De Nederlandse stripauteur Marten
Toonder (1912-2005) heeft een gigantisch
succesverhaal geschreven, dat in 1941 begon toen Heer Bommel en Tom Poes voor
het eerst optraden als de hoofdfiguren van een krantenstrip. Ze zullen over de
jaren heen in zowat vijftig
kranten verschijnen. Als in 1998 het laatste Bommel-verhaal verschijnt,
betekent dat geenszins het einde van het succes. ‘Het beste van’-edities en thema-uitgaven, luxe-uitgaven op groot formaat,
documentaires, luisterboeken… volgen met grote regelmaat.
Olivier B. Bommel en Tom Poes hebben
in Vlaanderen misschien niet de bekendheid en status die ze in Nederland
hebben, maar ook hier zijn ze lang geen onbekenden, vooral dankzij de 43 literaire
paperbacks van De Bezige Bij, waarin sinds 1967 alle 177 tekststrips (twee
kolommen tekst met de prenten in een band erboven) uit de kranten zijn
opgenomen. De paperbacks zijn voor het overgrote deel uit de handel, maar de
uitgever startte in 2006 met twee nieuwe reeksen, zeer smaakvol uitgegeven in
oblongformaat en met linnen band, de ene met de Avonturen van Tom Poes (met
donkerrode band), beginnend met de vroegste verhalen, waarin
overigens ook Heer Bommel zijn rol speelt, de andere met ‘Alle verhalen van Olivier
B. Bommel en Tom Poes’ (blauwe band). Een groot voordeel ten opzichte van de
paperbacks – waarmee De Bezige Bij het literaire karakter van de strips onder
de aandacht wilde brengen – is dat in deze oblongs de prenten veel beter tot
hun recht komen. En het Bommel-oeuvre blijft maar inspireren tot nieuwe
uitgaven.
In 2021 was het precies tachtig jaar geleden dat Tom Poes een
krantenfiguur werd. In Beste vrienden zijn twee ‘oerverhalen’ verzameld,
namelijk de derde en de vijfde strip die in 1941 in De Telegraaf
verschenen. Op de cover een tekening van de latere Bommel en Tom Poes die
diaatjes van hun vroege avonturen zitten te bekijken. ‘Tom Poes in de
tovertuin’ is het verhaal waarin Heer Bommel voor het eerst zijn opwachting
maakt, om gaandeweg Tom Poes als hoofdpersoon te gaan vervangen. In ‘De
drakenburcht’ wordt de oude Schicht geïntroduceerd, Bommels aftandse
automobiel, die 58 jaar lang, tot het allerlaatste verhaal zal blijven rijden.
Beide verhalen zijn duidelijk op een kinderpubliek gericht:
avonturen beleven, waarbij de slimme Tom Poes Bommel keer op keer uit de
problemen moet redden, dat is waar het om gaat. Ze zijn nog zeer onvolmaakt
deze Tom Poes-verhalen, tonen weinig subtiliteit in prenten en tekst, maar ze houden
een mooie belofte in. Deze vroege verhalen zijn eigenlijk alleen interessant
voor wie weet hoe de Bommel-saga gegroeid is. Een avontuur zal 57 jaar lang in
elk verhaal de aanzet blijven, tovenaars, heksen en andere fantastische wezens
blijven altijd Bommels pad kruisen, maar vanaf de jaren 1950 zal Toonder zijn
hoofdpersoon zowel als zijn verhalen een volwassener karakter geven.
Het is boeiend om vast te stellen
hoe in die vroege verhalen al de kiem zit van de latere literaire Bommelstrips,
die vanaf het einde van de jaren 1950 en gedurende zowat de hele jaren 1960 hun
kwalitatieve hoogtepunt kenden. Gaandeweg gaan de kinderlijke toon en taal er
uit, worden verhaal en filosofie complexer en boeiender. Zelden gaat het
verhaal nog in rechte lijn van probleem naar oplossing. Toonder schept onsterfelijke
personages als magister in de zwarte kunsten Hokus Pas (‘Schaduw en
padden op het pad van de wereld.’), de sinistere wetenschapper Sickbock (‘Komaan!
In de wetenschap kan fatsoen geen rol spelen.’), bovenbaas Amos
W. Steinhacker ('zeg maar AWS’)…, en laat in briljante satires een groot
inzicht in de menselijke psyche en de maatschappelijke structuren zien.
