Bij ministerieel
besluit, verschenen in het Franse staatsblad van 7.9.2001, tot klassiek
schrijver verheven, met een straat op zijn naam in het Parijse Belleville en
met een naar hem genoemd hemellichaam, bleef er voor de minzame Georges Perec
(1936-1982) nog maar één eerbetoon te verwachten: een postzegel. Op 21
september 2002 was het eindelijk zover en prijkt hij, vriendelijk lachend en
met een zwarte kat op de achtergrond, op een zegel van 46 eurocent. Zo zijn al
veel auteurs tot de vergetelheid verwezen, al valt het voor Perec vooralsnog
wel mee, want heel wat academici bijten zich vast in de intrigerende puzzel die
zijn werk nu eenmaal is. Een werk dat, zoals uit die studies blijkt, veel
sterker verbonden is met zijn leven dan men op het eerste gezicht zou verwachten en dat
sindsdien minutieus ontleed wordt tot de minste komma en tot het kleinste
cijfer (zo zijn de cijfers 11.2.43, die staan voor de datum waarop zijn joodse
moeder in het verzamelkamp Drancy voor het laatst levend werd gezien, op alle
mogelijke manieren in zijn tekten terug te vinden).
Met de 28 korte teksten voor deze
'Privé-domein'-uitgave, gekozen uit drie bundelingen van verspreid werk, wordt
door vertaler en samensteller Rokus Hofstede een poging gedaan een algemeen
beeld te geven van Perecs diverse literaire bekommernissen en werkwijzen. Vier
ijkpunten vallen hierbij op: het ludieke, het narratieve, het sociologische en
het autobiografische, kenmerken die overigens meestal samenvallen. Zoals bv. in
de 'Poging tot inventarisatie van het vloeibare en vaste voedsel dat ik in de
loop van het jaar 1974 door het keelgat heb gejaagd' of de beschrijving nummer
per nummer van de woningen aan de Rue Vilin, waar hij als kleine jongen voor de
oorlog met zijn ouders woonde. Of ook nog de 'Beknopte aantekeningen over het
oordeelkundig ordenen van je boeken' naast een essay over 'Robert Antelme of de
waarheid van literatuur', naar aanleiding van diens boek over zijn
kampherinneringen. Vragen, opsommingen, verhalen, beschouwingen die allemaal
(ook al lijkt het soms niet zo) te maken hebben met de persoonlijke
geschiedenis van een tot in het diepst van zijn ziel gekwetst kind, onschuldig
slachtoffer van de waanzin waarin volwassenen zo nu en dan verzinken.
Georges Perec: Ik ben geboren, De Arbeiderspers, Amsterdam 2003, 243 p.
ISBN 90-295-3664-0. Vertaling uit het Frans door Rokus
Hofstede
Oorspronkelijk verschenen in De Leeswolf
deze pagina printen of opslaan