Geluk
en verdriet in een uitgelaten balans
Lydia
Erneman, opgegroeid op een boerderij in het Noord-Zweedse Krokum, gaat in
Uppsala aan de landbouwuniversiteit studeren. Haar vader had nochtans gehoopt
dat ze de boerderij van hem zou overnemen, dat ze zijn levenswerk zou voortzetten.
Ze wil echter, de Fins-Zweedse dichteres Edith Södergran indachtig – van wie de quote
‘Leef ver van huis en wees gelukkig’ als motto is opgenomen –, aan de benauwing
van het ouderlijk huis ontsnappen. Lydia doet het uitstekend in haar studie, gaat
niet te vaak uit, heeft af en toe wel een avontuurtje maar bindt zich niet. Ze
staat ontspannen in een leven zonder hoogtes of laagtes:
‘Als
single was ze niet rusteloos of bezorgd. Het gebeurde wel vaker dat ze dacht
dat ze het goed had.’
Die
‘onvermoeibare gloed werd haar identiteit’. Ze verhuist naar Noorwegen om er te
gaan werken in een privédierenkliniek. Haar beroepsleven wordt gekenmerkt door
standvastigheid; ze doet wat ze kan om dieren te helpen, houdt zich daarbij
niet aan vaste werkuren en gaat als dat nodig is tegen de wens van de eigenaar
in om een dier leed te besparen. Op haar vrije dagen maakt ze
natuurwandelingen, studeert ze en vaak luistert ze ’s avonds ‘aandachtig naar
het onophoudelijke geritsel van de tuin’.
Ze
besluit op een dag haar ouders te gaan opzoeken. Ze hebben haar niet
uitgenodigd, niets lokt haar terug naar Zweden, maar ze gaat. Haar moeder
blijkt stervensziek te zijn. Er wordt weinig gesproken en niets gezegd, maar
haar vaders nauwelijks verholen verwijten hangen in de lucht. Hoe moet het met
hem, in zijn zelf gezochte afzondering, als Dagmar er niet meer is? ‘Zijn
gezicht straalde van een vertwijfelde en bleke armoede.’ Na de begrafenis gaat
Lydia terug naar Noorwegen. ‘Toen ze de deur achter zich dichtdeed meende ze
een koude, hoekige echo te horen.’
Nu
haar moeder, die ze nog regelmatig in haar dromen tegenkomt, dood is, gaat bij
Lydia de moeilijke, afstandelijke relatie met haar vader steeds meer doorwegen.
Ze weet dat Dagmars dood hem als het ware uitholt. Misschien moet ze hem
bellen? Hoewel, wat heeft het voor zin, wat valt er te zeggen? Hij vraagt
immers niet om vertrouwelijkheid. Lydia denkt soms
‘dat
het strenge stilzwijgen van haar vader bij hen allebei de nieuwsgierigheid
beteugelde, want er schuilde een duidelijk verzoek in zo’n stilzwijgen, het was
een soort afleidingsmanoeuvre dat nog het meest deed denken aan vergetelheid of
onachtzaamheid.’
Het
overkomt mij niet vaak dat ik een boek uitlees, het vrijwel onmiddellijk weer
oppak en herbegin te lezen met dezelfde intensiteit en toenemende verwachting als
de eerste keer. De eenzaamheid van Lydia
Erneman is nochtans een verhaal met erg dagelijkse gebeurtenissen, waarin
weinig zichtbaar beweegt. Alles wat gebeurt, zit ingekapseld in een onbestemde sfeer
waarin goedmoedige tevredenheid en onuitgesproken weemoed zeldzaam harmonieus
samengaan. De enigszins donkere ondertoon komt gaandeweg het verhaal vaker naar
boven, maar dat brengt Lydia geen echt verdriet. Ze gedijt in haar paradoxale
leven waar geluk en verdriet een ‘uitgelaten’ balans vormen. Ze koestert de
weemoed en het lichte duister zonder dat zij er grip op krijgt:
‘Hoe
wist je zeker waar je iets vandaan had? Hoe wist je dat iets uit jezelf kwam?
Ze bedacht dat ze zo’n reiziger was die altijd weer iets belangrijks thuis was
vergeten.’
De
dubbelheid bekruipt je als lezer gaandeweg steeds meer en je raakt dat gevoel
niet meer kwijt. Dat wil je eigenlijk ook niet, want het intrigeert wat
Christiansens heldere, poëtische taal in beweging zet. Zijn sober elegante
zinnen hebben kracht, drijven je voort in de lectuur. Licht van toon, zacht en delicaat
wekken ze je waakzaamheid voor wat haast onmerkbaar onder de grote hoeveelheid
details van alledag in een leven schuilt.
Van
Rune Christiansen zijn er in het Nederlands nog maar twee romans. Naast De eenzaamheid van Lydia Erneman verscheen
bij Oevers in 2019 ook Fanny en het mysterie in het treurende bos, maar in Noorwegen is hij al sinds
de jaren 1980 bekend als een baanbrekend dichter. De eenzaamheid van Lydia Erneman zorgde voor zijn doorbraak als
proza-auteur. Hij kreeg er de Brageprijs voor, een van ’s lands belangrijkste
boekenprijzen en het boek werd een bestseller.
Laten
we hopen dat de zorgvuldige, sensitieve Nederlandse vertaling van Michiel
Vanhee en Sofie Maertens dat terechte succes een stukje verder kan dragen. Het
is een boek om lang te koesteren, ook al vanwege de stijlvolle uitvoering met
op de cover een fascinerend schilderij van Barbara Guldenaar.
Rune
Christiansen: De eenzaamheid van Lydia Erneman, Oevers, Zaandam 2020, 214 p.
ISBN 9789492068453. Vertaling van Ensomheten i Lydia Ernemans liv door Michiel
Vanhee en Sofie Maertens. Distributie Elkedag Boeken
deze pagina printen of opslaan