In zijn nawoord bij
deze flinterdunne roman schrijft Luc de Rooy dat hij het boek al wel een keer
of vijftien gelezen heeft, zozeer koestert hij het verhaal. Ikzelf heb mij
beperkt tot een keer of twee, mij telkens afvragend wat precies de finesse
ervan uitmaakt en waarom het je als lezer zo in de ban houdt. Het verhaal is
niet echt spectaculair: op het eerste gezicht is het een ordinaire
liefdesgeschiedenis als zovele andere.
Julio
en Emilia knopen een delicate relatie aan die stoelt op seks en samen boeken
lezen. Voor het overige laveren ze vooral tussen de incidenten van alledag.
Soms doen ze dat samen, maar meestal langs elkaar heen, zodat ze dus samen
eenzaam zijn in hun zoektocht naar vastigheid in een omgeving die zij niet in
de hand hebben. Dat beide jongelui veeleer types
zijn, blijkt al vanaf de eerste bladzijde, waar de personages worden
voorgesteld: 'Laten we aannemen dat zij Emilia heet of heette en dat hij Julio
heet, heette en altijd zal heten'.
In
feite staan beide protagonisten model voor een generatie die het niet moet
hebben van grote idealen en heldhaftig gedrag, maar die uit de realiteit van de
dag haalt wat ze voor zichzelf voordelig acht. En toch verhult deze utilitaire
levenshouding een wazige heimwee naar standvastigheid, een heimwee die
onderhuids leeft en maar al te gemakkelijk verschraalt. Dat leidt tot tragiek:
lang nadat ze elkaar uit het oog verloren zijn, gooit Emilia zich voor een
trein en geeft Julio zich over aan gratuit gedrag. In de enigszins cryptische
verwoording van de auteur luidt dit: Emilia besluit niet verder te gaan, maar
ze loopt door. Julio, die niet sterft, zal dan weer doorlopen, maar besluiten
om niet verder te gaan.
Uit deze summiere omschrijving mag blijken dat dit een
veelgelaagd verhaal is, wat ook wordt belichaamd door het beeld van de bonsai,
het miniboompje dat voortdurend moet worden bijgesnoeid en dat niet kan leven
buiten de pot waarin het rust. Een bonsai verzorgen is als schrijven, bedenkt
Julio, die daarmee een nieuwe laag aansnijdt. Als geen ander slaagt de jonge
Chileense auteur Alejandro Zambra erin om die lagen in rake, trefzekere
bewoordingen met elkaar te verweven. De onderkoelde toon die hij daarbij
hanteert sluit perfect aan bij de onderkoeling die het vertelde kenmerkt. In al
zijn nuchterheid is het verhaal overigens verrassend poëtisch. Een merkwaardig
debuut.
Alejandro Zambra: Bonsai, Karaat, Amsterdam 2010, 94
p. ISBN 9789079770014. Vertaling van Bonsái door Luc De Rooy
Oorspronkelijk verschenen in De
Leeswolf 2010
deze pagina printen of opslaan