De dichter Novalis, een exponent van de Duitse romantiek,
is voornamelijk bekend van zijn bundel Hymnen
aan de nacht en zijn roman Heinrich
von Ofterdingen (in het Nederlands vertaald als De blauwe bloem). Door zijn vroegtijdige dood – hij overleed
op negentwintigjarige leeftijd – bleef veel van zijn werk fragmentarisch, ook
in de letterlijke zin van het woord: het bevat heel wat aforismen. Eerder verschenen
in het Nederlands al een keer fragmenten rond het thema liefde; in de keuze van
Erik De Smedt gaat het om filosofische uitspraken – ‘denkopdrachten’, zoals het
tweede luik van de titel luidt. De Smedt selecteerde er 44 en elk ervan heeft
het vermogen om je inderdaad aan het denken te zetten.
Openen doet de bloemlezing
bijvoorbeeld met deze stelling: ‘We zullen onszelf nooit helemaal begrijpen,
maar we zullen en kunnen veel meer dan onszelf begrijpen.’ Wat een inzicht! De
mens is fundamenteel ondoorgrondelijk, maar hoeft het niet bij de binnenwereld
te laten. Hij is immers wel bij machte om de wereld rondom hem te bevatten. Dat
is tegelijk een nuchtere én een triomfantelijke vaststelling die ook vandaag de
dag relevant is, nu zoveel mensen op zoek zijn naar zichzelf met behulp van
psychologen, yoga, meditatie of andere middelen. Of wat te denken van deze
vaststelling:
‘Geschiedenis
is een grote anekdote.’
Dat zegt Novalis dus al in de achttiende eeuw, maar het
duurde tot de narrative turn in de
geesteswetenschappen voor ook historici gingen inzien dat hun onderzoek geen
waarheid oplevert, maar altijd een geconstrueerd verhaal is. Of deze: ‘Is niet
iedere lezer een filoloog.’ De term wordt natuurlijk gereserveerd voor mensen
die talen gestudeerd hebben, maar het woord filoloog betekent letterlijk natuurlijk
‘liefhebber van het woord’. Niets tegen in te brengen, dus. Het zijn maar een
paar voorbeelden van hier opgenomen spreuken die je nooit meer vergeet omdat ze
nog steeds pertinent zijn.
In andere fragmenten duiken de romantische motieven op die
zo kenmerkend zijn voor het werk van Novalis, zoals het geloof in de liefde,
het absolute vertrouwen in de kunst en met name de poëzie, de fascinatie voor
de droom en voor het obscene. Wie wil weten in welk soort leefklimaat Novalis
en de romantici zich bewogen, vindt hier in ultrakort bestek een staalkaart van
dat denken. Novalis’ Fragmenten/denkopdrachten
is bovendien niet alleen daarom een kleinood, maar ook om de bijzonder fraaie
vormgeving.
Novalis:
Fragmenten/denkopdrachten, Zegwerk,
Gent 2020, 32 p. Tweetalige uitgave. Vertaald uit het Duits door Erik de Smedt
deze pagina printen of opslaan