenen, een uitgave voor kinderen van
de verhalen van duizend-en-één-nacht.
Ed Franck (bew.),
Martijn Van der Linden (ill.): Twintig parels, Davidsfonds, Leuven 2017, 222 p.
ISBN 9789059088191
deze pagina printen of opslaan