Non-fictie

BOEKEN NR. 4, APRIL 2022

Chris de Stoop: Hemelrijk

door Jooris van Hulle

Op zaterdagmorgen 12 december 2020 pakte de Gazet van Antwerpen uit met het bericht dat een aantal van de bewoners van een woonzorgcentrum in Mol enkele dagen na het bezoek van de sint aan de verschillende afdelingen besmet leek te zijn met het coronavirus. Voor de Antwerpse gouverneur Cathy Berx stond het meteen vast dat de schuld van de uitbraak gezocht diende te worden bij de sint, die – nog steeds volgens het communiqué dat Berx verspreid had zonder verder alle betrokkenen op de hoogte te brengen – een hoge virale load had en dus als een typevoorbeeld van een superverspreider kon worden beschouwd. Het is het begin van wat tot een ware horroperiode zal uitgroeien voor de bewoners van rusthuis ‘Hemelrijck’ – het sterftecijfer onder de bewoners loopt schrikwekkend hoog op – , maar even goed voor Guido Henderickx, de ‘sint-van-dienst’, directrice Greet Moonen die al even snel als de sint-superverspreider met de vinger wordt gewezen, en Jennifer, die als hoofd van de animatiedienst het sinterklaasbezoek had georganiseerd. In schril contrast met de niets en niemand ontziende heksenjacht die in de media wordt opgezet – eindelijk kon voor dat ongrijpbare virus dat blijvend voor frustratie zorgde, heel concreet een schuldige worden aangeduid – staat de ingehouden manier waarop Chris de Stoop zijn aandacht richt op die mensen die zich ook in coronatijden blijvend hebben ingezet, als mantelzorger, als verpleegster, als directrice van een home.  

Chris de Stoop is met Guido in gesprek gegaan. Wat hem daarvan vooral is bijgebleven, is diens grenzeloze sociale inzet. ‘Een mensenmens’ noemt hij hem ergens in de loop van het relaas. En als een columnist zich in een van onze kwaliteitskranten afvraagt ‘waarom we kwetsbare ouderen gelijk stellen met argeloze kinderen, waarom we denken dat we hen blij kunnen maken met wat toegeworpen snoep’, is het antwoord van Guido duidelijk: ‘Wie de waarde van het sinterklaasbezoek niet inziet is nooit in een verzorgingstehuis geweest, waar veel draait om nostalgie en jeugdsentiment.’ Gaandeweg het verhaal dat in Hemelrijk vorm krijgt, zal ook blijken dat Guido zich, na eerder op het randje van de totale ineenstorting te hebben gestaan, zal weten te herpakken. Hier speelt onder meer het schrijven een belangrijke rol: hij heeft een monoloog geschreven – de helende kracht van de woorden ! – en, o ironie van het lot, de première ervan moet worden uitgesteld wegens corona.
 
Net als in eerder verschenen boeken van zijn hand gaat Chris de Stoop niet aan de zijlijn staan. In een mooi opgezette constructie laat hij het verhaal over Guido en zijn moeder in home ‘Hemelrijck’ (de ‘c’ staat er om het woord een oud cachet te geven) sporen met het verhaal van zijn eigen moeder die nadat ze een beroerte heeft gekregen, in ‘Het Hof’ in Sint-Niklaas verblijft. Net als Guido neemt De Stoop de mantelzorg op zich, net als Guido ziet hij zijn moeder wegglijden in de gestaag toenemende mist van vergetelheid, net als Guido weet hij dat zelfs de miniemste blijken van genegenheid oneindig veel kunnen betekenen:
 
‘We spraken over het weer, het boerenhof, de tuin, bloemen, wandelen, eten. Dat was het zowat. Dat was weinig, maar het was ook veel.’
 
Vier keer wordt het verhaal over Guido en ‘Hemelrijck’ doorkruist met een ma-hoofdstuk, en legt op die manier de parallellie bloot tussen wat hun beiden is overkomen. En dat beide moeders, zij het in aparte homes en in aparte tijden (de moeder van Chris de Stoop overleed nog voor de coronacrisis), in kamer 119 verblijven, kan gerust aan het toeval worden toegeschreven, maar hoe dan ook worden beider levens zo bijna mathematisch aan elkaar gelinkt.
 
Is Hemelrijk een aanklacht tegen alles wat misgelopen is in de manier waarop de zorgcentra werden benaderd door politici en experten? Misschien wel, maar De Stoop vermijdt het te chargeren en zo zijn geloofwaardigheid in het gedrang te brengen. Eerder kiest hij ervoor zijn ideeën en bevindingen zo te formuleren dat de lezer zelf gaat nadenken. Over de manier bijvoorbeeld waarop onze samenleving omgaat met ouderen (‘Het versterkte het beeld dat ouderen niet meetellen, en zeker niet dementerende ouderen.’), over het feit bijvoorbeeld dat mensen gestorven zijn van eenzaamheid, over de manier waarop ‘keuzes’ worden gemaakt als het op ziekenhuisopnames aankomt…
 
Bijzonder betekenisvol is in het licht van dit alles het aan De pest van Albert Camus ontleende motto dat aan de roman voorafgaat: ‘Van plagen kun je leren dat er in de mens meer te bewonderen dan te verachten valt.’ Dat in de tijd van de pandemie zoveel sterke ‘mensenmensen’ zijn opgestaan, bewijst dat ten volle.
 
Chris de Stoop: Hemelrijk, De Bezige Bij, Amsterdam 2022, 191 p. ISBN 9789403194707. Distributie Standaard Uitgeverij

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri