Opnieuw heeft de
eminente vertaler en winnaar van de Filterprijs 2019 Jos Vos (° Genk, 1960) een
magistraal epos uit de Japanse klassieke literatuur geopenbaard voor de
Nederlandstalige lezer. Jos Vos studeerde achtereenvolgens Germaanse talen en Japanologie
en doceerde in Kyoto, Osaka en Oxford. Nadat hij onder meer met Het hoofdkussenboek, Het verhaal van Genji en Matsuo Basho’s De smalle weg naar het verre noorden (De
Arbeiderspers 2005) aantoonde niet alleen de Japanse taal en cultuur in al zijn
vezels te hebben zitten, maar ook zijn moedertaal op buitengewone wijze kon
hanteren, is er nu De val van de Taira, in de Japanse cultuur bekend als
de Heike monogatari (het begrip ‘heike’ laat zich trouwens vertalen als
‘het huis van de Taira’). Hierin verhaalt een anonieme verteller over de
grootse samoeraiclan uit de Heian- en de Kamakura-periode (9-12de
eeuw), de Taira. De val van de Taira gaat dan ook over de strijd die de
clan van de Taira moet voeren tegen de clan van de Minamoto’s om de macht over
Japan. Langzaamaan verliezen de Taira en gaan ze ten onder. Het verhaal werd
overgeleverd door een blinde bard met een luit, een biwa, die de avonturen al
zingend doorgaf, en is in Japan onder alle lagen van de bevolking een geliefd
en beroemd verhaal. Elementen ervan keren overal in uitingen van hun cultuur
terug.
Jos Vos is erin geslaagd de lezer geboeid te
houden doorheen de honderden bladzijden met avonturen over samoeraivechters en
hofdames. De veelheid aan personages worden geduid door tal van stambomen,
landkaarten, voetnoten en achtergrondinformatie in de inleiding. Hoewel de
lezer soms door de bomen het bos niet meer ziet en de verhaallijnen
aanvankelijk flinterdun lijken, weet Vos ze tot een stevige streng te vlechten,
die je niet meer wil loslaten, tot de laatste bladzijde aan toe. De knappe
vertaling is doorspekt met treffende beelden, metaforen (‘zwetend als een
otter’, ‘zij klommen sneller op in de paleishiërarchie dan een draak zich boven
de wolken verheft’) en stijlfiguren (‘die takke-Taira’, ‘troosteloze
rookpluimen’); zij houden de lezer bij de les.
Ook humoristische beschrijvingen
van onhandige zwaardvechters en de buitengewone afwisseling in het gekozen
register draagt ertoe bij dat de lezer aandachtig blijft. Zo worden brieven,
gedichten, epische herinneringen, beschrijvingen van zwaardgevechten,
historische duiding met elkaar afgewisseld in wat toch een buitengewoon
spannende vertelling is. Het is een techniek die ook hedendaagse schrijvers van
bij ons graag hanteren. Zo paste ook Hella S. Haasse in haar roman Fenrir
deze rijke schakering aan schrijfstijlen toe. Ook is de schrijver van De Val
van de Taira schatplichtig aan Chinese dichters (Bai Juyi wordt
bijvoorbeeld veelvuldig en uitgebreid geciteerd) en ook de godenwereld en het
boeddhistische geloof spelen een essentiële rol in het verhaal. Daarnaast
worden ook liederen uit het Liedboek voor Japanse en Chinese gedichten gezongen.
Zo zien we dus dat het boek veel meer is dan een verhaal over veldslagen
en overwinningen en nederlagen. Het is essentieel een verslag over levende
mensen, met emoties als verdriet, vreugde en blijdschap. Een belangrijke
boodschap is dat ook de machtigen en de rijken gedoemd zijn tot ondergang, zo
leren ons al de beginverzen van het boek:
‘De klokken van het Jetavana -klooster
zingen van de vergankelijkheid aller dingen.
De kleur van de bloesems van dubbelstammige salbomen
toont aan dat welvarenden ten val komen.
Hovaardigen gedijen niet lang;
ze zijn als een droom op een lentenacht.
Machtigen gaan uiteindelijk ten onder;
ze zijn als stof dat opwaait in de wind.’
Jos Vos vertaalt niet alleen, hij legt verbanden met de ons vaak
bekendere Romeinse cultuur: zo zijn de wandaden van keizer Yozei te vergelijken
met Caligula, en is de Drievoordenstroom bij de Japanners gewoon de Styx bij de
Romeinen. Het is een weergaloze vertaling van een unieke vertelling. Te lezen
als geschiedschrijving, in zijn geheel, of fragmentarisch, omwille van de
krachtige en apert poëtische beelden en prachtige taal. En bovendien kan de
lezer aan het einde moeiteloos een fluitpijl van een zoempijl onderscheiden.
Alle hulde voor het monnikenwerk van Jos Vos!
De val van de Taira, Athenaeum-Pollak & Van Gennep, Amsterdam 2022, 743 p.
ISBN 9789025309848. Vertaling van Heike monogatari door Jos Vos. Distributie
L&M Books
deze pagina printen of opslaan