Erik de Smedt is een hartstochtelijk promotor van de
Oostenrijkse literatuur. Nadat hij eerder dit jaar zijn vertaling van Konrad
Bayers Het hoofd van vitus bering publiceerde, is nu onder de titel een en
ander 'een keuze uit de gedichten en korte toneelstukken' van Gerhard Rühm
verschenen. Net zoals Bayer was ook Rühm lid van de befaamde Wiener Gruppe, een
groep auteurs die in de jaren '60 de Oostenrijkse literatuur op haar kop zette.
Met hun op dadaïstische leest geschoeide radicale experimenten choqueerden deze
schrijvers de literaire goegemeente, maar forceerden ze vooral ook een
belangwekkende vernieuwing.
Hoe die er in concreto uitzag,
daarvan kan de Nederlandstalige lezer nu kennis nemen in het prachtig vormgegeven
cahier een en ander. Rühm heeft, zo
wordt al gauw duidelijk, een bijzondere voorliefde voor het absurde.
Vanzelfsprekendheden denkt hij zo lang door tot ze de lezer vreemd voorkomen.
Een alledaagsheid wordt daardoor plots iets om bij stil te staan, zoals in het
'toneelstuk' 'Ademen / een stuk voor ongeveer 2,7 miljard mensen' dat enkel
bestaat uit volgende regieaanwijzing: ‘van ongeveer 2,7 miljard mensen ademt
iedereen zolang hij kan.’ Clichés worden dan weer vakkundig ontmaskerd. In
'Bloemstuk' zijn de bloemen niet langer liefelijk, nee ‘de tulp poept op het
gazon’, ‘de lelie pist in de vaas / de hyacint boert’. En het is niet zozeer op
het niveau van de betekenis, maar op dat van het taalmateriaal dat de
ontregeling plaatsvindt: door bepaalde uitdrukkingen extreem vaak te herhalen,
door letters te verhaspelen of door klankassociatie en rijm.
De 16 hier
vertaalde gedichten geven een bijzonder goede indruk van Rühms fascinerende
omgang met taal en ze doen verlangen naar een ruimere bloemlezing uit zijn
werk. Bij een dergelijke uitgebreidere keuze zou de opname van de originele
Duitse tekst niet mogen ontbreken, iets wat in deze uitgave wel het geval is.
Verder is het onduidelijk waarom er niet voor een chronologische presentatie
van de teksten gekozen is. Nu wisselen gedichten uit vijf decennia elkaar nogal
willekeurig af. Een manco is ook de gebrekkige bronvermelding. Bij elke tekst
is wel een jaartal afgedrukt, maar de lezer heeft er het raden naar waar dat op
slaat. Is dat de ontstaansdatum? Verwijst het naar de publicatie waaruit de
tekst afkomstig is? En zo ja, uit welke bundel dan, want de uitgave waaruit
vertaald werd, wordt noch bij de tekst, noch in het colofon geëxpliciteerd. Ten
slotte verlangt de lezer voor wie Rühm een onbekende is vast ook naar een korte
inleiding en situering of een contextualiserend nawoord.
Al die kritische kanttekeningen nemen echter niet weg dat
dit boekje opnieuw een geslaagde poging is om lezers te enthousiasmeren voor
het, ten onrechte, bij ons redelijk onbekend werk.
Gerhard Rühm: een en ander,
Zegwerk, Gent 2006, 40 p. Vertaling uit het Duits Erik de Smedt
Oorspronkelijk
verschenen in De Leeswolf 2006
deze pagina printen of opslaan