De
intelligente vermenging van het
imaginaire met realiteit, de beeldrijke Toonder-taal (‘Wat een noppig
natschutsel heb je daar’, zei hij bewonderend. ‘Een paar aplu’, verbeterde de
ander. ‘Het is van Bommel. Die heeft een groot denkraam…’), de luimige scherts
gepaard aan goed vermomde ernst zorgen voor een zeer onderhoudende lectuur. De
naïeve, kinderlijke prenten van de eerste jaren zijn tegen het begin van de jaren 1970 geëvolueerd naar schitterende,
gedetailleerd uitgewerkte beelden. Vooral Heer Bommel is met zeer veel
subtiliteit en nuance gekarakteriseerd. In het wat uitgezakte berenlijf huist
een kwetsbaar en innemend personage, tezelfdertijd gekenmerkt door een
potsierlijk, opgeblazen sérieux.
Tijdloze
verhalen zijn het én getuigend van een scherp inzicht. In de imaginaire wereld van
Rommeldam zien we ons leven van vandaag weerspiegeld. Dat tonen de recente
heruitgaven rond een actueel thema. Leven we vandaag in een milieu- en
klimaatcrisis zonder weerga en dat door eigen toedoen? In 1971 meldde professor
Sickbock in De ombrenger met trots bij zijn nieuwe
uitvinding: 'In een handomdraai
onderwerpen wij de gehele natuur aan ons oppermachtig verstand!' Zoals altijd
zijn de gevolgen van Sickbocks meedogenloze wetenschap desastreus. In 2015 is
het verhaal heruitgegeven in een eco-editie. De Bitcoin? Die heeft Marten Toonder in 1965 al bedacht: zijn
verhaal De Pasmunt – absoluut een van zijn beste -- is in 2018 heruitgegeven
als speciale bitcoineditie. In 2020 verscheen, met de Brexit als aanleiding, De
unistand (1979) waarin de Verenigde
Volkeren door geruzie uiteenvallen. Nog in 2020 was er een speciale
Trump-editie van De Grote Barribal (1965) in aanloop naar de Amerikaanse presidentsverkiezingen: ‘Wat u niet
begrijpt is onzin. Weg met die onzin.’ Met zulke zorgelijk herkenbare populistische
kreten probeert de Grote Barribal (in werkelijkheid een dwerg met een
minderwaardigheidscomplex, die Sickbock kan dienen in zijn kwalijke plannen) het
volk te bespelen en de macht te grijpen in Rommeldam.
En
nu is er dan een heruitgave van De maanblaffers (1967) in een
‘nepnieuwseditie’. Sickbock gaat dit keer ondergronds en smeedt zijn ongunstige
plannen vanuit een rioolput. In Rommeldam komen plots al maar meer wakkere
burgers opdagen, leden van de SOP (de Sociale Ontwaak Partij), die ieders
‘driftgraad’ willen meten om vast te stellen of ze misschien een maanblaffer
zijn. Met Maanblaffers moet je voorzichtig zijn, ze zijn overal, goed vermomd
en ze willen de macht grijpen, zo spreken de SOP-leden als uit één mond. De
SOP’s zijn een creatie van Sickbock, Twitter-trollen avant la lettre. Een
Bommel-verhaal eindigt altijd goed, maar vandaag kennen we complotdenken,
desinformatie en misleiding, de kunst van manipulatie in een geëvolueerd
stadium. ‘De Sickbock van de eenentwintigste eeuw Zuckerberg’ beheert een
manipulatiemachine waar Toonders malafide wetenschapper jaloers zou op zijn,
aldus Huib Modderkolk in zijn woord vooraf.
Beste vrienden (een hebbeding voor de fervente liefhebbers) is
stijlvol uitgegeven in een gebonden editie, De maanblaffers is, zoals de
andere thema-uitgaven, een kleine, sobere paperback. Het zijn twee zeer
verschillende uitsneden uit een uniek oeuvre. Het mag te betreuren zijn dat de
strapatsen uit de Toonderwereld tot op vandaag zo actueel zijn – ik kijk
lichtelijk bezorgd uit naar de volgende thema-editie --, maar dat Toonders werk
een nieuw publiek blijft vinden, is alleen maar goed nieuws.
Marten Toonder: Beste vrienden,
De Bezige Bij, Amsterdam 2021, 80 p. : ill. ISBN 9789403148410
Marten Toonder: De maanblaffers, De
Bezige Bij, Amsterdam 2021, 74 p. : ill. ISBN 9789403158716
Distributie Standaard
Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan