Vertaald proza

Emotionele drive en witruimte: Het poëtische proza van Jenny Offill

door Kris van Zeghbroeck

De Amerikaanse romanschrijver en jeugdauteur Jenny Offill (1968) werd geboren in Massachusetts. Als enig kind van leerkrachten Engels uit het private onderwijs, groeide ze op in Massachusetts, California, Indiana en North Carolina. Jenny studeerde aan de University of North Carolina (Chapel Hill). Opgegroeid tussen hopen boeken, beoogde ze toch eerst een carrière als actrice.

‘Quite quickly I discovered that I don't like to collaborate, and I didn't actually like to be in plays. I think most writers have a control-freak side -- at least I do. When you write a book, it rises or falls on you, for better or for worse. And sometimes it's a disaster and sometimes you bring it off. But in a play, there were just so many variables. So I took a writing class by chance.’ (Village Voice)

Sinds haar romandebuut Last Things (1999, De laatste dingen), waar nog een klassieke bladspiegel en verhaalopbouw overheerst, is Offill in de volgende vijftien jaar geëvolueerd naar een meer gecondenseerde manier van schrijven in korte paragrafen. De volgende twee romans Dept. of Speculation (2014, Verborgen beloftes / Adeling ongewisse zaken) en Weather (2020, Weersverwachtingen) zijn gemakkelijk een derde minder in volume, inclusief de contemplatieve witruimte die een belangrijk deel uitmaakt van de recentere boeken.

‘As with her previous novel, the paragraphs in Weather are each a kind of koan, some short, some long, all of them containing a piece of central, organising wisdom. Penelope Fitzgerald was the queen of the innocuously devastating aphorism; Offill has inherited her crown. Again and again her sentences resonate powerfully, drawing you in with their humour before sideswiping you with their veracity.’ (The Guardian)

Hoofdpersonage en bibliothecaris Lizzie laat in Weersverwachting het verantwoordelijkheidsgevoel voor haar (ex-)verslaafde broer op haar gezinsleven wegen. Als aanspreekpunt voor een project rond klimaatsverandering wordt ze overdonderd door de rampscenario’s die de mensheid staan te wachten. Ze zit verwikkeld in een (Trumpiaanse) tijdgeest waarin mensen worstelen met toekomst en zingeving.

Zelf heeft Lizzie een passie voor verloren boeken, half uitgeschreven of gereconstrueerd uit ontdekte fragmenten. Gecombineerd met de fragmentaire opbouw van haar romans, creëert Offill een onderhuidse behoefte bij de lezer om aan het verhaal te participeren, de witruimten in te vullen en het geheel te reconstrueren.

Zo ook in de voorgaande roman, Verbroken beloftes / Afdeling ongewisse zaken, waarin een jonge fact-checker en ghost-writer haar leven bevraagt. Ze is ‘gelukkig’ getrouwd, heeft een kind, maar beseft gaandeweg dat die liefde voor twee mensen haar niet compleet maakt. Die complexe scheefheid in haar hart en gemoed creëert een afstand tussen haar en haar ‘geliefden’.

‘The blank spaces in Dept. of Speculation are meant to provide a place for the reader to enter more fully into the book. The wife is a narrator who hesitates and loops back, then leaps forward again. There is a jittery quality to her thoughts that I was trying to capture. To that end, I thought a lot about how much could be left unsaid in this narrative without sacrificing emotional velocity. If I had wanted to fill in those spaces, I know exactly what I’d put in there.’ (The Paris Review)

Offills debuutroman, De laatste dingen, is een meer klassieke ontwikkelingsroman. Het perspectief is dat van de achtjarige Grace. Waar haar labiele, maar begaafde moeder in een wereld van verbeelding leeft, vormt haar vader een tegenpool met logica en wetenschap. Wanneer de moederfiguur zich steeds meer terugtrekt in haar fantasiewereld en de stabiele vaderfiguur vertrekt, staat Grace voor een verscheurende keuze.

Hoewel de kiemen van thematiek en stijl hier reeds aanwezig zijn, evolueert Jenny Offill later naar een meer gecondenseerde en poëtisch stijl, gelardeerd met wetenschappelijke, literaire en filosofische observaties. Verhaal en plot moeten daarbij het onderspit delven.

‘Fuck the plot, as Edna O’Brien said. What I try to capture as a writer is the feeling of being alive, of being awake. Because of this, I’m more apt to follow the wisp of a thought or a half-glimpsed image than chart a sequential series of events. But I absolutely believe in momentum. Momentum is not plot, but it has that same quality of urgency and forward motion, I think.’ (The Paris Review)

Jenny Offill: Afdeling ongewisse zaken, De Geus, Amsterdam, 2021, 189 p. ISBN 9789044546088. Vertaling van Dept. Of Speculation door Roos van de Wardt. Distributie L&M Books

Jenny Offill: Weersverwachting, De Geus, Amsterdam, 2020, 237 p. ISBN 9789044543377. Vertaling van Weather door Roos van de Wardt. Distributie L&M Books

Jenny Offill: De laatste dingen, De Geus, Amsterdam, 2016, 285 p. ISBN 9789044535495. Vertaling van Last Things door Roos van de Wardt. Distributie L&M Books

Jenny Offill: Verbroken beloftes, De Geus, Amsterdam, 2015, 189 p. ISBN 9789044533972. Vertaling van Dept. Of Speculation door Roos van de Wardt. Distributie L&M Books





deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri